vrijdag 17 december 2010

Nazaten van Karel de Grote I tot (679)

651 Gisela is geboren omstreeks 821, dochter van Lodewijk I “de Vrome" (zie 649) en Judith van Beieren - Welf. Gisela is overleden op maandag 5 juli 874, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Gisela: Het echtpaar werd vader en moeder van een aantal kinderen, waaronder Koning Berengarius I van Friuli, markgraaf van Friuli, en Ingeltrude (wiens kleinzoon, Hendrik de Vogelaar, de machtige Ottoonse dynastie van de Duitse koningen en keizers zou stichten. Gisela stond bekend om haar vroomheid en deugdzaamheid, net zoals haar naamgenoot (Gisela), de zuster van Karel de Grote, die vanaf haar meisjesjaren voor het religieuze leven had gekozen.

Haar bruidsschat bestond uit vele rijke domeinen, waaronder de fisc van Cysoing; gelegen in het centrum van het land van Pévèle, een van de mooiste fiscs in de regio. Cysoing werd een van Gisela’s en Eberhards reguliere residenties. Ze stichtten er een klooster, dat echter pas na hun dood voltooid zou worden.

Het nonnenklooster San Salvatore in Brescia werd na de dood van Ermengarde, de echtgenote van keizer Lotharius I, aan haar gegeven. Zij diende daar vervolgens enige tijd als abdis en als rectrix.

Ook gaf hij de nog steeds bestaande mozaïeken aan de kathedraal van Aquileia. Ze bevatten (wat zeer opmerkelijk is voor die tijd) een kruisiging, de Heilige Maagd Maria, Sint George, het portret van Gisela en diverse allegorische figuren.
Ze wijdde zich aan de opvoeding van haar en Eberhards vele kinderen.
Gisela trouwde met Eberhard van Friuli. Eberhard is geboren omstreeks 810, zoon van Hunroch (Unroch) van Friuli en Engeltrude van Parijs. Eberhard is overleden op maandag 16 december 866, ongeveer 56 jaar oud. Hij is begraven in Sint Calixtusabdij te Cysoign.
Notitie bij Eberhard: Hij was een van de belangrijkste Frankische edelen van zijn tijd. Zijn naam wordt op verschillende manieren gespeld; alternatieven zijn onder andere Everard, Evrard, Erhard, Eberhard of Eberard; in de gelatiniseerde vorm Everardus, Eberardus of Eberhardus. Hij schreef zijn eigen naam als "Evvrardus".

Politiek en militair
Als legeraanvoerder wist Eberhard een inval van de Bulgaren in Italië af te slaan. Daarop werd hij in 828 benoemd tot hertog van Friuli. Vervolgens is hij een trouwe bondgenoot van Lodewijk de Vrome in de conflicten tussen Lodewijk en zijn zoons, en trouwde in 836 met een dochter van Lodewijk, Gisela. Hierdoor verwierf hij grote bezittingen in Noord-Frankrijk, waaronder de koninklijke villa van Cysoing, en bezittingen in Italië. In 836 was Eberhard aanwezig op de rijksdag in Diederhofen en in 839 bemiddelde hij het verdrag van Worms tussen Lodewijk en zijn zoons. Ook na de dood van Lodewijk bleef Eberhard zich inzetten voor de vrede en was in 843 een van de bemiddelaars van het verdrag van Verdun. Daarna nam hij de leiding van de verdediging van Italië tegen de Saracenen op zich. In 851 wist hij de Saracenen een zware nederlaag toe te brengen. Eberhard probeerde persoonlijk om krijgsgevangen tot het christelijk geloof te bekeren, in Rome werd een dankdienst gehouden. In 858 was hij nog een ambassadeur van Lodewijk II van Italië bij Lodewijk de Duitser. In 863 legde hij zijn functie als hertog neer. In 866 maakte hij een testament in Treviso. Dit beschrijft goederen in Lombardije, Schwaben, de omgeving van Lille, Henegouwen en de Condroz, maar ook juwelen, relieken en boeken.

Cultureel
Eberhard werd opgevoed aan de hofschool van Karel de Grote. Hij verzamelde een grote bibliotheek en gaf opdrachten aan Lupus van Ferrières en Sedulius Scotus om Latijnse werken voor hem te schrijven. Ook stond hij in correspondentie met de bekende theologen en kerkelijke leiders, Godschalk, Rabanus Maurus en Hincmar.[1] In 854 bracht hij het gebeente van de heilige Calixtus van Rome over naar Cysoing en stichtte daar samen met zijn vrouw een abdij die aan de heilige was gewijd. Van Eberhard was bekend dat hij graag meezong in het koor. Eberhard en Gisela waren beroemd om hun vrome leven en hun goedheid. Eberhard heeft een groot aantal horigen hun vrijheid gegeven. Eberhard is heilig verklaard, hij werd begravan in de Sint Calixtusabdij te Cysoign.

Gisela werd na de dood van Eberhard abdis van San Salvatore te Brescia. Zij heeft mozaieken geschonken aan basiliek van Aquileia, waar ze ook zelf op voorkomt.
Kind van Gisela en Eberhard:
1 Ingeltrude van Friuli, geboren in 836. Volgt 652.
652 Ingeltrude van Friuli is geboren in 836, dochter van Eberhard van Friuli en Gisela (zie 651). Ingeltrude is overleden in 867, 30 of 31 jaar oud.
Notitie bij Ingeltrude: Ingeltrude van Friuli is de ontbrekende schakel tussen de Karolingische en de Ottoonse dynastie
Ingeltrude trouwde, ongeveer 14 jaar oud, omstreeks 850 met Hendrik van Neustrië van Babenberg, ongeveer 30 jaar oud. Hendrik is geboren omstreeks 820. Hendrik is overleden op zondag 28 augustus 886 in bij Parijs, ongeveer 66 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Hij was de belangrijkste legeraanvoerder van Lodewijk III de Jonge en Karel de Dikke. Hendrik was markgraaf van Saksen en hertog van Franken. Zijn belangrijkste kasteel was de Babenberg waar het geslacht van de Babenbergers naar is genoemd, op de plaats van het kasteel is de stad Bamberg ontstaan.

[bewerken] Leven en Loopbaan
In 861 nam Hendrik deel aan de mislukte opstand van Koenraad van Beieren tegen Lodewijk de Duitser. Dit bleef blijkbaar zonder ernstige gevolgen voor Hendrik want in 866 trad hij op als legeraanvoerder voor Lodewijk III tegen Moravië. In 871 kwam hij echter weer in conflict met Lodewijk toen die een vazal van Hendrik de ogen liet uitsteken, en zo inbreuk maakte op Hendriks bevoegdheden. Na de dood van Lodewijk de Duitser trad Hendrik pas in 880 weer op de voorgrond als aanvoerder tegen de opstandige Hugo, hertog van de Elzas.

Nadat Karel de Dikke koning van geheel Oost-Francië was geworden, werd Hendrik zijn legeraanvoerder. In 882 leidde hij de veldtocht tegen Godfried de Noorman die met een leger van Vikingen was gelegerd bij Asselt. Voordat het tot een echte veldslag kwam, werd er echter een akkoord gesloten waarbij de inval van Godfried werd afgekocht met een geldbedrag en met graafschappen in Friesland. Het jaar daarop bevocht Hendrik de Vikingen echter alweer in de omgeving van Prüm. In 885 rekende Hendrik definitief af met Godfried de Noorman en Hugo van de Elzas. Zijn soldaten vermoordden samen met de lokale graven Gerulf en Everhard Saxo, Godfried tijdens een feestelijke bijeenkomst in Spijk waar Hugo gevangen werd genomen.

Toen Karel de Dikke in 884 ook koning van West-Francië was geworden, werd Hendrik belast met de verdediging van Neustrië tegen de Vikingen. In 886 probeerde hij Parijs te ontzetten toen die stad door de Vikingen werd belegerd. Hendrik moest zich terugtrekken maar toen Karel de Dikke zich met versterkingen bij hem voegde, trok hij weer naar Parijs. Hendrik werd toen tijdens een schermutseling gedood. Hij ligt begraven in de abdij van Sint-Medardus te Soissons waar ook veel leden van het Merovingische koningshuis zijn begraven.
Kind van Ingeltrude en Hendrik:
1 Hedwig van Babenberg, geboren omstreeks 856. Volgt 653.
653 Hedwig van Babenberg is geboren omstreeks 856, dochter van Hendrik van Neustrië van Babenberg en Ingeltrude van Friuli (zie 652). Hedwig is overleden op zaterdag 24 december 903, ongeveer 47 jaar oud.
Notitie bij Hedwig: mogelijk onbekende dochter (ca. 870) , gehuwd met graaf Ekkehard, grootouders van abt Burkhard van Sankt-Gallen
Thankmar, overleden voor Otto
Liudolf, overleden voor Otto, vader van Ekkehard, van hem stammen een aantal markgraven van Meißen af.
Barbara, gehuwd met Hendrik, de stamvader der Oostenrijkse markgraven (volgens andere bronnen de vader van Otto’s echtgenote)
Oda (ca. 884 - 2 juli na 952), gehuwd (Worms, 897) met koning Zwentibold, (900) Gerhard van de Metzgau en met (na 910) Eberhard van de Oberlahngau. Zij overleefde al haar echtgenoten die allen in een veldslag om het leven kwamen.
Liutgard, 919-923 abdis van Gandersheim
mogelijk Irminburg, (ovl. voor 936), gehuwd met Siegfried, zoon van markgraaf Thietmar van Meißen.
Hedwig trouwde met Otto I de Illustere Van Saksen. Zie 29 voor persoonsgegevens van Otto.
Kind van Hedwig en Otto: zie 29.
654 Karel II “de Kale” van Francië is geboren op zaterdag 13 juni 823 in Frankfurt am Main, zoon van Lodewijk I “de Vrome" (zie 649) en Judith van Beieren - Welf. Karel is overleden op zondag 6 oktober 877 in Avrieux, 54 jaar oud.
Notitie bij Karel: Hij was koning der Franken sedert 840 en Rooms keizer vanaf 875. Het feit dat hem in 829 het recht toegekend werd na het overlijden van zijn vader een koninkrijk, hoofdzakelijk bestaande uit Alamannië, te ontvangen, droeg sterk bij tot de oppositie tegen zijn moeder onder de zoons uit het eerste huwelijk van de keizer en onder een aanzienlijk deel van de aristocratie. Ondanks de opstanden van 830 en 833 is het de bedoeling van Lodewijk de Vrome geweest Karel van een groot deel van zijn erfenis te verzekeren. Na Lodewijks dood in 840 moesten Karel en Lodewijk de Duitser tegen hun oudere broer Lotharius I strijden om hun rechten te doen gelden en pas in 843 werd bij het Verdrag van Verdun Karels deel bepaald: hij regeerde voortaan over West-Francië. De Schelde en verder een lijn op enige afstand ten westen van de Maas, de Saône en de Rhône vormden de grens met het rijk van Lotharius. In zijn rijk moest Karel strijden tegen de onafhankelijkheidspartij in Aquitanië, tegen de hoofden der Bretonnen, tegen de Noormannen en tegen bepaalde aristocratische geslachten, die Lodewijk de Duitser in 858 ertoe aanzetten West-Francië binnen te vallen. Dankzij de standvastige houding van de aartsbisschop van Reims, Hincmar, moest Lodewijk dit plan in 859 opgeven. Karel de Kale wilde zijn kinderloze neef Lotharius II opvolgen en na diens dood in 869 viel Karel diens rijk binnen, liet zich te Metz tot koning van Lotharingen wijden, maar werd in 870 gedwongen de erfenis te Meerssen met Lodewijk de Duitser te delen. Toen Karels neef keizer Lodewijk II overleed gaf Karel paus Johannes VIII de illusie dat hij sterk genoeg zou zijn om de Heilige Stoel tegen de Saracenen en de tuchtloze Italiaanse adel te beschermen. Hij trok over de Alpen, werd door de paus tot keizer gekroond (875), liet zich te Pavia tot koning van Italië verheffen, maar keerde naar Francië terug zonder zijn gezag aldaar gevestigd te hebben. In 877 ondernam hij een tweede tocht, maar moest onder druk van zijn neef Carloman, een van de zoons en opvolgers van Lodewijk de Duitser, het veld ruimen.Hij overleed op de terugtocht.
Heerlijkheid:
koning der Franken en Lombarden
Karel trouwde, 18 jaar oud, op maandag 13 februari 842 in Quierzy-sur-Oise met Ermentrudis Van Orleans, ongeveer 12 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Karel en Ermentrudis: Nakomelingen
Judith (ca. 844-na 870), was eerst gehuwd met Engelse koningen en leefde als weduwe aan het hof van haar vader. Werd daar in 861 (ze was dus nog geen 20 jaar oud) geschaakt door Boudewijn I van Vlaanderen. Karel wendde al zijn invloed aan om te voorkomen dat ze ergens onderdak zouden krijgen. Uiteindelijk vluchtten Judith en Boudewijn naar Rome, waarna de paus een verzoening wist te bemiddelen.
Lodewijk II van West-Francië (846-879).
Karel (ca. 847 - Buzzancais, 29 september 866) begraven te Bourges. 855 gekozen tot koning van Aquitanië, trouwde 862 tegen de zin van zijn vader met de weduwe van de graaf van Bourges. Verloor daarom zijn titel maar kreeg die terug nadat het huwelijk was geannuleerd. Kreeg ernstig hersenletsel en overleed daaraan na twee jaar.
Carloman de Blinde ( - Echternach, ca. 877), in 854 ingetreden in de geestelijke stand. abt van Saint-Medard te Soissons in 860. Nam deel aan een samenzwering tegen zijn vader in 870, verloor zijn abdijen en moest vluchten. In 873 door West-Frankische bisschopen uit de kerk gezet en daarna werden op bevel van Karel zijn ogen uitgestoken. Hij werd opgesloten in de abdij van Corbie maar ontsnapte naar Lodewijk de Duitser, die hem abt van Echternach maakte.
Lotharius ( - Auxerre, 865), vanaf zijn geboorte verlamd, abt van Moutier-Saint-Jean en later van de Abdij van Sint-Germanus van Auxerre.
Hildegardis.
Ermentrudis, ( - na 877) abdis van Hasnon en Oosterbant.
Gisela.
Rothrudis ( - na 889), abdis van Sainte-Radégonde te Poitiers en van Andlau.
Ermentrudis is geboren omstreeks 830, dochter van Odo van Orléans. en Engeltrude van Parijs. Ermentrudis is overleden op donderdag 6 oktober 869 in Hasnon, ongeveer 39 jaar oud.
Notitie bij Ermentrudis: Ermentrudis van Orléans (ca. 830 - Hasnon, 6 oktober 869) was een dochter van Odo van Orléans en Engeltrude van Parijs, dochter van Leuthard I van Parijs en Grimhilde. Zij trouwde op 13 december 842 te Quierzy op 12-jarige leeftijd met de toen 19-jarige Karel de Kale. Nadat haar broer Willem in 866 in conflict met Karel was gedood, verliet zij Karel en trad in een klooster. Zij was beroemd om haar borduurwerk. Ze is begraven in de Kathedraal van Saint-Denis
Kinderen van Karel en Ermentrudis:
1 Judith van West-Francië, geboren omstreeks 844. Volgt 655.
2 Lodewijk II de stamelaar van Aquitanie, geboren op maandag 1 november 846. Volgt 658.
655 Judith van West-Francië is geboren omstreeks 844, dochter van Karel II “de Kale” van Francië (zie 654) en Ermentrudis Van Orleans. Zij is overleden na 870, minstens 26 jaar oud.
Notitie: Zij werd in 862 geschaakt door Boudewijn I “IJzeren arm” van Vlaanderen, stamvader van het huis van Vlaanderen, overleden op 21-01-879. Boudewijn I was een gouwgraaf in West-Francië onder koning Karel de Kale. Nadat hij diens dochter Judith had geschaakt verkreeg hij door bemiddeling van paus Nicolaas I toestemming voor een huwelijk, dat op 13-12-863 te Auxerre plaats vond. Als schoonzoon van de koning werd hij grafelijk bestuurder van de gouwen tussen Schelde en Noordzee, met name Gent, Kortrijk, Waas, Terwaan en West-Vlaanderen; dit laatste was de kuststreek tussen de IJzer en het Zwin. Bij het vertrek van Karel de Kale naar Italië werd Boudewijn toezichthouder en raadsman van de kroonprins, Lodewijk de Stamelaar. In 864 sloeg hij een landingspoging van de Noormannen af. Zijn overlijden werd het sein voor de grote Noormanneninvallen in Vlaanderen (879-883).
Zij:
(1) trouwde, ongeveer 286 jaar oud, in 558 met Aethelbald. Hij is overleden.
Notitie: koning van Wessex (839-859)
(2) trouwde, ongeveer 12 jaar oud, op donderdag 1 oktober 856 in Verberie met Aethelwulf. Hij is overleden.
Notitie: koning van Wessex
(3) trouwde, minstens 18 jaar oud, na 862 met Boudewijn I “IJzeren arm” van Vlaanderen, minstens 22 jaar oud. Hij is geboren omstreeks 840. Hij is overleden op vrijdag 2 januari 879 in Sint-Omaars, ongeveer 39 jaar oud. Hij is begraven in Abdij van Sint-Bertinus, Sint-Omaars.
Notitie: Boudewijn I (Laon?, ca. 840 - Abdij van Sint-Bertinus, Sint-Omaars, 2 januari 879), ook wel Boudewijn I met de IJzeren Arm genoemd, staat bekend als de eerste graaf van Vlaanderen.

Boudewijn is bekend als grondlegger van het graafschap Vlaanderen en doordat hij met kerstmis 861 de koningsdochter Judith van West-Francië van het hof van haar vader Karel de Kale schaakte. De 17-jarige Judith was al twee keer weduwe en was teruggekeerd naar het hof van haar vader. Die wilde haar natuurlijk een derde keer gunstig uithuwelijken, maar ze vluchtte met Boudewijn, die toen al een bekende vechtjas was, van het hof dat voor de viering van kerst naar Senlis was getrokken. Het stel werd daarbij geholpen door Judiths broer Lodewijk de Stamelaar, die steeds in conflict was met zijn vader. Het stel vluchtte naar het noorden maar Karel stuurde brieven aan Rorik van Dorestad en bisschop Hunger van Utrecht dat zij de vluchtelingen geen onderdak mochten geven. Karel liet het paar door bisschoppen excommuniceren maar ze trokken naar Rome en bepleitten hun zaak bij de paus. Die maakte de excommunicatie ongedaan en verzoende Judith en Boudewijn met Karel. Op 13 december 863 volgde het officiële huwelijk te Auxerre. Karel was niet aanwezig bij het huwelijk.

Als onderdeel van de verzoening kreeg Boudewijn het bestuur over de pagus Flandrensis het gebied rond Torhout, Gistel, Oudenburg en Brugge. Dit was in de ogen van Karel waarschijnlijk een onbetekenende functie: Vlaanderen lag in een uithoek van zijn koninkrijk en werd geteisterd door de Vikingen. Boudewijn bleek echter een succesvol bestuurder. Hij wist de invallen van de Vikingen te stoppen en bouwde daarvoor versterkingen in Arras, Gent en Brugge. In Brugge bouwde hij een kerk die was gewijd aan Donatianus van Reims en gaf relieken van de heilige aan de kerk. In Veurne stichtte hij een Benedictijner klooster en schonk het relieken van heilige Walburgis. In 870 werd zijn bezit uitgebreid en was hij heer van geheel Vlaanderen en Ternois, hetzelfde jaar werd hij lekenabt van Sint Pieter in Gent. In 877 steunde hij Lodewijk de Stamelaar bij de opvolging van Karel de Kale. Kort daarna trok hij zich terug en werd monnik in de abdij van Sint-Bertinus, waar hij ook is begraven.

Familie
Traditioneel wordt Odakar III van de Morinen als zijn vader gezien maar Odaker (als vader van Boudewijn) en zijn voorouders worden tegenwoordig als speculatief beschouwd omdat dit alleen is gebaseerd op teksten uit de twaalfde eeuw. Een andere theorie is dat Boudewijns vader wel Odaker heette maar een lagere hoveling was.

Boudewijn en Judith hadden vier kinderen:

Karel, geb. ca. 864, jong gestorven
Boudewijn
Rudolf van Cambrai
vermoedelijk nog een dochter, de kronieken van het klooster van Waulsort vermelden bij de dood van Rudolf van Cambrai dat Wouter, de zoon van Rudolfs zuster, probeerde hem te wreken.
Gunhilda, gehuwd in 877 met Wilfred I el Velloso, graaf van Urgel en Barcelona, wordt ook vaak als dochter van Boudewijn en Judith genoemd maar dit is gebaseerd op een verkeerde interpretatie van een middeleeuwse tekst. Zij was afkomstig uit de omgeving van Barcelona.

De legende van de Brugse Beer
Het Brugse Beertje van de loge verwijst naar de schaking van Judith: wanneer Boudewijn met Judith in Vlaanderen terugkeerde, werden zij in het bos aangevallen door een reusachtige witte beer (een bruine beer wit van sneeuw), volgens de legende "de oudste bewoner van Brugge". Deze beer was al eerder gesignaleerd omdat hij de omgeving onveilig maakte. Reizigers die zich buiten de muren van Brugge waagden, werden vaak door de beer aangevallen. En dus ook Boudewijn I. Hij wierp zich zonder aarzelen in de strijd met de beer. Niemand durfde dichterbij te komen, ook niet om hun leenheer te helpen. Op een bepaald moment stelde de beer zich recht op zijn achterste poten en ging met zijn rug tegen een boom staan om zo met meer kracht opnieuw aan te vallen. Maar net op dat moment sprong Boudewijn vooruit en doorboorde de beer met zijn lans. De stoot was zo hevig en krachtig dat de lans zich door de beer onwrikbaar in de boom vaststak. Boudewijn was zijn naam met den ijzeren arm dus waardig. Toen later Boudewijns aanstelling als nieuwe leenheer gevierd werd, schonk de stad Brugge hem een gebeeldhouwde, rechtopstaande beer. Die (of een andere versie ervan) is vandaag nog te zien op de gevel van de Poortersloge aan het Jan van Eyckplein in Brugge. Dit was van 1417 tot 1488 het lokaal van Het Genootschap van de Witte Beer, een selectieve steekspelvereniging die toernooien en steekspelen organiseerde.
Kind van Judith van West-Francië en Boudewijn I “IJzeren arm” van Vlaanderen:
1 Boudewijn II de Kale Van Vlaanderen, geboren omstreeks 865. Volgt 656.
656 Boudewijn II de Kale Van Vlaanderen is geboren omstreeks 865, zoon van Boudewijn I “IJzeren arm” van Vlaanderen en Judith van West-Francië (zie 655). Boudewijn is overleden op donderdag 10 september 918, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Boudewijn: Zijn bijnaam was een bewuste verwijzing naar zijn grootvader Karel de Kale en onderstreepte dat Boudewijn een afstammeling van Karel de Grote was, wat in die tijd nog een factor van politiek belang was.

Boudewijn werd graaf als opvolger van zijn vader en kreeg direct te maken met een periode van invallen van de Vikingen:

879 Terwaan
880 Gent
881 Doornik
882 Cambrai en Arras
883 Boulogne, Sint-Omaars, Saint-Riquier, Veurne, Terwaan, Gent en Atrecht. Boudewijn moest in de moerassen van Sint-Omaars zijn toevlucht zoeken.
884 Boudewijn trouwde met een dochter van Alfred de Grote, vermoedelijk om zo meer steun tegen de Vikingen te krijgen
885 de Vikingen bouwen een versterking in Condé
886 de Vikingen bouwen een versterking in Kortrijk
Boudwijn wist langzaam het verloren terrein terug te winnen maar de Vikingen werden pas verjaagd nadat ze in 892 bij de slag aan de Dijle (op de plaats waar nu Leuven ligt) door koning Arnulf van Karinthië waren verslagen. Boudewijn bouwde versterkingen om zijn graafschap tegen de Vikingen te kunnen beschermen in: Ieper, Kortrijk, Sint-Winoksbergen, Sint-Omaars, Brugge en Gent.

Opbouw van het graafschap
In 888 steunde Boudewijn de keuze van Odo I van Frankrijk tot koning van West-Francië. Hij kreeg echter direct een conflict met Odo over de abdij van Sint-Bertinus in Sint-Omaars. Odo achtervolgde Boudewijn tot aan Brugge maar kon de stad niet innemen. Als reactie daarop trok Boudewijn nog in datzelfde jaar naar Arnulf van Karinthië in Worms en vroeg hem om ook koning van West-Francië te worden, maar Arnulf sloeg die uitnodiging af. Toen in 892 de abt van Sint-Bertinus overleed, wachtte Boudewijn niet op de formele procedures maar bezette de abdij.

Boudewijn was een van de edelen die de kroning van Karel de Eenvoudige tot koning van West-Francië steunden maar tegelijkertijd zocht hij ook toenadering tot Zwentibold die in 895 tot koning van Lotharingen was benoemd. Door handig te opereren in het spanningsveld tussen Karel en Zwentibold wist Boudewijn zijn positie te versterken. In 896 verkreeg hij het graafschap Boulogne. Boudewijn liet zijn broer Rudolf Péronne en de Vermandois binnenvallen, die toen net aan Herbert I van Vermandois waren toegewezen. Herbert wist Rudolf echter in een hinderlaag te doden en het Vlaamse leger werd teruggedreven. Toen de koning in 900 bisschop Fulco van Reims, een bondhenoot van Herbert, benoemde tot abt van Sint-Bertinus, kon Boudewijn dit niet accepteren en hij liet Fulco vermoorden. Boudewijn werd daarop geëxcommuniceerd maar Karel de Eenvoudige was niet in staat om strafmaatregelen door te voeren. Omdat de politieke situatie voor Boudewijn nu niet erger kon worden, had hij geen belemmering meer om Artesië met inbegrip van de rijke abdij van Sint-Vaast te veroveren. Ook liet Boudewijn door een sluipmoordenaar Herbert van Vermandois vermoorden.

Met zijn harde en gewelddadige politiek had Boudewijn in de jaren na 900 zijn positie en die van zijn graafschap veilig gesteld. De laatste periode van zijn bewind tot zijn dood in 918 is rustig verlopen. Boudewijn werd begraven in de abdij van Sint-Bertinus maar werd na de dood van zijn vrouw (929) bij haar begraven in de Sint-Pietersabdij van Gent.


Familie
Boudewijn II was de zoon van Boudewijn I en van Judith. In 884 huwde hij Aelfryth van Wessex (ook Aelftrud of Elfrida) (Wessex, 868 - 7 juni 929), dochter van Alfred de Grote, koning van Engeland van 871 tot 899, en van Ealhswith van de Gaini. Boudewijn en Aelftrud kregen de volgende kinderen:

Arnulf I de Grote, graaf van Vlaanderen
Adalolf (of Adelulf, Aethelwulf) (ca. 895 - 13 november 933), graaf van Boulogne en van Terwaan, lekenabt van Sint-Bertinus
Ealswid
Ermentrude
Abt Hildebrand van Sint-Bertinus en Sint Vaast, was een zoon van Ealswid of Ermentrude, of van een onbekende zuster.
Heerlijkheid:
van 879 tot 918 graaf van Vlaanderen en van 896 tot 918 graaf van Boulogne.
Boudewijn trouwde, ongeveer 19 jaar oud, in 884 met Aelfryth van Wessex, 15 of 16 jaar oud. Aelfryth is geboren in 868 in Wessex. Aelfryth is overleden op zondag 7 juni 929, 60 of 61 jaar oud.
Kind van Boudewijn en Aelfryth:
1 Arnulf I “de Grote” Van Vlaanderen, geboren omstreeks 887. Volgt 657.
657 Arnulf I “de Grote” Van Vlaanderen is geboren omstreeks 887, zoon van Boudewijn II de Kale Van Vlaanderen (zie 656) en Aelfryth van Wessex. Arnulf is overleden op maandag 27 maart 965, ongeveer 78 jaar oud. Hij is begraven in Gent in de Sint-Pietersabdij.
Notitie bij Arnulf: Hij was graaf van Vlaanderen (918-964). Na de dood van zijn vader Boudewijn II werd hij graaf van Noord-Vlaanderen en na de dood van zijn broer Adalofi in 933 heer van Boulogne. Tevens veroverde hij het graafschap Ponthieu. Arnulf I bevorderde de kloosterhervormingen van Gerard van Brogne en deed grote schenkingen aan de Sint Pieter te Gent. Met de Westfrankische koning Lotharius trof hij in 962 een regeling ter bescherming van diens jeugdige kleinzoon als opvolger. Om de vrede tussen het huis van Vlaanderen en de Heribertiner graven te bestendigen huwde Arnulf I in 933 of 934 met Adela van Vermandois

Politiek van expansie
Na de dood van zijn vader Boudewijn II erfde Arnulf het grootste (noordelijke) deel van het graafschap, zijn broer Adalolf erfde het zuidelijke deel. Arnulf vocht in 923 aan de kant van Karel de Eenvoudige in de slag bij Soissons. In 924 veroverde hij samen met zijn broer Adalolf en Herbert II van Vermandois de stad Eu (Seine-Maritime) op de Vikingen. Arnulf versloeg de Vikingen nog een keer in 926 maar gaf in 928 het graafschap Guînes in leen aan de Deen Siegfried en gaf hem later zijn dochter tot vrouw.

Vanaf 930 kwam het tot een krachtmeting met Herbert II van Vermandois. Om diens expansie te beteugelen veroverde Arnulf in 931 Dowaai en Mortagne-du-Nord. In 932 verwierf Arnulf het graafschap Artois en versterkte de abdij van Sint-Vaast. Na het overlijden van zijn broer in 933 eigende hij zich diens graafschappen van Terwaan en Boulogne toe, met voorbijgaan aan de rechten van zijn minderjarige neefjes. Hij adopteerde wel Adalolfs onechte zoon Boudewijn. In 934 kwam het tot een vrede met Herbert en trouwde Arnulf in 934 met Herberts dochter Adelheid. Dit bezegelde niet alleen een vrede maar ook een bondgenootschap tegen Hugo de Grote.

Na de vrede met Herbert kon Arnulf zich richten op de Vikingen uit Normandië. In 939 veroverde hij de stad Montreuil (Pas-de-Calais) op Herluinus II van Ponthieu om de invallen van de Normandiërs tegen te gaan maar de Normandische troepen wisten de stad snel te heroveren. In 942 nodigde Arnulf graaf Willem I van Normandië uit voor een bespreking te Picquigny om de kwestie Montreuil te regelen. Daar aangekomen werd Willem echter door mannen van Arnulf vermoord. In 949 kreeg Arnulf Montreuil definitief in handen. Vervolgens bracht Arnulf een bondgenootschap tot stand met Lodewijk van Overzee en Otto I de Grote, tegen Normandië. De coalitie belegerde Rennes maar de jeugdige Normandische graaf Richard wist het bondgenootschap uiteen te spelen, en Arnulf trok zich terug naar Vlaanderen. Uit wraak plunderde het leger van Otto Vlaanderen en liet die een kasteel bouwen in Gent, waar hij een burggraaf plaatste. Na de verzoening tussen Arnulf en Otto kreeg Arnulf het kasteel in handen en liet hij de burggraaf met een van zijn dochters trouwen. Arnulf verwierf nadien ook Amiens, Oosterbant en werd lekenabt van de abdij van Sint-Bertinus in Saint-Omer.

Politiek van consolidatie
Om zijn grenzen te verzekeren huwde Arnulf al zijn dochters uit aan zijn Lotharingse buren en hoge Duitse adel. Politiek koos hij steeds positie tegen de graven van Normandie en de hertogen van de Franken. Hij voerde kloosterhervormingen door met hulp van Gerardus van Brogne en regeerde vooral met hulp van de geestelijkheid, en zoveel mogelijk zonder vazallen.

In 958 benoemde Arnulf zijn zoon Boudewijn tot medegraaf en ging hij feitelijk met pensioen (ongeveer 70 jaar oud). Nadat Boudewijn in 962 op jonge leeftijd overleed, kwamen de zoons van Adalof in opstand en herwonnen de graafschappen van hun vader. Arnulf sloot toen een overeenkomst met koning Lotharius van Frankrijk: In ruil voor al zijn veroveringen zou Lotharius de opvolging van zijn jonge kleinzoon in het oorspronkelijke graafschap garanderen. Arnulf steunde nog de bisschop van Kamerijk tegen zijn opstandige stedelingen en kreeg in ruil daarvoor de kerkelijke bezittingen bij Lambres. Volgens een overlevering zou Arnulf zijn vermoord door een nakomeling van Herluinus II van Ponthieu.

Arnulf stichtte de kerk van Torhout, het Sint-Donatianus kapittel te Brugge, de Sint-Janskapel te Gent en herbouwde de abdij van Saint-Amand. Arnulf is begraven in de Sint-Pietersabdij (Gent).
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen van 918 tot zijn dood in 965.
Arnulf trouwde met Adela Luitgardis van Vermandois. Zie 587 voor persoonsgegevens van Adela.
Kinderen van Arnulf en Adela: zie 587.
658 Lodewijk II de stamelaar van Aquitanie is geboren op maandag 1 november 846, zoon van Karel II “de Kale” van Francië (zie 654) en Ermentrudis Van Orleans. Lodewijk is overleden op maandag 10 april 870 in Compiègne, 23 jaar oud. Hij is begraven in In het klooster van Notre Dame te Compiègne.
Notitie bij Lodewijk: Jeugd
Lodewijk was een zoon van Karel de Kale en Ermentrudis van Orléans. Hij was zwak en ziekelijk, en hield van vrede en rechtvaardigheid. Doordat hij stotterde had hij veel moeite om serieus genomen te worden als toekomstige koning. Ook had hij een slechte verstandhouding met zijn vader, die weigerde om hem een functie met werkelijke inhoud te geven.

In 856 werd hij verloofd met een dochter van Erispoë en werd hij formeel benoemd tot onderkoning van Neustrië en graaf van Le Mans. Na een opstand in Bretagne werd de verloving echter verbroken en moest Lodewijk naar het hof van zijn vader vluchten. In 861 moest hij het hof van zijn vader juist ontvluchten omdat hij zijn zuster Judith had geholpen weg te lopen met de latere Boudewijn I van Vlaanderen. Het volgende jaar begon Lodewijk een opstand tegen zijn vader met hulp van de Neustrische adel. Ook trouwde hij in 862 met zijn eerste vrouw, tegen de wil van zijn vader. Later in 862 verzoenden Lodewijk en Karel zich, en Lodewijk werd benoemd tot gouverneur van Neustrië en graaf van Meaux. In 867 werd hij benoemd tot koning van Aquitanië maar veel van zijn bevoegdheden worden door zijn vader aan andere edelen gegeven. In 875 trouwde Lodewijk onder druk van zijn vader opnieuw, maar verstootte zijn eerste vrouw pas in 876-877.

Koning
Na het overlijden van zijn vader in 877 gaf Lodewijk grote bezittingen weg aan de adel om zijn positie te verzekeren. Er ontstond bijna een burgeroorlog toen het leger dat uit Italië terugkeerde merkte wat het was misgelopen. Na bemiddeling door aartsbisschop Hincmar van Reims werd Lodewijk op 8 december door hem gekroond te Compiègne. De kroning werd op 8 september 878 herhaald door paus Johannes VIII te Troyes, die echter weigerde om Lodewijks tweede vrouw te kronen omdat hij hun huwelijk als ongeldig beschouwde. De kinderen uit het tweede huwelijk werden (in ieder geval door de kerk) lange tijd als onwettig beschouwd.

Tijdens een samenkomst met zijn neef Lodewijk de Jonge van Oost-Francië tekende Lodewijk het verdrag van Meersen te Voeren (Fr: Fourons) op 1 november 878 en bereidde (voordat een verdergaande samenwerking met de overige Karolingische vorsten werd bereikt) een veldtocht voor tegen de Vikingen aan de Loire en het opstandige zuiden van zijn rijk. Lodewijk moest echter ziek terugkeren naar Compiègne. Hij overleed te Compiègne op Goede Vrijdag 10 april 879 en werd op 11 april aldaar begraven in het klooster van Notre-Dame.

Lodewijk werd opgevolgd door zijn twee oudste zoons uit zijn eerste huwelijk.
Lodewijk:
(1) trouwde met Ansgardis van Bourgondië.
Notitie bij het huwelijk van Lodewijk en Ansgardis: Huwelijken en kinderen
Lodewijk II huwde op 1 maart 862 met Ansgardis van Bourgondië (ca. 840 - 2 november 880/882), een dochter van Graaf Harduin. Uit dit huwelijk werden geboren:

Lodewijk III der Franken (ca. 863 – 5 augustus 882)
Carloman der Franken (ca. 867 – 6 december 884)
Gisela der Franken (ca. 870 - 12 december 884), gehuwd met Robert van Troyes
Hildegard (ovl. na 896)
Omstreeks 875 huwde Lodewijk II met Adelheid van Parijs (853 – ca. 10 november 901) (dochter van Paltsgraaf Adalhard). Uit dit huwelijk werden geboren:

Irmtrud der Franken, (ca. 877 - ca. 910)
Karel III ’de Eenvoudige’ van West Francië (17 september 879 – Péronne, 7 oktober 929), dus na de dood van zijn vader geboren, gehuwd met Eadgifu van Engeland, dochter van Edward de Oudere
Ansgardis is geboren omstreeks 840. Ansgardis is overleden omstreeks donderdag 2 november 881, ongeveer 41 jaar oud.
(2) trouwde met Adelheid van Parijs. Adelheid is geboren in 853. Adelheid is overleden op dinsdag 10 november 901, 47 of 48 jaar oud.
Kind van Lodewijk en Ansgardis:
1 Irmtrud der Franken, geboren omstreeks 877. Volgt 659.
Kind van Lodewijk en Adelheid:
2 Karel Alexander de Eenvoudige, geboren op donderdag 17 september 879. Volgt 678.
659 Irmtrud der Franken is geboren omstreeks 877, dochter van Lodewijk II de stamelaar van Aquitanie (zie 658) en Ansgardis van Bourgondië. Irmtrud is overleden omstreeks 914, ongeveer 37 jaar oud. Irmtrud trouwde met Reginbert graaf van midden Friesland. Reginbert is een zoon van Goidefrid Koning van HAIHABU en Gisela Van Lotharingen. Reginbert is overleden.
Kind van Irmtrud en Reginbert:
1 Kunegund van FRANKEN, geboren omstreeks 895. Volgt 660.
660 Kunegund van FRANKEN is geboren omstreeks 895, dochter van Reginbert graaf van midden Friesland en Irmtrud der Franken (zie 659). Kunegund is overleden in 919, ongeveer 24 jaar oud. Kunegund trouwde met Wicherig Graaf van BIDGAU. Wicherig is overleden in 923.
Kind van Kunegund en Wicherig:
1 Siegfried van LUXEMBURG, geboren omstreeks 916. Volgt 661.
661 Siegfried van LUXEMBURG is geboren omstreeks 916, zoon van Wicherig Graaf van BIDGAU en Kunegund van FRANKEN (zie 660). Siegfried is overleden op maandag 15 augustus 998, ongeveer 82 jaar oud. Siegfried trouwde met Hedwig ( Fa Eberhard ) van NORDGAU. Hedwig is overleden omstreeks 992.
Kinderen van Siegfried en Hedwig:
1 Lutgardis van LUXEMBURG, geboren omstreeks 960. Volgt 662.
2 Friedrich Graaf van LUXEMBURG, geboren omstreeks 965. Volgt 663.
3 Kunigonde van LUXEMBURG, geboren in 980 in Luxemburg. Volgt 677.
662 Lutgardis van LUXEMBURG is geboren omstreeks 960, dochter van Siegfried van LUXEMBURG (zie 661) en Hedwig ( Fa Eberhard ) van NORDGAU. Lutgardis is overleden na vrijdag 14 september 1005, minstens 45 jaar oud.
Notitie bij Lutgardis: Liutgard trad na de dood van haar man op als regent voor haar minderjarige kinderen. Zij schonk voor het zielenheil van haar gemaal het bezit Rugge aan de Sint Pietersabdij te Gent op 20 september 993. Zij riep de hulp van in van haar zwager, koning Hendrik II, die in het voorjaar van 1005 de West-Friezen met een vloot aanviel (“om haar woede te kalmeren” zoals Thietmar van Merseburg vermeldt). In juni 1005 verzoende zij zich vervolgens met de opstandige West-Friezen door toedoen van Hendrik. Liutgard is begraven in de Sint-Adelbertabdij te Egmond.
Lutgardis trouwde met Aarnout of Arnulf van Gent. Zie 589 voor persoonsgegevens van Aarnout.
Kinderen van Lutgardis en Aarnout: zie 589.
663 Friedrich Graaf van LUXEMBURG is geboren omstreeks 965, zoon van Siegfried van LUXEMBURG (zie 661) en Hedwig ( Fa Eberhard ) van NORDGAU. Friedrich is overleden op dinsdag 6 oktober 1019, ongeveer 54 jaar oud.
Heerlijkheid:
erfdochter
Friedrich trouwde met Irmentrud van GLEIBERG ( WETTERAU ). Irmentrud is geboren omstreeks 970, dochter van Eribert van GLEIBERG ( WETTERAU ) en Irmtrud van MAINGAU ( Avalgau ). Irmentrud is overleden omstreeks 1020, ongeveer 50 jaar oud.
Kind van Friedrich en Irmentrud:
1 Gisela van LUXEMBURG, geboren omstreeks 1015. Volgt 664.
664 Gisela van LUXEMBURG is geboren omstreeks 1015, dochter van Friedrich Graaf van LUXEMBURG (zie 663) en Irmentrud van GLEIBERG ( WETTERAU ). Gisela is overleden na 1056, minstens 41 jaar oud. Gisela trouwde met Radolf II ( fs Radolf ) van GENT-AALST. Radolf is overleden vóór 1052.
Functie:
Voogd St. Pietersabdy te Gent
Heerlijkheid:
Ridder
Kind van Gisela en Radolf:
1 Boudewijn van GENT-AALST, geboren omstreeks 1040. Volgt 665.
665 Boudewijn van GENT-AALST is geboren omstreeks 1040, zoon van Radolf II ( fs Radolf ) van GENT-AALST en Gisela van LUXEMBURG (zie 664). Boudewijn is overleden op donderdag 24 februari 1082, ongeveer 42 jaar oud.
Heerlijkheid:
Heer van Aalst, Waas, Drongen en Ruiselede, ridder en voogd van St. Pieters.
Boudewijn trouwde met Oda van Aalst. Oda is geboren omstreeks 1040. Oda is overleden na 1082, minstens 42 jaar oud.
Kind van Boudewijn en Oda:
1 Elisabeth van Gent. Volgt 666.
666 Elisabeth van Gent, dochter van Boudewijn van GENT-AALST (zie 665) en Oda van Aalst. Elisabeth is overleden. Elisabeth trouwde met Raas II van Gavere. Raas is geboren omstreeks 1100, zoon van Raas I van Gavere en Katharina van Ath (Van Cysoing). Raas is overleden op maandag 27 juni 1149, ongeveer 49 jaar oud (oorzaak: Gedood tijdens gevecht tussen Vlamingen en Henegouwers).
Heerlijkheid:
Ridder
Kind van Elisabeth en Raas:
1 Raas III van Gavere, geboren omstreeks 1112. Volgt 667.
667 Raas III van Gavere is geboren omstreeks 1112, zoon van Raas II van Gavere en Elisabeth van Gent (zie 666). Raas is overleden in 1150, ongeveer 38 jaar oud. Raas trouwde, ongeveer 26 jaar oud, in 1138 met Eva Van Chiévres. Eva is overleden.
Notitie bij overlijden van Eva: als non
Heerlijkheid:
(deelerfgename van Chiévres)
Kind van Raas en Eva:
1 Raas IV van Gavere, geboren in 1140. Volgt 668.
668 Raas IV van Gavere is geboren in 1140, zoon van Raas III van Gavere (zie 667) en Eva Van Chiévres. Raas is overleden in 1190, 49 of 50 jaar oud.
Heerlijkheden:
Ridder
boutelgier van Vlaanderen en ridder
Raas trouwde met Machteld Van Liedekerke. Machteld is geboren omstreeks 1129, dochter van Gossuin Van Liedekerke en Marie De Rhodes. Machteld is overleden in 1206, ongeveer 77 jaar oud.
Heerlijkheid:
vrouwe van Groot-Aalst
Kinderen van Raas en Machteld:
1 Bertha van Gavere. Volgt 669.
2 Raas V van Gavere, geboren in 1165. Volgt 674.
669 Bertha van Gavere, dochter van Raas IV van Gavere (zie 668) en Machteld Van Liedekerke. Bertha is overleden. Bertha trouwde met Eustache II Van Roeulx. Eustache is geboren in 1185, zoon van Arnoul heer van Henegouwen. Eustache is overleden in 1227, 41 of 42 jaar oud.
Kind van Bertha en Eustache:
1 Elisabeth Van Vlaanderen, geboren in 1185. Volgt 670.
670 Elisabeth Van Vlaanderen is geboren in 1185, dochter van Eustache II Van Roeulx en Bertha van Gavere (zie 669). Elisabeth is overleden in 1227, 41 of 42 jaar oud. Elisabeth trouwde met Dirk VAN Maldeghem. Dirk is geboren in 1183. Dirk is overleden in 1227, 43 of 44 jaar oud.
Kind van Elisabeth en Dirk:
1 Beatrijs VAN Maldeghem, geboren in 1210. Volgt 671.
671 Beatrijs VAN Maldeghem is geboren in 1210, dochter van Dirk VAN Maldeghem en Elisabeth Van Vlaanderen (zie 670). Beatrijs is overleden in 1238, 27 of 28 jaar oud. Beatrijs trouwde met Jan van Axel. Jan is geboren in 1200. Jan is overleden.
Kind van Beatrijs en Jan:
1 Olivier van Axel, geboren in 1238. Volgt 672.
672 Olivier van Axel is geboren in 1238, zoon van Jan van Axel en Beatrijs VAN Maldeghem (zie 671). Olivier is overleden in 1271, 32 of 33 jaar oud. Olivier trouwde met Katelijne VAN DE PUTTE. Katelijne is geboren in 1238. Katelijne is overleden in 1322, 83 of 84 jaar oud.
Kind van Olivier en Katelijne:
1 Elisabeth van Axel, geboren omstreeks 1245. Volgt 673.
673 Elisabeth van Axel is geboren omstreeks 1245, dochter van Olivier van Axel (zie 672) en Katelijne VAN DE PUTTE. Elisabeth is overleden. Elisabeth trouwde met Joannes (Mulaert) Jan van Gavere. Zie 46 voor persoonsgegevens van Joannes.
Kinderen van Elisabeth en Joannes: zie 46.
674 Raas V van Gavere is geboren in 1165, zoon van Raas IV van Gavere (zie 668) en Machteld Van Liedekerke. Raas is overleden in 1217, 51 of 52 jaar oud. Raas trouwde met Carla Liedekerke van Herzele. Carla is overleden.
Kind van Raas en Carla:
1 Raas VI van Gavere, geboren in 1190. Volgt 675.
675 Raas VI van Gavere is geboren in 1190, zoon van Raas V van Gavere (zie 674) en Carla Liedekerke van Herzele. Raas is overleden op zaterdag 9 november 1241, 50 of 51 jaar oud (oorzaak: Gesneuveld in de slag van Bouvines; vermeld Warlop (1207-1241))).
Heerlijkheid:
•Heer van Chievres, Liedekerke etc en ridder
Raas:
(1) trouwde, ongeveer 17 jaar oud, omstreeks 1207 met Alix VAN BOELAERE, minstens 26 jaar oud. Alix is geboren vóór 1181. Alix is overleden vóór 1240.
(2) trouwde, minstens 17 jaar oud, na 1207 met Sophie Van Breda, minstens 17 jaar oud. Zie 42 voor persoonsgegevens van Sophie.
Kind van Raas en Alix:
1 Raas VII van Gavere, geboren omstreeks 1210. Volgt 676.
Kinderen van Raas en Sophie: zie 42.
676 Raas VII van Gavere is geboren omstreeks 1210, zoon van Raas VI van Gavere (zie 675) en Alix VAN BOELAERE. Raas is overleden omstreeks 1254, ongeveer 44 jaar oud. Raas trouwde met Joanna VAN WAVRIN. Joanna is geboren omstreeks 1210. Joanna is overleden.
677 Kunigonde van LUXEMBURG is geboren in 980 in Luxemburg, dochter van Siegfried van LUXEMBURG (zie 661) en Hedwig ( Fa Eberhard ) van NORDGAU. Kunigonde is overleden op zaterdag 3 maart 1033 in Kaufungen, 52 of 53 jaar oud.
Notitie bij Kunigonde: Na de dood van haar man, trok zij zich terug in de abdij Kaufungen, die zij zelf gesticht had.

Kundigonde werd in 1200 heilig verklaard door paus Innocentius III. Zij is beschermheilige van Luxemburg, Litouwen en Polen. Haar feestdag is op 3 maart.
Kunigonde trouwde met Hendrik II de Heilige van het Heilige Roomse Rijk. Zie 10 voor persoonsgegevens van Hendrik.
678 Karel Alexander de Eenvoudige is geboren op donderdag 17 september 879, zoon van Lodewijk II de stamelaar van Aquitanie (zie 658) en Adelheid van Parijs. Karel is overleden op woensdag 7 oktober 929 in Péronne (F), 50 jaar oud.
Notitie bij Karel: Weg naar het koningschap
Hij was een postume zoon van Lodewijk de Stamelaar en van diens tweede echtgenote Adelheid van Parijs. Door zijn jonge leeftijd, de twijfels over de geldigheid van het huwelijk van zijn ouders (wegens mogelijke bloedverwantschap) en doordat politieke tegenstanders geruchten verspreidden dat Lodewijk helemaal zijn vader niet was, werd hij meerdere malen gepasseerd voor het koningschap. In 888 werd er zelfs een koning gekozen die geen Karolinger was: Odo, graaf van Parijs. Karel verbleef in zijn jongste jaren veilig aan het hof van de machtige hertog Ranulf II van Poitiers. Op 28 januari 893 werd de dertienjarige Karel met steun van Arnulf van Karinthië door bisschop Fulco van Reims, Herbert I van Vermandois en Pepijn van Senlis, in Reims tot tegenkoning uitgeroepen. Maar toen Arnulf korte tijd later weer de kant van Odo koos, werd Karels positie onhoudbaar. In 895 moest Karel naar Bourgondië vluchten. Door bemiddeling van Zwentibold van Lotharingen werd er echter een overeenkomst bemiddeld: Karel erkende Odo als koning, en Odo wees Karel aan als zijn opvolger. In 896 hield Karel nog een bespreking met de koningen Lambert van Italië en Rudolf I van Bourgondië te Remiremont. Na de dood van Odo op 1 januari 898 werd Karel, zoals overeengekomen, koning van West-Francië. Hij had echter weinig macht, de hertogen en de belangrijke graven waren stuk voor stuk praktisch onafhankelijk en machtiger dan hun koning.

Politiek succes
De aanvallen van Vikingen waren een steeds terugkerend probleem in West-Francië. Maar toen de Vikingen in 911 de stad Chartres belegerden werden ze verslagen door Ebalus van Aquitanië, Richard I van Bourgondië en Robert van Parijs. Karel sloot daarop het akkoord van Saint-Clair-sur-Epte met de Vikingleider Rollo. De locatie van Saint-Clair-sur-Epte was gekozen omdat het halverwege Parijs en de kust lag. Als onderdeel van het verdrag werd aan Rollo het gebied dat later het hertogdom Normandië zou vormen, in leen gegeven. In ruil zou hij de toegang tot de Seine verdedigen tegen aanvallen door andere Vikingen.

In 911 werd hij ook in Lotharingen tot koning uitgeroepen omdat de Lotharingse edelen, na het overlijden van de Duitse koning Lodewijk IV het Kind, de keuze van de nieuwe Duitse koning (hertog Koenraad I van Frankenland), niet wilden steunen. Daarna noemt Karel zichzelf "rex Francorum" (koning van de Franken), en sprak daarmee de pretentie uit dat hij koning van het gehele oude Frankische Rijk zou moeten zijn. In 912 leverde Karel drie veldslagen tegen Koenraad, die Lotharingen niet wilde opgeven, en veroverde de Elzas.

Achteruitgang
In het jaar 915 overleden Reinier I van Henegouwen en bisschop Radbod van Trier. Na het wegvallen van deze twee machtige edelen dacht Karel de autonomie van Lotharingen in te kunnen perken maar kon zijn plannen niet doorvoeren door de weerstand van de Lotharingse adel. Als gevolg daarvan ging Karel steeds meer vertrouwen op zijn Lotharingse adviseur Haganon, die een neef van hem zou zijn. Met name in West-Francië leidde de steeds grotere invloed van Haganon tot weerstand. In 919 vielen de Hongaren Karels koninkrijk binnen maar zijn vazallen negeerden zijn oproep om een gezamenlijk leger te vormen. In 920 werd Karels positie zo benauwd dat hij zijn toevlucht moest zoeken bij de bisschop van Reims. Giselbert II van Maasgouw verklaarde Lotharingen onafhankelijk van Karel maar uiteindelijk wist Karel de macht over Lotharingen te behouden wat eruit blijkt dat hij nog in 920 in staat was om een nieuwe bisschop van Luik te benoemen. Datzelfde jaar probeerde Karel nog te profiteren van het overlijden van koning Koenraad door een veldtocht naar Duitsland maar hij kwam niet verder dan Worms. Op 11 november 921 moest Karel in Bonn een verdrag sluiten met Hendrik de Vogelaar waarbij de bestaande grenzen werden bevestigd en de koningen elkaar als gelijkwaardig erkenden (hoewel Hendrik geen Karolinger was).

Verlies van het koningschap
In 922 schonk Karel de abdij van Chelles aan Haganon. Dit klooster was traditioneel aan de hoge adel en de koningen verbonden, en daarom was deze schenking onverteerbaar voor de West-Frankische adel. Er brak een opstand uit en Robert van Parijs (broer van Odo) werd gekozen tot tegenkoning. Na enkele korte gevechten rond Reims en Laon moest Karel naar Lotharingen vluchten. Daar verzamelde hij een leger om tegen Robert te vechten. De schenking op 15 juni 922 van goederen te Egmond aan de Friese graaf Dirk I moet waarschijnlijk in dit licht worden gezien. Op 15 juni 923 werd Karel verslagen in een veldslag bij Soissons, hoewel Robert werd gedood. Roberts schoonzoon Rudolf I van Frankrijk werd gekozen tot koning. Karel werd uitgenodigd voor onderhandelingen in Saint-Quentin (Aisne) maar werd daar door Herbert II van Vermandois (een zwager van de dode koning Robert) gevangengenomen en opgesloten in Péronne (Somme). Karels vrouw Eadgifu vluchtte met haar zoon naar haar familie in Engeland. In 928 werd Karel nog voor korte tijd vrijgelaten omdat dit paste in de politieke doelen van Herbert, maar daarna weer opgesloten. Karel overleed in gevangenschap en werd begraven in de St Fursy te Péronne.

Huwelijken en kinderen
Karel was in zijn eerste huwelijk (in april 907) gehuwd met Frederune (- 10 februari 917), de zus van de bisschop van Châlons-en-Champagne en mogelijk ook zus van Mathildis van Ringelheim. Zij kregen de volgende kinderen:

Ermentrudis, gehuwd met Godfried, paltsgraaf van Lotharingen
Frederuna
Adelheid, gehuwd met Rudolf II van Vexin
Gisela, gehuwd met de Vikingaanvoerder Rollo
Rotrude
Hildegarde
Later trouwde hij (917 - 919) met Eadgifu van Engeland (ook Hedwig van Wessex genaamd), dochter van Eduard de Oudere. Uit dit huwelijk is geboren:

Lodewijk van Overzee (920-954), gehuwd met Gerberga van Saksen (914-984).
Zij hertrouwde in 951 met Herbert III van Vermandois.

Bij verschillende minnaressen had Karel de volgende kinderen:

Arnulf
Drogo
Rorico (- 20 december 976), bisschop van Laon, begraven in de St Vincent te Laon
Alpais
Heerlijkheid:
koning van West-Francië van 898 tot 922 en koning van Lotharingen van 911 tot 923
Karel:
(1) trouwde, 27 jaar oud, in april 907 met Frederune, 19 of 20 jaar oud. Frederune is geboren in 887. Frederune is overleden op maandag 10 februari 917, 29 of 30 jaar oud.
Notitie bij Frederune: Frederune (887 - 10 februari 917) was een dochter van de Westfaalse graaf Diederik van Ringelheim en van Reinhildis van Denemarken. Zij was dus een zuster van Mathildis, de echtgenote van Hendrik de Vogelaar, en van bisschop Bovo II van Châlons-sur-Marne. In 907 huwde zij met Karel de Eenvoudige en schenkt hem uitsluitend dochters, hetgeen tot opvolgingsproblemen leidt,

Irmintrud, in 908-909 gehuwd met Gottfried paltsgraaf van Lotharingen (- 950)
Frederuna
Adelheid
Rotrud
Hildegard.
Frederune was zeer vroom en werd tenslotte door haar man verlaten. Zij overleed in Lotharingen.
(2) trouwde, ongeveer 38 jaar oud, omstreeks 917 met Hedwig van Wessex, ongeveer 14 jaar oud. Hedwig is geboren in 903. Hedwig is overleden op vrijdag 26 september 951, 47 of 48 jaar oud. Zij is begraven in abdij van St Medardus in Soissons..
Notitie bij Hedwig: oorspronkelijk: Eadgifu

Zij was een dochter van koning Eduard van Engeland en diens tweede echtgenote Ælfflæd. Zij trouwde (917-919) met koning Karel III van Frankrijk, als zijn tweede echtgenote. Hedwig schonk hem de lang verwachte zoon, Lodewijk IV. Toen Karel in 923 werd gevangengenomen door Herbert II van Vermandois vluchtte Hedwig naar haar halfbroer, koning Aethelstan van Engeland.

In 936 kon Hedwig met haar zoon terugkeren en werd Lodewijk tot koning gekroond. Hedwig werd abdis van het klooster van Notre-Dame in Laon. In 951 verliet ze het klooster om te trouwen met Herbert III van Omois, een zoon van Herbert II van Vermandois. Haar zoon Lodewijk was hierover zo boos dat hij haar bezittingen afnam. Hedwig werd begraven in de abdij van St Medardus in Soissons.
Heerlijkheid:
koninging van West-Francië.
Kind van Karel en Hedwig:
1 Lodewijk IV van Overzee Van Frankrijk. Volgt 679.
679 Lodewijk IV van Overzee Van Frankrijk, zoon van Karel Alexander de Eenvoudige (zie 678) en Hedwig van Wessex. Lodewijk is overleden.
Notitie bij Lodewijk: Lodewijk IV bijgenaamd van Overzee (d’Outremer) (Laon, 10 september 920 – Sens, 10 september 954) was koning van West-Francië van 936 tot zijn dood. Hij was de zoon van Karel III van Frankrijk en diens echtgenote Hedwig van Wessex, een dochter van koning Eduard de Oudere.

Hij was pas twee jaar, toen zijn vader als koning werd afgezet en vervangen door Robert I van Frankrijk. Het jaar nadien al stierf Robert I, die werd opgevolgd door Rudolf, hertog van Bourgondië. Een medestander van Robert I, graaf Herbert II van Vermandois, nam Lodewijks vader gevangen. Lodewijks moeder bracht hem in veiligheid "over zee" ("outre-mer"), naar haar familie in Engeland. Hij hield er zijn bijnaam aan over. Karel stierf in 929 en Rudolf regeerde nog tot zijn dood in 936. Hugo de Grote (een zoon van Robert I van Frankrijk) besloot dat het handiger was om niet zelf koning te worden maar een zwakke koning op de troon te plaatsen waardoor hij zelf vooral zijn eigen belangen kon behartigen. Hugo vormde een groep van hoge edelen die Lodewijk uitnodigde om koning te worden. Koning Athelstan van Engeland onderhandelde eerst uitgebreide veiligheidsgaranties voor zijn neef voordat hij hem liet terugkeren. Lodewijk landde in 936 te Boulogne en werd daar door Hugo en de ander West-Frankische edelen gehuldigd. Nadat Hugo voor zichzelf een bevoorrechte positie had onderhandeld, werd Lodewijk op 19 juni 936 in Laon gekroond door Artaldus, de aartsbisschop van Reims. Zijn macht beperkte zich tot Laon en enkele plaatsen in het noorden van Frankrijk maar geleidelijk verwierf Lodewijk een wat sterkere positie.

In 939 bood hertog Giselbert van Lotharingen aan om Lodewijk als koning te huldigen. Giselbert voelde zich namelijk steeds meer in het nauw gebracht door de politiek van zijn zwager, de nieuwe koning Otto van Duitsland, die de macht van de hertogen steeds verder inperkte ten gunste van zijn eigen positie. Lodewijk durfde dit aanbod echter niet aan te nemen. Later in dat jaar kwam Giselbert echter met twee andere hertogen in opstand tegen Otto. Toen die de Rijn overstaken trok Lodewijk met een leger naar de Elzas om de opstandelingen te helpen, maar die waren al verslagen bij de oversteek van de Rijn en Giselbert was verdronken toen hij over de Rijn probeerde te vluchten. Lodewijk trouwde direct met de weduwe van Giselbert, Gerberga van Saksen, en eiste de heerschappij over Lotharingen op. Lodewijk had ook een historisch recht op Lotharingen omdat zijn vader tot 923 koning van Lotharingen was geweest. Door dit huwelijk werd Lodewijk verwant aan Otto (broer van Gerberga) en Hugo de Grote (getrouwd met Gerberga’s zuster Hedwig van Saksen).

In 940 trok Otto met een leger naar het westen om orde op zaken te stellen. Lodewijk kon niet anders dan zich terugtrekken en Lotharingen op te geven. Hugo de Grote en Herbert II van Vermandois erkenden Otto als hun koning. Hugo en Herbert belegerden in 941 Laon, dat door de zwangere Gerberga werd verdedigd. Lodewijk probeerde haar te ontzetten maar werd vernietigend verslagen. Otto dwong ondertussen Hugo de Zwarte van Bourgondië, Lodewijks enige bondgenoot van betekenis, om zich terug te trekken. Door bemiddeling van Gerberga sloten Otto, Lodewijk en Hugo in 942 vrede te Visé. Lodewijk geeft daarbij formeel zijn aanspraken op Lotharingen op.

In 943 versloeg Lodewijk Vikingen uit Normandië die waren teruggekeerd naar het heidendom. Twee jaar later wisten de Normandiërs Lodewijk gevangen te nemen maar een jaar later wist Gerberga zoveel druk vanuit Engeland, Duitsland en de paus te organiseren dat hij werd vrijgelaten. Wel moest Gerberga in ruil voor Lodewijk een van hun zoons als gijzelaar geven. In 946 veroverden Lodewijk en Otto gezamenlijk de stad Reims op Hugo van Vermandois. In 948 liep de spanning met Hugo de Grote verder op. Lodewijk was in staat om in 948 zijn kandidaat tot bisschop van Reims te laten benoemen en bereikte zelfs de excommunicatie van Hugo. Albert I van Vermandois, de broer van Hugo van Vermandois, erkende Lodewijk als koning. In 949 veroverde Lodewijk de stad Laon op Hugo de Grote, hoewel het fort van Laon in handen van Hugo bleef. Door bemiddeling van Koenraad de Rode, hertog van Lotharingen, kwam in 950 een verzoening tussen Lodewijk en Hugo tot stand en gaf Hugo het fort van Laon op. Hun onderlinge wantrouwen was echter nog zo groot dat ze in 951 niet in staat waren om tezamen een inval van Hongaren vanuit Italië af te slaan. Daardoor kwam het wel tot een definitieve verzoening, later dat jaar op de landdag te Soissons. Lodewijk overleed op zijn verjaardag, aan de gevolgen van een val van zijn paard tijdens een jachtpartij. Hij is begraven in de kathedraal van Reims.

Lodewijk trouwde in 939 met Gerberga, dochter van Hendrik de Vogelaar en Mathildis van Ringelheim. Zij kregen de volgende kinderen:

Lotharius (941 † 986)
Mathildis, (943 - 992), in 964 gehuwd met Koenraad van Bourgondië, bijg de Vredelievende
Karel (945 - voor 953)
een dochter
Lodewijk (948 - 954)
Karel van Neder-Lotharingen (953-991)
Hendrik (953 - 953), tweeling met Karel, kort na de doop overleden.
Heerlijkheid:
Koning van Frankrijk
Lodewijk trouwde met Gerberga Van Saksen. Zie 31 voor persoonsgegevens van Gerberga.
Kinderen van Lodewijk en Gerberga: zie 31.
Gegenereerd met Aldfaer versie 4.2 op 17-12-2010 09:16 door Burssens Guido

Nazaten van Karel de Grote tot (650)

631 Diederik (of Dirk) van de Elzas is geboren omstreeks 1099, zoon van Diederik II Van Lotharingen en Gertrudis Van Vlaanderen (zie 630). Diederik is overleden op donderdag 4 januari 1168 in Waten, ongeveer 69 jaar oud.
Notitie bij Diederik: Als kleinzoon van graaf Robrecht de Fries kon hij na de moord op Karel de Goede in 1127 via zijn moeder Gertrudis rechten doen gelden op de troon van Vlaanderen. Hij nam de strijd op tegen Willem Clito, eveneens in de moederlijke lijn afstammend van de Vlaamse graven en door de Franse koning Lodewijk VI als graaf aan Vlaanderen opgedrongen. Met de steun van de Vlaamse steden, voornamelijk Gent en Brugge, versloeg Diederik zijn tegenstander en kon hij zich in maart 1128 in Vlaanderen als graaf doen erkennen. Toen Willem Clito enkele maanden later overleed was zijn positie voortaan onbetwist.

In de strijd tussen Frankrijk en Engeland probeerde hij een neutrale positie te bewaren, hetgeen de Vlaamse handel ten goede kwam. Onder zijn bewind konden de steden zich ontwikkelen en werden de instellingen organisatorisch hervormd. Door zijn (tweede) huwelijk (1139) met Sybille van Anjou, wier vader Fulco koning van Jeruzalem was, begon hij een bijzondere belangstelling voor het Oosten aan de dag te leggen. Hij ondernam vier reizen naar het Heilige Land, waarvan hij de vermeende relikwie van het H. Bloed (bewaard te Brugge) zou hebben meegebracht. Tijdens zijn derde reis (1157–1159) vertrouwde hij het regentschap toe aan zijn zoon Filips van de Elzas, aan wie hij vóór zijn vierde reis, einde 1164, definitief de regering overliet.
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen van 1128 tot aan zijn dood
Diederik trouwde, ongeveer 40 jaar oud, in 1139 met Sybille van Anjou, 33 of 34 jaar oud. Sybille is geboren in 1105. Sybille is overleden in 1165 in Bethanië (Jeruzalem), 59 of 60 jaar oud. Sybille is weduwe van Willem Clito van Normandië (1102-1128), met wie zij trouwde in 1123, zie 645.
Notitie bij Sybille: Zij huwde in 1123 met de graaf van Vlaanderen, Willem Clito en bracht Maine in het huwelijk mee. Dit huwelijk werd geannuleerd op grond van bloedverwantschap en uitgesproken door paus Honorius II in opdracht van Willem’s oom Hendrik I van Engeland. Sybilles vader Fulco verzette zich hiertegen en stemde niet in met de excommunicatie en het interdict over Anjou. Hierop zou Sybille haar vader begeleiden naar het Heilige Land, waar hij zou trouwen met de erfgename van het Koninkrijk Jeruzalem, Melisende en in 1131 zelf koning werd.

In 1139 zou Sybille met de Vlaamse graaf Diederik van de Elzas trouwen, die op zijn eerste kruistocht naar het Heilige Land was. Sybille keerde met Diederik terug naar Vlaanderen. Tijdens de tweede kruistocht van Diederik naar het Heilige Land (1137-1139) bestuurde zij het graafschap. In deze periode trachtte Boudewijn IV van Henegouwen een aanval op Vlaanderen in te zetten, die door Sybille op krachtdadige wijze werd afgeslagen. Zij liet Henegouwen verwoesten, waarna Boudewijn IV hetzelfde deed met Artesië. De aartsbisschop van Reims diende tussen beide te komen om een vredesverdrag te sluiten.

In 1157 vergezelde zij Diederik naar het Heilige Land en bewoog hem om van haar te scheiden, zodat zij in het klooster van St. Lazarus in Bethanië (Jeruzalem) kon intreden, waar haar stieftante Ioveta van Bethanië abdes was. Zij overleed er in 1165.
Kinderen van Diederik en Sybille:
1 Laurette van de Elzas, geboren in 1120. Volgt 632.
2 Filips van de Elzas, geboren in 1142. Volgt 634.
632 Laurette van de Elzas is geboren in 1120, dochter van Diederik (of Dirk) van de Elzas (zie 631) en Sybille van Anjou. Laurette is overleden in 1175, 54 of 55 jaar oud. Laurette trouwde met Roeland I de Dappere van Vermandois. Roeland is geboren in 1085, zoon van Hugo I de Grote van Vermandois en Adelheid van Vermandois. Roeland is overleden op dinsdag 14 oktober 1152, 66 of 67 jaar oud. Roeland is weduwnaar van Eleonora van Blois, zie 27. Roeland is weduwnaar van Petronella van Aquitanië (1125-1153).
Kind van Laurette en Roeland:
1 Eleonora van Vermandois, geboren in 1152. Volgt 633.
633 Eleonora van Vermandois is geboren in 1152, dochter van Roeland I de Dappere van Vermandois en Laurette van de Elzas (zie 632). Eleonora is overleden na 1222, minstens 70 jaar oud. Eleonora:
(1) trouwde met Godfried van Henegouwen. Zie 251 voor persoonsgegevens van Godfried.
(2) trouwde met Willem IV van Nevers. Willem is overleden in 1168.
(3) trouwde, 17 of 18 jaar oud, in 1170 met Mattheus I van de Elzas, ongeveer 33 jaar oud. Mattheus is geboren omstreeks 1137. Mattheus is overleden in 25 juli 1173.
Notitie bij Mattheus: Hij was een zoon van de graaf van Vlaanderen, Diederik van de Elzas en Sybilla van Anjou.

Hij huwde een eerste maal met Maria van Boulogne, en werd zo graaf van Boulogne. Hun oudste dochter Ida van Boulogne werd zijn opvolgster in Boulogne. Hun tweede dochter, Mathildis van de Elzas, ook Mahaut genoemd, huwde Hendrik I van Brabant en werd de moeder van Adelheid van Brabant die later gravin van Boulogne zou worden.

Een tweede maal huwde hij met gravin Eleonora van Vermandois, dochter van Roland I van Vermandois.

Mattheüs overleed aan verwondingen, opgelopen bij het beleg van Driencourt.
(4) trouwde, 22 of 23 jaar oud, in 1175 met Mattheus III van Baumont. Mattheus is overleden in 1208.
(5) trouwde, 57 of 58 jaar oud, in 1210 met Steven van Sancerre. Steven is overleden.
634 Filips van de Elzas is geboren in 1142, zoon van Diederik (of Dirk) van de Elzas (zie 631) en Sybille van Anjou. Filips is overleden op zaterdag 1 juni 1191 in bij Akko, 48 of 49 jaar oud.
Notitie bij Filips: Door zijn vader was hij tot regent van het graafschap aangesteld tijdens diens derde reis naar het Heilig Land in 1157. In de praktijk bekleed met de titel van graaf, nam hij sinds dat jaar actief deel aan de regering, ook na de terugkeer van zijn vader in 1159. Toen deze in 1168 overleed, werd hij ook officieel graaf van Vlaanderen.

Door zijn huwelijk met Elisabeth van Vermandois (in 1159), dochter van Roland I van Vermandois, verwierf Filips in 1163 het graafschap Vermandois en de afhankelijkheden Amiens en Valois, waardoor Filips’ machtsgebied in het zuiden nu tot aan het Franse kroondomein reikte, het Île de France. Na de dood van Elisabeth (1183) eiste de Franse koning Filips August echter haar bezittingen op, doch na onderhandelingen mocht Filips ze levenslang behouden; niettemin stond hij vrijwillig Valois aan zijn schoonzuster Eleonora af.

In 1184 hertrouwde Filips met Mathilda, dochter van koning Alfons I van Portugal. Zijn beide huwelijken bleven kinderloos. Het besef dat het Huis van de Elzas in mannelijke lijn zou uitsterven, heeft Filips ertoe gedreven een politiek te voeren die erop gericht was het Franse kroondomein te beheersen. In 1180 liet hij zijn nicht Isabella van Henegouwen huwen met de jonge Franse koning Filips II August, die onder zijn voogdij stond. Dat bleek echter een misrekening, want Filips Augustus ging zijn eigen politiek voeren, die van hem de grote hersteller van de koninklijke macht zou maken. Toen Filips van de Elzas overleed viel het zuidelijk deel van Vlaanderen (het latere graafschap Artesië), dat hij als huwelijksgift aan Isabella had geschonken, aan Frankrijk.

Na de mislukking van zijn politiek tegenover Filips II August zocht Filips van de Elzas compensatie in zijn Palestijnse ambities, die evenmin met succes werden bekroond. Tijdens zijn tweede tocht naar het Heilige Land stierf hij aan een epidemische ziekte bij de belegering van Akko. Hij werd opgevolgd door zijn zus Margaretha en zijn zwager, Boudewijn de Moedige, die als Boudewijn VIII ook graaf van Vlaanderen werd.

Vernieuwend beleid
Op binnenlands vlak werd Filips’ beleid gekenmerkt door een krachtige stedelijke politiek. Zijn voornaamste verwezenlijking was de uitbouw van zijn graafschap tot een moderne staat. Hij verleende eenvormige keuren aan de grote Vlaamse steden, en voerde ingrijpende wijzigingen door op gerechtelijk gebied (vernieuwing van het strafrecht, instelling van de baljuws). Ook steunde hij een reeks opmerkelijke economische initiatieven, onder meer de stichting van de havens Grevelingen, Nieuwpoort, Damme en Biervliet. In de eerste periode van zijn regering (die samenvalt met deze vernieuwingen) werd graaf Filips geïnspireerd door zijn kanselier, Robrecht van Ariën, bisschop-elect van Atrecht en Kamerijk, maar in de periode nadien ziet het er naar uit dat hij zelf zijn beleid heeft uitgetekend. Filips van de Elzas was een geletterd vorst en zijn hof groeide uit tot een centrum van cultuur. Het grafelijk hof reisde rond, zoals gebruikelijk in die tijd, en verbleef onder andere in het Kasteel van Wijnendale. In 1180 liet graaf Filips het Gravensteen te Gent optrekken als verblijfplaats voor het grafelijk geslacht. Ook in de krijgskunst wist hij zich een goede reputatie op te bouwen.

Invoering wapenschild
Hij bezorgde Vlaanderen ook het huidige wapenschild: de klimmende leeuw van sabel, getongd en genageld van keel, op het gouden veld. Er wordt wel eens beweerd dat hij het meebracht uit het Heilige Land, waar hij het in 1177 zou hebben veroverd op een Saraceense ridder, maar dat is een mythe. Alleen al het feit dat de Leeuw op zijn zegel uit 1163 verschijnt, toen hij nog geen voet in de Oriënt had gezet, spreekt dit verhaal tegen. In werkelijkheid volgde Filips gewoon een West-Europese mode; ongeveer in dezelfde periode verscheen er ook een leeuw in de wapens van Brabant, Holland, Limburg en andere vorstendommen.

Hoewel er geen enkel historisch bewijs voor bestaat, vinden we vanaf de 14e eeuw in verschillende wapenboeken de bewering dat het huis van Vlaanderen vóór de Leeuw een gegeerd schild van twaalf stukken van lazuur en goud voerde, met een hartschild van keel. Dit werd toegeschreven aan de legendarische Liederik van Buc, van 793 tot 817 eerste Forestier of woudmeester (titel van de Vlaamse prinsen vóór ze graaf werden) van Vlaanderen. Het is waarschijnlijk afgeleid van een verkeerd geïnterpreteerd sierbeslag op het schild van de Vlaamse graaf Willem Clito (+ 1128), zoals het stond afgebeeld op zijn grafmonument in de Sint-Bertinusabdij van Sint-Omaars. Dat schild vertoont centraal een umbo (sierknop) van waaruit enkele stralen naar de schildranden vertrekken. In zijn zoektocht naar het oude wapen van Vlaanderen heeft abt Iperius, biograaf van het Vlaamse gravenhuis, dit geïnterpreteerd als een gegeerd wapen met een hartschild; de kleuren - die hij er zelf aan moet hebben toegevoegd - zijn vermoedelijk deze van het Franse koningshuis. Zo krachtig was zijn visie dat dit wapen in nauwelijks 30 jaar tijd volkomen ingeburgerd raakte.
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen van 1168 tot aan zijn dood
Filips trouwde, 16 of 17 jaar oud, in 1159 met Elisabeth of Isabella en Mabille van Vermandois, 15 of 16 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Filips en Elisabeth: In 1175 ontdekte Filips dat Elisabeth overspel pleegde en liet haar minnaar, Walter de Fontaines, dood slaan.

Door zijn huwelijk verwierf Filips in 1163 het graafschap Vermandois en de afhankelijkheden Amiens en Valois, waardoor Filips’ machtsgebied in het zuiden nu tot aan het Franse kroondomein reikte, het Île de France. Na de dood van Elisabeth (1183) eiste de Franse koning Filips August echter haar bezittingen op, doch na onderhandelingen mocht Filips ze levenslang behouden. Filips stond het gebied echter af aan Elisabeths zuster, Eleonora, maar hij werd toch in 1185 verplicht om de gebieden aan de Franse koning af te staan.
Elisabeth is geboren in 1143, dochter van Roeland I de Dappere van Vermandois en Petronella van Aquitanië. Elisabeth is overleden op maandag 28 maart 1183, 39 of 40 jaar oud.
635 Boudewijn VI van Hasnon Van Vlaanderen is geboren in 1030, zoon van Boudewijn V de Grote Van Vlaanderen (van Rijsel) (zie 626) en Adela van Mesen. Boudewijn is overleden op zaterdag 17 juli 1070, 39 of 40 jaar oud. Hij is begraven in abdij van Hasnon..
Notitie bij Boudewijn: Hij was de zoon van graaf Boudewijn V en van Adela van Mesen. In 1051 ging hij onder druk van zijn vader (en in strijd met het canonieke recht) het huwelijk aan met zijn achternicht (5e graad), gravin Richilde van Henegouwen, weduwe van graaf Herman van Bergen (overleden 1050 of 1051). Dit huwelijk gaf hem greep op het graafschap Henegouwen, vooral nadat de twee kinderen uit het eerste huwelijk van Richilde in de geestelijke stand werden ondergebracht. In de chronologie van de graven van Henegouwen wordt hij daarom aangeduid als Boudewijn I van Henegouwen.

Toen Boudewijn bij de dood van zijn vader in 1067 hem in Vlaanderen kon opvolgen, werd het graafschap Henegouwen in een personele unie met Vlaanderen verenigd. Deze unie was slechts van korte duur, daar ze, met de overwinning van Robrecht de Fries in de Slag van Kassel (1071), ongedaan werd gemaakt.

Boudewijn overleed in 1070 en werd begraven in de abdij van Hasnon. Omdat hij tevens de aanzet gaf tot de restauratie van deze abdij (1064), draagt hij ook de toenaam "van Hasnon".
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen vanaf 1067 en (als Boudewijn I) ook graaf van Henegouwen vanaf 1051 tot aan zijn dood.
Boudewijn trouwde met Richilde van Henegouwen. Richilde is geboren in 1020. Richilde is overleden op woensdag 18 maart 1086, 65 of 66 jaar oud. Zij is begraven in abdij van Hasnon.
Notitie bij Richilde: Richilde van Egisheim genoemd. De toenaam "van Egisheim" verwijst naar haar moederlijke afstamming (van Dagsburg-Egisheim). Haar vermoedelijke vader is Reinier van Hasnon, die afstamt uit het geslacht der Reiniers (kleinzoon van Reinier III van Henegouwen).

Richilde mag beschouwd worden als de grondlegster van het graafschap Henegouwen. Zij trouwde eerst omstreeks 1040 met Herman van Bergen, graaf van Bergen en graaf in het zuidelijke deel van de Brabantgouw. Kinderen:

Rogier († 1093)
Gertrude, trad toe tot de Orde van Sint-Benedictus
Omwille van Richilde’s erfrechten werd deze ca. 1049 door de Duitse keizer Hendrik III ook het bestuur van het markgraafschap Valenciennes toevertrouwd.

Na Hermans voortijdige dood (1051) hertrouwde zij, in strijd met de voorschriften van het canonieke recht, in 1051 met haar neef Boudewijn VI van Vlaanderen (5e graad bloedverwantschap). Kinderen:

Arnulf III van Vlaanderen
Boudewijn II van Henegouwen
Het is de eerste Boudewijn uit een lange rij gelijknamige graven van Henegouwen. Zijn toenaam luidt "van Hasnon", verwijzend naar de aanzet die hij gaf tot restauratie van de abdij van Hasnon in 1064. Richilde huwde nog een derde maal (1070/1071), namelijk met de Engelse edelman, William Fitzosbern, graaf van Hereford (±1020-1071).

Toen Boudewijn VI van Vlaanderen in (1070) overleed, regeerde Richilde korte tijd over de graafschappen Vlaanderen en Henegouwen, namelijk als voogdes over Arnulf III, oudste zoon uit haar tweede huwelijk. Haar zwager, Robrecht de Fries, maakte evenwel aanspraak op het graafschap Vlaanderen. De familietwist werd beslecht in de Slag bij Kassel (1071), waar Richilde en haar bondgenoten een verpletterende nederlaag leden. Haar zoon Arnulf en haar echtgenoot William Fitzosbern sneuvelden te Kassel.

Na deze rampzalige afloop probeerde Richilde haar graafschappen en allodia ten gelde te maken bij de Duitse keizer. De feodia werden aangekocht door Theoduinus, bisschop van Luik. Deze gaf ze vervolgens in leen aan de hertog van Neder-Lotharingen, die op zijn beurt de graafschappen opnieuw in leen gaf aan Richilde. Via deze leenroerige constructie kwam het eigenlijke graafschap Henegouwen tot stand en kon het gevrijwaard worden voor Richilde’s jongste zoon, Boudewijn II.

Richilde werd evenals haar tweede echtgenoot Boudewijn I van Henegouwen, begraven in de door hun rijk begunstigde abdij van Hasnon.
Heerlijkheid:
gravin van Henegouwen tussen 1051 en 1076
Kinderen van Boudewijn en Richilde:
1 Arnulf III de Ongelukkige Van Vlaanderen, geboren in 1055. Volgt 636.
2 Boudewijn II van Henegouwen, geboren in 1056. Volgt 637.
636 Arnulf III de Ongelukkige Van Vlaanderen is geboren in 1055, zoon van Boudewijn VI van Hasnon Van Vlaanderen (zie 635) en Richilde van Henegouwen. Arnulf is overleden in 1071, 15 of 16 jaar oud.
Notitie bij Arnulf: Hij was de oudste zoon van Graaf Boudewijn VI van Vlaanderen. Tijdens zijn minderjarigheid stond hij onder de voogdij van zijn moeder Richildis van Henegouwen. Zijn oom, Robrecht de Fries, zo genoemd wegens zijn huwelijk met Geertrui van Holland, de weduwe van graaf Floris I van Holland, betichtte Arnulf ervan tiranniek over Vlaanderen te regeren.

Het kwam in 1071 tot een confrontatie in Kassel - zie Slag bij Kassel (1071) - waarbij Arnulf sneuvelde. Robrecht werd vervolgens als graaf van Vlaanderen erkend door de Franse koning.
Arnulf trouwde met Geertrui Van Holland. Geertrui is overleden.
637 Boudewijn II van Henegouwen is geboren in 1056, zoon van Boudewijn VI van Hasnon Van Vlaanderen (zie 635) en Richilde van Henegouwen. Boudewijn is overleden in 1098 in Syrie, 41 of 42 jaar oud.
Notitie bij Boudewijn: Hij was de tweede zoon van Boudewijn VI van Vlaanderen en Richilde van Henegouwen, en volgde zijn oudere broer Arnulf op, die sneuvelde in de Slag bij Kassel op (22 februari 1071). Als gevolg van deze slag moest Boudewijn Vlaanderen afstaan aan Robrecht I de Fries. Hij slaagde erin Henegouwen te behouden voor zichzelf en zijn moeder Richildis, dankzij de steun van de Luikse prins-bisschop Theoduinus (1048-1075), van wie zij voortaan Henegouwen in leen hielden.

Tot 1076 regeerde Boudewijn II onder het regentschap van zijn moeder, daarna steeds meer zelfstandig. Zijn pogingen om het graafschap Vlaanderen te heroveren mislukten bij herhaling. In 1096 vertrok Boudewijn naar de Eerste Kruistocht, tijdens dewelke hij in Syrië werd vermoord, kort na de inname van Antiochië. Zijn zoon Boudewijn volgde hem op.

Huwelijk en kinderen
Hij huwde in 1084 met Ida van Leuven (1077-1139), dochter van Hendrik II en Adele van de Betuwe, hun kinderen waren:

Boudewijn (III)
Lodewijk
Simon
Hendrik
Willem
Arnold, gehuwd met Beatrix van Ath
Ida, eerst gehuwd met Guy, heer van Chièvres, vervolgens met Thomas van Marle
Richilde, gehuwd met (1115-1118) met Amaury IV van Montfort, graaf van Évreux
Aleida, gehuwd met Nicolaas II van Rumigny
Heerlijkheid:
graaf van Henegouwen van 1071 tot aan zijn dood
Boudewijn trouwde, 27 of 28 jaar oud, in 1084 met Ida van Leuven, 6 of 7 jaar oud. Ida is geboren in 1077. Ida is overleden in 1139, 61 of 62 jaar oud.
Kinderen van Boudewijn en Ida:
1 Lodewijk van Henegouwen. Lodewijk is overleden.
2 Simon van Henegouwen. Simon is overleden.
3 Hendrik van Henegouwen. Hendrik is overleden.
4 Willem van Henegouwen. Willem is overleden.
5 Arnold van Henegouwen. Volgt 638.
6 Ida van Henegouwen. Volgt 639.
7 Richilde van Henegouwen. Volgt 640.
8 Aleida van Henegouwen. Aleida is overleden.
9 Boudewijn III van Henegouwen. Volgt 641.
638 Arnold van Henegouwen, zoon van Boudewijn II van Henegouwen (zie 637) en Ida van Leuven. Arnold is overleden. Arnold trouwde met Beatrix van Ath. Beatrix is overleden.
639 Ida van Henegouwen, dochter van Boudewijn II van Henegouwen (zie 637) en Ida van Leuven. Ida is overleden. Ida:
(1) trouwde met Guy, heer van Chièvres. Guy, is overleden.
(2) trouwde met Thomas van Marle. Thomas is overleden.
640 Richilde van Henegouwen, dochter van Boudewijn II van Henegouwen (zie 637) en Ida van Leuven. Richilde is overleden. Richilde trouwde met Amaury IV van Montfort.
Heerlijkheid:
graaf van Évreux
641 Boudewijn III van Henegouwen, zoon van Boudewijn II van Henegouwen (zie 637) en Ida van Leuven. Boudewijn is overleden in 1120.
Notitie bij Boudewijn: Als zoon van Boudewijn II van Henegouwen en van Ida van Leuven, volgde hij in 1098 zijn vader op, aanvankelijk onder het regentschap van zijn moeder (tot ± 1103). Net als zijn vader poogde hij het graafschap Vlaanderen te heroveren. Daartoe trachtte hij onder meer, zij het vergeefs, het conflict om Kamerijk tussen de Vlaamse graaf Robrecht II en de Duitse keizer Hendrik IV uit te buiten.

Hij trouwde rond 1107 met Yolanda van Gelre (overleden 1131), dochter van Gerard I van Gelre. Toen Boudewijn VII van Vlaanderen in 1119 kinderloos overleed, probeerde Boudewijn III andermaal zijn rechten op de Vlaamse troon te laten gelden, maar kon niet beletten dat deze toekwam aan Karel de Goede, een kleinzoon van Robrecht I. Bij zijn dood liet hij zijn weduwe met vier minderjarige kinderen achter. Zijn oudste zoon Boudewijn volgde hem op.
Heerlijkheid:
graaf van Henegouwen van 1098 tot aan zijn dood
Boudewijn trouwde omstreeks 1107 met Yolanda van Gelre. Yolanda is overleden in 1131.
Kind van Boudewijn en Yolanda:
1 Boudewijn IV de bouwer van Henegouwen, geboren in 1109. Volgt 642.
642 Boudewijn IV de bouwer van Henegouwen is geboren in 1109, zoon van Boudewijn III van Henegouwen (zie 641) en Yolanda van Gelre. Boudewijn is overleden op dinsdag 2 november 1171, 61 of 62 jaar oud.
Notitie bij Boudewijn: Als minderjarige zoon van Boudewijn III regeerde hij aanvankelijk (tot 1125?) onder het regentschap van zijn moeder, Yolanda van Gelre. Rond 1130 trouwde hij met Aleidis van Namen, dochter van graaf Godfried van Namen en van Ermesinde van Luxemburg.

Van de moord op de Vlaamse graaf Karel de Goede (1127) maakte hij gebruik om, net als zijn voorgangers en ook ditmaal tevergeefs, zijn aanspraken op Vlaanderen te laten gelden. Hoewel hij tijdelijk Oudenaarde en Ninove kon bezetten, moest hij toezien hoe Willem Clito graaf van Vlaanderen werd. Ook tegenover Clito’s opvolger, Diederik van de Elzas, heeft Boudewijn herhaaldelijk het onderspit moeten delven. Door een huwelijk (1169) van zijn zoon en erfgenaam, Boudewijn V, met Margaretha, zuster en erfgename van de regerende Vlaamse graaf Filips van de Elzas, kwam er een eind aan het bijna 100 jaar aanslepende conflict tussen Henegouwen en Vlaanderen.

Zijn bijnaam kreeg Boudewijn IV vanwege de versterkingen die hij langs de grens van Henegouwen met Brabant en Vlaanderen liet aanbrengen.
Boudewijn trouwde, ongeveer 21 jaar oud, omstreeks 1130 met Adelheid Van Namen, ongeveer 6 jaar oud. Zie 246 voor persoonsgegevens van Adelheid.
Kinderen van Boudewijn en Adelheid: zie 246.
643 Mathildis Van Vlaanderen is geboren in 1031, dochter van Boudewijn V de Grote Van Vlaanderen (van Rijsel) (zie 626) en Adela van Mesen. Mathildis is overleden op donderdag 2 november 1083 in Rouen, 51 of 52 jaar oud.
Notitie bij Mathildis: Ze werd door haar broer Robrecht de Fries rond 1051 uitgehuwelijkt aan Willem de Veroveraar, toen nog slechts Willem van Normandië bijgenaamd "de Bastaard". Dit huwelijk leverde Willem de steun op van Boudewijn V toen hij in 1066 een poging ondernam om Engeland te veroveren. Na haar kroning, in 1068, stond Mathilda bekend als koningin Maud van Engeland. Haar graf is te vinden in het sanctuarium van de kerk van Abbaye-aux-Dames te Caen. Deze abdij had zij in 1059 gesticht.

Sommigen beweren dat Mathilda het Tapijt van Bayeux gemaakt heeft, maar het is waarschijnlijker dat het, in Engeland, is gemaakt op bestelling van bisschop Odo, een halfbroer van Willem de Veroveraar, die na de overwinning tot graaf van Kent werd benoemd, om de glorieuze overwinning te memoreren.

Het tapijt van Bayeux is een borduurwerk van 70 meter lang en 50 cm hoog, dat de geschiedenis uitbeeldt van de slag bij Hastings in 1066. Hierbij viel Willem de Veroveraar vanuit Normandië Engeland binnen en versloeg hij de Angelsaksische koning Harold. Het tapijt is vernoemd naar de stad Bayeux in Frankrijk en werd vermoedelijk vervaardigd in 1068.

Het tapijt is gemaakt van linnen, geborduurd met gekleurde wol. Het laat zich lezen als een stripverhaal: in een groot aantal scènes worden de voorgeschiedenis, inscheping, landing, en de slag zelf behandeld. Er staat ook een beknopte Latijnse uitleg bij. Een van de beroemdste scènes is degene die lange tijd is benoemd als die waarin koning Harold een pijl in zijn oog krijgt en sneuvelt. Recent onderzoek heeft echter aangetoond dat de figuur die meer waarschijnlijk als Harold moet worden geïdentificeerd, degene is die rechts naast de Normandische krijger met paard op de grond valt en tevens het Angelsaksische teken van koninklijke waardigheid, de tweehandbijl of Daneaxe laat vallen.

Het is waarschijnlijk dat er een aantal meters aan het eind ontbreken waarin Willem in Westminster Abbey tot koning van Engeland wordt gekroond. Het wandkleed stamt uit de tijd kort na de slag (mogelijk slechts een paar jaar later) en is een belangrijke bron van geschiedkundige informatie, ook over wapens, kleding, zeden en gewoonten uit die tijd. Hoewel het door de tand des tijds hier en daar beschadigd is en op vele plaatsen is gerepareerd, is het over het geheel genomen zeer goed bewaard gebleven. Het is waarschijnlijk in Engeland gemaakt op bestelling van bisschop Odo (een halfbroer van Willem) die na de overwinning tot Graaf van Kent werd benoemd, om de glorieuze overwinning te memoreren.

Het tapijt van Bayeux toont een komeet die in 1066 verscheen. Dat kan heel goed de Komeet Halley zijn geweest. Het zou hier om de oudste nog bekende waarneming van de komeet in Europa gaan.

Het tapijt door de eeuwen heen
Het tapijt van Bayeux maakt deel uit van de schat van de kathedraal van Bayeux en heeft vele gevaren doorstaan: branden in de 12e eeuw, plunderingen en vernielingen tijdens de Honderdjarige Oorlog, de godsdienstoorlogen en de Franse Revolutie. In november 1803 werd het tapijt voor het eerst uit Bayeux gehaald en tentoongesteld in het Louvre. Na enige tijd kwam het weer terug naar Bayeux, om daar sinds 1842 tentoongesteld te worden. Eén uitzondering hierop is dat het tijdens de Tweede Wereldoorlog in het kasteel van Sourches (departement Sarthe) veilig werd bewaard. Na wederom een tussenstop in het Louvre gemaakt te hebben, keerde het in maart 1945 terug naar Bayeux. Tegenwoordig is het tapijt te bezichtigen in een speciaal daarvoor ingerichte gang in het voormalige Groot-Seminarie, een groot bouwwerk uit de 17e eeuw.
Mathildis trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1051 met Willem de Veroveraar van Normandië, ongeveer 24 jaar oud. Willem is geboren omstreeks 1027 in Falaise (Normandië). Willem is overleden op donderdag 9 september 1087 in Saint-Gervais nabij Rouen in het klooster, ongeveer 60 jaar oud.
Notitie bij Willem: Tot 1066 werd hij Willem de Bastaard genoemd.

Leven
Willem was de buitenechtelijke zoon van Robert de Duivel en Herleva, dochter van een leerlooier genaamd Fulbert. Hij werd geboren in het Normandische Falaise, zo’n 30 km ten zuiden van Caen.

Zijn vader, Robert "de Duivel", werd ervan verdacht aan de macht te zijn gekomen na zijn oudere broer te hebben vergiftigd. Robert was hertog van Normandië tot hij in 1035 op de terugweg van een pelgrimstocht naar Jeruzalem overleed.

Willem volgde hem op als hertog van Normandië, wat gezien zijn buitenechtelijke afstamming erg ongebruikelijk was.

Na de gewonnen slag in Val-es-Dunes, in 1047 in de nabijheid van Caen, verkreeg Willem het respect van de Normandische adel. Hij eiste zijn rechten op het hertogdom op en maakte van Caen, tot dan een kleine nederzetting, een strategisch belangrijke plaats die daarmee één van de voornaamste residentiesteden van zijn hertogdom werd, buiten Falaise.

Als kind overleefde Willem diverse aanslagen op zijn leven en hij groeide op tot een krachtpatser met de voor die tijd reusachtige lichaamslengte van 1 meter 75.

Uit zijn huwelijk met Mathilda van Vlaanderen, dochter van Boudewijn V van Vlaanderen, rond 1051, werden vier zonen geboren (onder wie Robert Curthose, Willem Rufus en Hendrik Beauclerc) en vermoedelijk zes dochters, onder meer de later heilig verklaarde Adela en Agatha, die verloofd was met Alfons VI van Castilië.

Willem overleed op 9 september 1087 in het klooster van St. Gervais bij Rouen als gevolg van verwondingen die hij opliep toen hij tijdens het beleg van Mantes van zijn paard viel. Hij ligt begraven op de begraafplaats van de St. Steven’s abdij in Caen.

Politiek
Periode tot 1066
Na de dood van Robert de Duivel in 1035 traden eerst regenten op voor de jonge hertog, gedurende welke tijd er vele anderen hun macht probeerden te vergroten. Middels een veldslag bij Caen in 1047 slaagde Willem erin om een opstand van edelen te onderdrukken. Hierbij werd hij geholpen door zijn meerdere, koning Hendrik I van Frankrijk. In de loop der jaren lukte het de meedogenloze Willem door zijn militaire genie, diplomatie en uithuwelijking om zijn macht te vergroten en feitelijk onafhankelijk te worden van Hendrik.

Willem was in de verte familie van Eduard de Belijder, koning van Engeland tot zijn overlijden in 1066. De kinderloze Eduard zou rond 1051 Willem de Engelse troon beloofd hebben, maar het is twijfelachtig of dit echt gebeurd is. Bovendien was de troonopvolging in Engeland in die tijd niet erfelijk. Eduards zwager, de Engelse magnaat Harold Godwinson, zou rond 1064 na schipbreuk te hebben geleden op de Normandische kust, nabij Ponthieu (thans verdwenen), aan de Somme, in gevangenschap gezworen hebben Willems claim te ondersteunen, maar werd zelf in 1066 gekozen tot opvolger van Eduard. Harold had een eed afgelegd aan Willem, om de troon te verzaken aan de Normandische hertog. Hij pleegde meineed toen hij, terug in Engeland, na de dood van Eduard de Belijder zich toch liet kronen.

De reden dat Willem, die als erg hebzuchtig gold, er zo op gebrand was om de controle over Engeland te krijgen, was het feit dat het land in die tijd een hoge beschaving en grote rijkdom kende. De verschijning van de komeet van Halley in april 1066 zag hij als een goed voorteken. Vanwege slecht weer bij zijn gepland vertrek aan de Divesmonding, weken voordien, vertrok hij nu van de Sommemonding en landde pas op 28 september 1066 onbedreigd bij Pevensey op de Engelse kust, waarna hij op 14 oktober in de slag bij Hastings koning Harold versloeg, zijn belangrijkste wapenfeit. In Willems voordeel was dat Harold niet lang daarvoor, in de slag van Stamford Bridge op 25 september, al een inval van Harald III van Noorwegen en Harolds broer Tostig Godwinson had moeten afslaan.

Op 25 december werd Willem in de Westminster Abbey tot koning gekroond. Zijn verovering is het onderwerp van het beroemde Tapijt van Bayeux.

Periode na 1066
Willem had moeite om Engeland onder controle te krijgen en te houden en moest meerdere malen met harde hand opstanden onderdrukken. Hij nam de bezittingen van rebellerende Engelsen in beslag en gaf delen hiervan in leen aan zijn op buit beluste Normandische ridders, hiermee het leenstelsel in Engeland introducerend. Onder de tot dan toe relatief vrije Engelsen leidde dit tot grote onvrede en haat jegens de Normandische invallers.

In het opstandige noorden richtte Willem rond 1070 grote verwoestingen aan die langdurige hongersnoden veroorzaakten. Van buitenaf werd Willems rijk bedreigd door Frankrijk, Noorwegen, Denemarken en Schotland. Onder Willems bestuur werden zo’n tachtig kastelen gebouwd, waarvan de Tower in Londen het bekendste is.

Willem verving de Engelse aristocraten en hoge geestelijken door zijn eigen mensen uit Frankrijk.

Om de economische problemen die het gevolg waren van zijn politiek te bestrijden, gaf Willem opdracht tot het maken van het beroemde Domesday Book, een gedetailleerde administratie van onder meer eigendomsrechten en veestapels.

De Normandiërs drukten ook qua recht, cultuur en architectuur een sterke stempel op Engeland.

Na Willems dood in 1087 werd Willems zoon Willem Rufus koning van Engeland en zijn eerder tegen hem rebellerende zoon Robert Curthose hertog van Normandië.
Heerlijkheid:
van 1035 tot 1087 hertog van Normandië en van 1066 tot 1087 als Willem I koning van Engeland
Kinderen van Mathildis en Willem:
1 Robert II Curthose (korte maillot) van Normandië, geboren omstreeks 1054. Volgt 644.
2 Adela De heilige van Engeland (van Normandië), geboren omstreeks 1062 in Normandië. Volgt 646.
3 Hendrik I Beauclerc Van Engeland, geboren omstreeks 1068. Volgt 647.
644 Robert II Curthose (korte maillot) van Normandië is geboren omstreeks 1054, zoon van Willem de Veroveraar van Normandië en Mathildis Van Vlaanderen (zie 643). Robert is overleden in 1134, ongeveer 80 jaar oud.
Notitie bij Robert: Hij stond bekend als een dappere, onbezonnen avonturier, die makkelijk te manipuleren was.

Robert Curthose
Robert gedroeg zich grillig. Het scheen hem weinig uit te maken aan welke kant hij vocht, als er maar gevochten werd. Toen zijn vader in 1077 weigerde om het gezag over Maine en Normandië alvast aan hem over te dragen, bond Robert in een alliantie met de Franse koning Filips I van Frankrijk de gewapende strijd met hem aan. Op zijn sterfbed besloot Willem het koningschap over Engeland daarom niet aan zijn opstandige zoon na te laten, maar aan diens jongere broer Willem Rufus. Robert moest zich met het hertogdom Normandië tevreden stellen.

Willem Rufus en Robert Curthose kwamen overeen dat ze, zolang ze geen nageslacht hadden, elkaars erfgenaam zouden zijn. De jongste broer, Hendrik, die van zijn vader slechts een geldbedrag had geërfd, zou zodoende nooit de zeggenschap over een van beide gebieden krijgen. Het maakte hem tot levenslange rivaal van zijn beide broers.

Robert van Normandië
De gebieden Engeland en Normandië waren politiek sterk verweven. Normandische edellieden, die vaak in beide gebieden land bezaten, merkten al snel dat ze Robert een stuk makkelijker naar hun hand konden zetten dan dat bij de zelfbewuste Willem Rufus het geval was. Ze wakkerden de rivaliteit tussen de broers aan met als doel Rufus buitenspel te zetten. Hendrik maakte gemene zaak met hen, hopende om ooit de zeggenschap over een eigen gebied te verwerven.

Anders dan Willem Rufus was Robert geen sterk strateeg. Hij verwerd in de jaren na zijn vaders dood door zijn onbezonnen politiek tot een armoedzaaier die volgens, misschien enigszins overdreven, berichten van tijdgenoten soms dagenlang het bed hield omdat hij zich geen fatsoenlijke kleren kon veroorloven. In 1090 schoot Willem Rufus zijn oudere broer te hulp in de zoveelste strijd tegen de Normandische adel en in 1096 nam hij het gezag over Normandië tijdelijk waar omdat Robert had besloten om aan de Eerste Kruistocht deel te nemen. Robert bekostigde zijn expeditie met de pachtsom die hij van Willem Rufus ontving. De door Roberts beleid verloren gegane gebiedsdelen werden door Rufus al snel terugveroverd.

Robert de kruisvaarder
Omdat Robert zich geen eigen lofdichter kon veroorloven, figureert hij in de verslagen van de kruistocht slechts als bijfiguur in de lofzangen op andere strijders. Daaruit blijkt dat hij altijd in de voorste gelederen meevocht. Alexius Comnenus, de keizer van Constantinopel, beloonde hem uiteindelijk voor zijn loyaliteit met een donatie die hem gedeeltelijk uit de financiële problemen hielp. Die problemen werden verder opgelost door een huwelijk: aan tijdens de kruistocht opgedane contacten met in Italië gevestigde Noormannen hield hij zijn echtgenote over. In 1099 trouwde hij met de rijke Sybille van Conversano.

Robert versus Hendrik
Het was nog maar de vraag of Robert het gezag over Normandië van Willem Rufus terug zou krijgen. Dit probleem bleek bij Roberts terugkeer in september 1100 al opgelost: Rufus was een maand eerder bij een jachtongeval omgekomen. Omdat Rufus geen nakomelingen had en Robert afwezig was had Hendrik van de gelegenheid gebruikgemaakt om de Engelse troon te bestijgen. Dat ten tijde van het jachtongeval al bekend was dat Robert in aantocht was, had daarbij geen beletsel gevormd.

In 1101 maakte Robert, gesteund door Normandisch-Engelse baronnen die Hendrik maar wat graag plaats zagen maken voor zijn eenvoudig te manipuleren broer, de overtocht naar Portsmouth om zijn rechten op de Engelse troon te laten gelden. Na een goed gesprek, waarin bleek dat zijn plan om de twee gebiedsdelen te herenigen onvermijdelijk zou leiden tot conflicten met de paus, Frankrijk en Vlaanderen, besloot Robert eieren voor zijn geld te kiezen. Hij stelde zich tevreden met een jaarlijkse toelage van 2000 pond als genoegdoening en keerde terug naar Normandië waar hij opnieuw de grootste moeite had om de lokale adel onder de duim te houden. Met name Robert Belleme, die hem ten tijde van de tocht naar Portsmouth nog gesteund had, voerde nu voortdurend strijd met zowel Robert als Hendrik.

In Engeland rekende Hendrik snel af met Robert Belleme, die zich vervolgens in Normandië terugtrok. Daar kon hij, dankzij Robert Curthoses zwakke bewind, een stevige basis vestigen om Hendrik te blijven bestrijden. Hendrik loste de zaak in 1106 op door Normandië op zijn broer te veroveren bij de Slag van Tinchebrai. Zowel Robert Curthose als Robert Belleme werden levenslang gevangengezet.

Robert Curthose bracht hierdoor de laatste achtentwintig jaar van zijn leven door in Cardiff Castle, als gevangene van zijn broer. Zijn in 1101 geboren zoon Willem Clito leverde ondertussen vergeefs strijd met Hendrik om de macht over Normandië.
Robert trouwde met Valentina van Conversano. Valentina is overleden.
Kind van Robert en Valentina:
1 Willem Clito van Normandië, geboren op zaterdag 25 oktober 1102 in Rouen. Volgt 645.
645 Willem Clito van Normandië is geboren op zaterdag 25 oktober 1102 in Rouen, zoon van Robert II Curthose (korte maillot) van Normandië (zie 644) en Valentina van Conversano. Willem is overleden op zaterdag 28 juli 1128 in bij Aalst, 25 jaar oud.
Notitie bij Willem: Zijn leven stond in het teken van vergeefse pogingen om het graafschap Normandië op koning Hendrik I van Engeland te heroveren. Gedurende zijn laatste levensjaar was hij Graaf van Vlaanderen.

De toevoeging Clito is het Latijns equivalent voor het Angelsaksische "Aetheling" en het Duitse "Adelinus". Ze betekenen "man van koninklijke bloede" of "prins".

Levensloop
Nadat zijn vader in 1106 bij de Slag van Tinchebrai het gezag over Normandië verloor aan diens jongere broer, de Engelse koning Hendrik I, werd de vijfjarige Willem Clito door Hendrik gegijzeld en toevertrouwd aan de zorgen van Helias van Saint-Saens, de echtgenoot van een buitenechtelijke dochter van Robert Courteheuse. In 1112 zette deze de Engelse koning een hak door met de jongen naar het hof van graaf Boudewijn VII van Vlaanderen te vluchten. Boudewijn meende met Willem de rechtmatige hertog van Normandië in handen te hebben; dat ook hertog Robert na de Slag van Tinchebrai door Hendrik gevangen was genomen en nog steeds in leven was, werd voor het gemak over het hoofd gezien.

Een serie veldslagen volgde, waarbij de dynastieke rechten van Willem, behalve door Boudewijn ook werden bevochten door Fulco V van Anjou en de Franse koning Lodewijk VI, gesteund door opstandige Normandische edellieden. Boudewijn kwam om in de strijd en Lodewijk en Fulco gooiden in 1119 de handdoek in de ring: ze erkenden Hendriks gezag over Normandië. Tevergeefs probeerde Willem Clito nog een regeling bij Hendrik af te smeken, waarbij hij beloofde zijn rechten op Normandië op te geven als Hendrik zijn vader zou vrijlaten.

Enige jaren later meende Willem Clito een nieuwe machtsbasis te hebben gevonden om een aanval op Hendrik te ondernemen. Hij was door een huwelijk met Sybille van Anjou Graaf van Maine geworden en omdat Sybille de dochter van Fulco V van Anjou was, waren de banden met hem steviger aangehaald. Ook Lodewijk VI was opnieuw bereid om zich bij een coalitie aan te sluiten. Toen Hendrik lucht kreeg van het plan probeerde hij de paus ertoe over te halen om het huwelijk van Willem Clito te laten ontbinden wegens te nauwe bloedbanden tussen de echtelieden. Ook sloot hij een militaire alliantie met de Duitse keizer Hendrik V die Lodewijk vanuit het oosten bedreigde. Lodewijk haakte af en het leger van Fulco werd door Hendrik eenvoudig verslagen.

Het huwelijk met Sybille werd toch ontbonden en in 1127 huwde Willem Clito met Johanna, een dochter van Gisela van Bourgondië.

Nadat de Vlaamse graaf Karel de Goede zonder erfopvolgers overleed, gebruikte Lodewijk VI zijn recht om in zo’n geval over de opvolging te beslissen, door Willem Clito tot Graaf van Vlaanderen te benoemen. Zo kreeg Willem de gelegenheid om te laten zien dat hij als bestuurder over net zo weinig talent beschikte als zijn nog steeds in gevangenschap verblijvende vader.

Omdat Vlaanderen en Engeland economisch nauw verweven waren - de Vlaamse lakenindustrie verwerkte Engelse wol - was het voor Hendrik een koud kunstje om onrust in Vlaanderen te veroorzaken: hij sneed de woltoevoer af. Willem bleek niet in staat hier verstandig op te reageren. Burgers, onder leiding van Iwein van Aalst, revolteerden omdat Willem zich hierdoor niet aan gehouden beloftes hield. Hij kwam om op 28 juli 1128, bij de belegering van Aalst, een van de steunpunten van zijn tegenstanders.
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen
Willem trouwde, 20 of 21 jaar oud, in 1123 met Sybille van Anjou, 17 of 18 jaar oud. Sybille is geboren in 1105. Sybille is overleden in 1165 in Bethanië (Jeruzalem), 59 of 60 jaar oud. Sybille trouwde later in 1139 met Diederik (of Dirk) van de Elzas (±1099-1168), zie 631.
Notitie bij Sybille: Zij huwde in 1123 met de graaf van Vlaanderen, Willem Clito en bracht Maine in het huwelijk mee. Dit huwelijk werd geannuleerd op grond van bloedverwantschap en uitgesproken door paus Honorius II in opdracht van Willem’s oom Hendrik I van Engeland. Sybilles vader Fulco verzette zich hiertegen en stemde niet in met de excommunicatie en het interdict over Anjou. Hierop zou Sybille haar vader begeleiden naar het Heilige Land, waar hij zou trouwen met de erfgename van het Koninkrijk Jeruzalem, Melisende en in 1131 zelf koning werd.

In 1139 zou Sybille met de Vlaamse graaf Diederik van de Elzas trouwen, die op zijn eerste kruistocht naar het Heilige Land was. Sybille keerde met Diederik terug naar Vlaanderen. Tijdens de tweede kruistocht van Diederik naar het Heilige Land (1137-1139) bestuurde zij het graafschap. In deze periode trachtte Boudewijn IV van Henegouwen een aanval op Vlaanderen in te zetten, die door Sybille op krachtdadige wijze werd afgeslagen. Zij liet Henegouwen verwoesten, waarna Boudewijn IV hetzelfde deed met Artesië. De aartsbisschop van Reims diende tussen beide te komen om een vredesverdrag te sluiten.

In 1157 vergezelde zij Diederik naar het Heilige Land en bewoog hem om van haar te scheiden, zodat zij in het klooster van St. Lazarus in Bethanië (Jeruzalem) kon intreden, waar haar stieftante Ioveta van Bethanië abdes was. Zij overleed er in 1165.
646 Adela De heilige van Engeland (van Normandië) is geboren omstreeks 1062 in Normandië, dochter van Willem de Veroveraar van Normandië en Mathildis Van Vlaanderen (zie 643). Adela is overleden op maandag 8 maart 1137 in Marcigny-sur-Loire, ongeveer 75 jaar oud. Adela trouwde met Stefanus II Hendrik van Blois. Zie 26 voor persoonsgegevens van Stefanus.
Kind van Adela en Stefanus: zie 26.
647 Hendrik I Beauclerc Van Engeland is geboren omstreeks 1068, zoon van Willem de Veroveraar van Normandië en Mathildis Van Vlaanderen (zie 643). Hendrik is overleden op zondag 1 december 1135 in Gisors (Frankrijk), ongeveer 67 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Zijn eigen bijnaam had hij te danken aan zijn goede opleiding en zijn brede interesse. Waarschijnlijk was hij ook de eerste koning uit het Normandische Huis die vloeiend Engels sprak

Na de dood van Willem de Veroveraar had Willem II Engeland geërfd, zijn broer Robert Normandië en Hendrik alleen de stad Avranches en het graafschap Coutances. Na de dood van Willem II veroverde Hendrik echter de Engelse troon op een moment dat zijn broer Robert op de terugweg was van de eerste kruistocht.

Zijn regering wordt gekenmerkt door de verbeteringen die hij aanbracht in het landsbestuur en in de rechtspraak. Zo richtte hij de exchequer op, een centrale financiële administratie en maakte hij gebruik van rondreizende rechters die de rechtspraak in zijn rijk verzorgden. Hij herenigde de gebieden van zijn vader, Engeland en Normandië, maakte een einde aan het conflict dat zijn broer had veroorzaakt met de Kerk en wist de bestuurders zover te krijgen dat zij na de dood van zijn enige zoon in 1120 zijn dochter Mathilde, echtgenote van de Duitse keizer Hendrik V, als opvolger wilden aanvaarden.

Op 11 november 1100 trouwde Hendrik met Edith (die om de Normandische baronnen tevreden te stellen haar naam veranderde in Mathilde), de dochter van koning Malcolm III van Schotland. Zij kregen vier kinderen, maar zijn zoon Willem Adelin overleefde hem niet. Mathilde stierf in 1118. In 1121 hertrouwde hij met Adelheid van Leuven, maar dat huwelijk bleef kinderloos. Hij had vele onwettige kinderen (zie hieronder).

In 1101 deed zijn broer Robert via een inval een poging de kroon alsnog te bemachtigen. Met het Verdrag van Alton stemde Robert er in toe Hendrik als koning van Engeland te aanvaarden. Robert bleef echter ageren en daarom stuurde Hendrik in 1105 een invasiemacht naar Normandië om hier een eind aan te maken. In 1106 wist hij de overwinning te behalen. Zijn machtsbasis in Normandië was echter niet stevig vanwege het optreden van Roberts zoon, Willem Clito.

Van 1109 tot 1113 en van 1116 tot 1120 voerde hij oorlog met Frankrijk.

Hendrik stierf in 1135 in Normandië - volgens tijdgenoten omdat hij te veel zeeprik had gegeten. Tegenwoordig neemt men aan dat een voedselvergiftiging de doodsoorzaak was. Hij werd begraven in Reading Abbey.

Ondanks het feit dat de baronnen hadden ingestemd met een opvolging door Hendriks dochter Mathilde waren er twee zaken die haar opvolging in de weg stonden: zij was een vrouw, en zij was hertrouwd met Geoffrey uit het vijandige Franse Huis Anjou. Hierop werd Hendriks neef Stefanus van Blois uitgenodigd naar Engeland te komen en de troon te aanvaarden.

Hendrik I had vele onwettige kinderen van wie hij er 20 tot 25 erkende. Van velen is niet vast te stellen wie de moeder was. Hier volgt een overzicht van de kinderen die in bronnen vermeld staan.

bij onbekende moeders
Robert van Caen (ca 1090 – 1147), 1e graaf van Gloucester
Maud FitzRoy; 8 hertog Conan III van Bretagne
Constance FitzRoy; 8 burggraaf Roscelin van Beaumont
Mabel of Richildis FitzRoy; 8 Guillaume III Gouet, heer van Montmirail
Aline of Adelheid FitzRoy; 8 Matthieu I de Montmorency († ca 1100 – 1160), connétable van Frankrijk
Gilbert FitzRoy († na 1142)
Bij Edith
Mathilde FitzEdith († aan boord van de White Ship 25 november 1120); 8 (1103) graaf Rotrou I van Perche
Bij Ansfride
Juliana van Fontevrault (* ca 1090); 8 (1103) Eustache de Pacy († 1136)
Fulco FitzRoy (* ca 1092), monnik in de abdij van Abingdon
Richard van Lincoln (ca 1094 – aan boord van de White Ship 25 november 1120)
Bij Sybilla Corbet
Van Sybilla van Normandië en Reginald van Dunstanville is zeker dat zij de moeder is, van de andere twee niet.

Sybilla van Normandië (1092 – 1122); 8 (ca 1107) koning Alexander I van Schotland (ca 1078 – 1124)
Reginald van Dunstanville (ca 1098 – 1175), 1e graaf van Cornwall
William FitzRoy of Constable (* voor 1105); 8 Alice (Constable) († na 1187)
Rohese (van Engeland) (* 1114); 8 Henri de la Pomeroi
Bij Edith FitzForne
Robert FitzEdith (1093 – 1172), lord Okehampton; 8 Maud d’Avranches du Sap
Adelisa of Adelheid FitzEdith
Bij Nest ferch Rhys
Henry FitzRoy († 1157)
Bij Isabella van Beaumont
Isabella Hedwig van Engeland
Matilda FitzRoy, abdis van Montvilliers (Montpiller)
Heerlijkheid:
koning van Engeland van 1100 tot 1135
Hendrik:
(1) trouwde, ongeveer 32 jaar oud, op zondag 11 november 1100 met Mathildis (eigenlijk Edith) van Schotland, 19 of 20 jaar oud. Zie 14 voor persoonsgegevens van Mathildis.
(2) trouwde, ongeveer 53 jaar oud, in 1121 met Adelheid van Leuven, ongeveer 18 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Hendrik en Adelheid: Adelheid werd mecenas van de letterkunde in Engeland. Na het overlijden van Hendrik I hertrouwde zij met Willem II van Aubigny. Uit dit huwelijk kwamen wel een aantal kinderen voort en zij werd stammoeder van de graven van Arundel. Tijdens dit huwelijk werd zij een belangrijke weldoenster van kerken en abdijen. De laatste jaren van haar leven bracht zij door in de abdij van Affligem.
Adelheid is geboren omstreeks 1103 in Leuven, dochter van Godfried I met den Baard van Leuven en Ida van Chiny. Adelheid is overleden op maandag 23 april 1151 in Affligem, ongeveer 48 jaar oud.
Kinderen van Hendrik en Mathildis: zie 14.
648 Cunegundis is geboren na 1885, dochter van Heribert I van Vermandois (zie 583) en Liedgardis?. Zij is overleden op woensdag 12 december 949, minstens 936 jaar oud. Zij trouwde met Odo I. Hij is overleden.
Notitie: broer van Herman, hertog van Souabe, en zoon van Gebhard, graaf in de Wetterau en in in noordelijke Rijngouw, hertog van Lotharingen in 904, familie van de Conradingen.
Heerlijkheid:
graaf in de Wetterau
649 Lodewijk I “de Vrome" is geboren in augustus 778 in Chasseneuil bij Poitiers, zoon van Karel de Grote (zie 1) en Hildegard (Houdiard) van Vinzgau. Hij is overleden op zondag 20 juni 840 in Ingelheim, 61 jaar oud.
Notitie: Lodewijk heeft een goede opleiding gekregen en was zeer gelovig. Hij streefde er naar een goede keizer te zijn en de erfenis van zijn vader te bestendigen. Hij was de eerste Frankische heerser die bij de de regeling van de erfopvolging afweek van het Salische recht, dat eiste dat het rijk in gelijke delen onder zijn zoons zou moeten worden verdeeld. Deze praktijk leidde steevast tot jaren of zelfs generaties van oorlogen tussen de Frankische deel-koninkrijken. In plaats daarvan probeerde hij een regeling te formuleren waardoor het rijk ongedeeld zou blijven. Zijn autoriteit en zijn politieke talent waren onvoldoende om deze regeling met succes door te voeren. Doordat zijn oudste zoons en veel van de hoge edelen zich benadeeld voelden, werd het laatste decennium van zijn regering gekenmerkt door burgeroorlogen en het afbrokkelen van Lodewijks positie. Na zijn dood werd het rijk tussen zijn nog levende zoons verdeeld. Hiermee werd de basis gelegd voor de staatkundige verdeling van Europa in het latere Frankrijk, Duitsland en Italië.

Geboorte en naamgeving
Terwijl Karel de Grote in Noord-Spanje op veldtocht was, beviel zijn vrouw Hildegard, hetzij op 11 april, hetzij in juni/augustus 778 in de palts van Chasseneuil bij Poitiers van een tweeling. Na Karels terugkeer werden ze als Lodewijk en Lothar gedoopt. De Karolingische koningsnamen Karel, Karloman en Pepijn waren reeds aan Karels eerder geboren zonen vergeven, zodat men besloot terug te grijpen naar deze van de belangrijkste Merovingische koningen Chlodowech I ofte Clovis, en Chlotarius I. De kleine Lothar stierf reeds in 779, maar Lodewijk overleefde.

Koning van Aquitanië
Ten tijde van de geboorte van Lodewijk begon Karel de Grote een politiek van decentralisatie van bestuur en militair bevel vorm te geven. Doel daarvan was om in alle strategische grensgebieden een permanent aanwezige macht te hebben, onafhankelijk van de verblijfplaats van Karel zelf. Hiertoe creëerde Karel koninkrijken voor zijn zoons, die daar moesten gaan wonen en het bestuur en het militaire bevel op zich moesten nemen. Lodewijk, drie jaar oud, werd in 781 koning van Aquitanië en daarmee belast met de confrontatie met de Arabieren in Spanje, onder regentschap van een hofhouding van ervaren hovelingen, bestuurders en bevelhebbers, die zijn taken voor hem waarnamen.

Lodewijk ontving als kind goed onderwijs, hij sprak vloeiend Latijn en beheerste ook Grieks. Hij werd verder opgevoed volgens de gewoonten en wetten van Aquitanië.

In 797 verwierf Lodewijk Barcelona nadat de Arabische gouverneur van die stad in opstand was gekomen en toen zijn opstand mislukte de stad liever aan de Franken overdroeg. In 799 ging Barcelona verloren maar in 800 leidde Lodewijk met Willem met de Hoorn en zijn zoon Bera, een leger van Aquitaniërs, Basken, Visigoten (uit Septimanië en de Provence) en belegerde Barcelona, de stad valt uiteindelijk in 801. Hiermee ontstond de Spaanse Mark.

In 806 regelde Karel de Grote zijn erfenis. Volgens deze verdeling zou Karel de jongere vermoedelijk koning worden boven zijn broers en kreeg hij de kern van het rijk, Pepijn kreeg Italië en delen van Zuid-Duitsland en Lodewijk kreeg Aquitanië, een deel van Bourgondië en de Provence.

In 812 bedwong Lodewijk een Baskische opstand. Hij ging voor zijn vader minstens een keer op campagne tegen Benevento in Zuid-Italië.

Keizer
Door de dood van zijn beide oudere broers, Pepijn en Karel de Jongere, was Lodewijk de enige overgebleven erfgenaam. Op 11 september 813 kwamen de rijksgroten te Aken bijeen en waren getuige van de feestelijke verheffing van de zoon van Karel de Grote tot mederegent en exclusieve erfgenaam van het Rijk, met de daaraan verbonden konings- en keizerstitels. In 814 werd Lodewijk koning van de Franken als opvolger van zijn vader. Hij regeerde vrijwel het gehele rijk zelf, alleen Italië heeft met Bernard (zoon van Pepijn) nog een eigen koning.

Het beleid van Lodewijk werd sterk bepaald door de invloed van zijn hovelingen (waaronder veel van zijn vertrouwelingen uit Aquitanië) en zijn echtgenotes. Hij begon een intensieve periode van wetgeving en staatkundige en kerkelijke hervorming. Lodewijk verplichtte alle kloosters de leefregels van Benedictus te volgen en hij moderniseerde de rechtspraak. Hij stuurde al zijn ongetrouwde (half)zusters naar het klooster om zo machtsvorming rondom toekomstige zwagers bij voorbaat te voorkomen. Zijn onwettige halfbroers liet hij met rust maar zijn neven (behalve Bernard) dwong hij ook om in het klooster te treden, hoewel die juist bijzonder trouw waren geweest. Zijn belangrijkste raadslieden waren graaf Bernard van Septimanië en Ebbo, de zoon van zijn min en dus een soort broer, die hij in 816 aartsbisschop van Reims werd. Hij hield ook ministers van zijn vader zoals Elisachar (abt van St Maximin te Trier) en Hildebold (aartsbisschop van Keulen) aan. In 815 maakte hij zijn zoons, Lotharius en Pepijn respectievelijk gouverneur van Beieren en gouverneur van Aquitanië. In 816 tenslotte werd Lodewijk door paus Stephanus, te Reims, tot keizer van het Westen gekroond.

Opstanden en conflicten
Conflicten tussen Lodewijk en zijn zoons, en tussen de zoons onderling, worden hieronder apart behandeld.

815: een opstand van de hertog van Gascogne, maar die werd verslagen en vervangen door Wolf III Centullus van Gascogne, die in 818 op zijn beurt zou worden vervangen
816: een opstand van de Sorben en de Obodriten wordt voor een paar jaar onderdrukt.
817: Vikingen plunderden langs de Elbe
818: onderwerping van Bretagne. Vikingen plunderden langs de Loire
820: campagne tegen de Arabieren in Spanje loopt op niets uit omdat de verantwoordelijke edelen (o.a. Hugo van Tours) de expeditie traineerden. Meerdere jaren van campagnes (samen met de Dalmatiërs) tegen de Kroaten hebben een wisselend succes, maar uiteindelijk werden de Kroaten verslagen. Vikingen plunderen in Vlaanderen.
822: Lodewijk begint uit politieke overwegingen de zendingsarbeid onder de Denen. Lodewijk maakt de paus weer meer afhankelijk van de keizer.
824: Lodewijk onderwierp Bulgaarse stammen in de Pannonische laagvlakte
827: Lodewijk verloor Pannonie aan de Bulgaren. Moren belegeren Barcelona
832: Moren hielden plundertochten tot bij Marseille en in het Rhônedal

een kerkelijke feestdag in 817 in Aken, stortte een houten loopbrug tussen het paleis en de kerk in. Ook Lodewijk was op die loopbrug aanwezig maar bleef ongedeerd, hoewel er veel slachtoffers vielen. Deze gebeurtenis was voor Lodewijk een van de redenen om zijn opvolging te regelen. In het document Ordinatio Imperii benoemde hij zijn oudste zoon Lotharius tot eerste erfgenaam en medekeizer en zijn andere zoons Pepijn (Aquitanië, Gascogne, Toulouse, Carcassonne, Autun, Avallon, Nevers) en Lodewijk (Beieren en aanliggende marken) en hun neef Bernard (Italië) tot onder-koningen. Hij probeerde hiermee te bereiken dat de eenheid van zijn rijk na zijn eventueel overlijden zou worden bewaard en dat zo een burgeroorlog zou kunnen worden voorkomen. In feite heeft Lodewijk door de benoeming van koningen in grensgebieden met sterke tegenstanders teruggegrepen op de staatsinrichting van Karel de Grote :

Pepijn tegen de Arabieren in Spanje
Bernard tegen de Arabieren en het Byzantijnse Rijk in Italië
Lodewijk tegen de Avaren en andere volken uit Oost-Europa

Opstand van Bernard
Bernard vond dat zijn positie door de Ordinatio Imperii was verzwakt en was bang dat hij uiteindelijk in een ondergeschikte positie ten opzichte van de zoons van Lodewijk zou worden gedwongen. Aan zijn hof werden wilde plannen gemaakt over een onafhankelijk koninkrijk en hij stuurde troepen om de Alpenpassen te bezetten. Lodewijk trok met zijn leger naar Chalon-sur-Saône en nodigde Bernard uit hem daar te bezoeken. Toen bleek dat een aantal van zijn belangrijke edelen een opstand niet zouden steunen, had Bernard geen keuze dan te gaan en zich uiteindelijk over te geven. Hij werd ter dood veroordeeld, maar daarna begenadigd. Wel werden zijn ogen uitgestoken. Nadat deze straf in Aken onoordeelkundig was uitgevoerd, stierf Bernard alsnog na twee dagen van ondragelijk lijden. Bisschop Theodulf van Orléans, een van de grootste geleerden van het rijk, werd van medeplichtigheid beschuldigd en opgesloten in een klooster, waar hij korte tijd later onder verdachte omstandigheden overleed. Het lot van Bernard en Theodulf bezorgde Lodewijk een groot schuldgevoel, dat hem de rest van zijn leven zou belastten. Hij zou de dood van zijn vrouw in 818 zien als een straf van god, hoewel er ook geruchten waren dat Ermengarde zelf de hand in de dood van Bernard had gehad.

In reactie op de opstand van Bernard dwong Lodewijk zijn halfbroers om toe te treden tot de geestelijkheid. In 822 deed Lodewijk voor zijn hof en voor de paus een publieke schuldbekentenis, waar hij de verantwoordelijkheid voor de dood van Bernard op zich nam. Hij beleed daarbij ook een aantal andere fouten en zonden. Dit was slecht voor zijn prestige onder de edelen. Hij liet zijn neven toen weer uit het klooster en gaf ze weer functies aan het hof.

Crisis (829 - 835)
Op aandringen van zijn tweede echtgenote, Judith benoemde Lodewijk in 829 hun zoon Karel tot hertog (niet koning, dus formeel geen inbreuk op de Ordinatio Imperii) van Alemannië (Elzas, Zwaben, Raetië en een deel van Bourgondië). Dit ging natuurlijk ten koste van het erfdeel van Lotharius. Op aandrang van Wala, een van de neven van Lodewijk, die weer uit het klooster was gelaten, en andere edelen die waren verdrongen door gunstelingen van Judith, begonnen de broers Lotharius, Pepijn en Lodewijk een opstand tegen hun vader en vooral ook tegen de invloed, die Judith op Lodewijk had. Ebbo en Hildwin steunden de opstand net als een aantal bisschoppen. Bernard van Septimanië, de belangrijkste hoveling en een bondgenoot van Judith, werd beschuldigd van overspel met Judith - hij zou misschien zelfs de vader van Karel zijn.

In 830 overtuigde Wala Pepijn van het gevaar van Bernard van Septimanië. Pepijn trok met een leger naar Parijs en ontmoette met zijn leger Lodewijk de Duitser even ten noorden van Parijs. Lodewijk de Vrome keerde terug van weer een campagne tegen Bretagne (juist begonnen om door een externe vijand te bestrijden de eenheid te bewaren) en ging naar Compiègne. Daar werd hij door Pepijn gevangengenomen. Judith werd in Poitiers gevangengezet en Bernard van Septimanië vluchtte naar Barcelona. Lotharius trok in 831 met een groot leger naar het noorden en riep in Nijmegen een rijksdag bijeen. Maar Lodewijk de Vrome had Pepijn en Lodewijk de Duitser een groter deel in de erfenis beloofd en ook de lokale edelen bleven trouw aan Lodewijk de Vrome. Op de rijksdag moesten de zoons hun vader weer als koning erkennen. Lotharius werd begenadigd maar werd wel naar Italië verbannen. Judith moest een eed zweren dat zij onschuldig was. Wala en andere belangrijke edelen en geestelijken die achter de opstand zaten werden verbannen. Het gebied van Pepijn werd uitgebreid tot aan de Somme. Het gebied van Lodewijk de Duitser werd uitgebreid tot aan de Rijn. Karel kreeg het tussenliggende gebied van de Moezel tot aan de Provence. Lotharius hield alleen Italië over.

In 832 werd Pepijn aan het hof ontboden, waar hij kil werd ontvangen, als gevolg waarvan hij het hof zonder toestemming van zijn vader verliet. Lodewijk de Vrome was bang voor een opstand en stuurde een leger naar Aquitanië. Ondertussen trok Lodewijk de Duitser Schwaben (wat volgens de regeling van 831 binnen zijn gebied viel) binnen met Slavische bondgenoten. Lodewijk de Vrome onderwierp Lodewijk de Duitser bij Augsburg en Pepijn bij Limoges. Hij was zo boos dat hij Pepijn en Lodewijk al hun gebieden ontnam. Vervolgens benoemde hij Karel tot koning van Aquitanië en wees de rest van het keizerrijk aan Lotharius toe. Die koos echter voor een machtsgreep, verbond zich met Pepijn en Lodewijk de Duitser en marcheerde in 833 naar het noorden. De legers van Lodewijk de Vrome aan de ene kant en de drie opstandige broers aan de andere kant, ontmoetten elkaar bij Colmar. Er werd dagenlang onderhandeld maar ondertussen hadden de broers, met hulp van de paus, een deel van het leger van Lodewijk omgekocht of overgehaald om hun kant te kiezen. Lodewijk beval zijn resterende troepen uiteindelijk om niet meer te vechten om een kansloos bloedbad te voorkomen, en werd gevangengenomen en opgesloten in de Sint-Medardusabdij te Soissons. De plaats van de veldslag, die niet doorging, ging de geschiedenis in als het Lügenfeld (niet van leugen, maar van lueg - hinderlaag - die de drie zoons hier tegen hun vader gespannen hadden door zijn soldaten om te kopen). Karel de Kale werd opgesloten in de abdij van Prüm en Judith in Tortona. Lodewijk de Vrome werd door een synode (onder voorzitterschap van Ebbo) in Soissons afgezet en moest te Compiègne een openbare schuldbekentenis doen. Hij werd in Reims symbolisch van de drempel van de kerk verbannen.

Lodewijk de Duitser (inmiddels getrouwd met een zuster van Judith) begon onder invloed van zijn familie en schoonfamilie weer toenadering tot Lodewijk de Vrome te zoeken. Uit boosheid over het gedrag van Lotharius en de vernedering van Lodewijk de Vrome kozen ook steeds meer edelen in Neustrië en Austrasië de kant van Lodewijk de Vrome. Lotharius werd gedwongen om zich terug te trekken op Bourgondië. In 834 wilde Lotharius de situatie van de Ordinatio Imperii van 817 herstellen, waarbij hij als keizer dus boven zijn broers zou staan. Pepijn en Lodewijk waren hier niet van gediend, want zij wilden vasthouden aan de verdeling van 831 (zonder Karel) en als zelfstandige koningen regeren, zij verdreven Lotharius naar Italië en maakten hun vader weer keizer. In 835 verloren de belangrijkste partijgangers van Lotharius hun ambten en een aantal van hen overleed tijdens een epidemie in Italië.

De crisis was voorbij, maar Lodewijk zou de rest van zijn regering voortdurend in conflict blijven met zijn zoons.

De laatste jaren
De laatste jaren van het bewind van Lodewijk werden gekenmerkt door steeds wisselende allianties met zijn zonen, waarbij die geregeld titels en gebieden kregen en weer kwijtraakten. Ook in deze jaren vonden gewapende confrontaties met zijn zoons plaats. De aanvallen van de Vikingen werden heftiger.

836 - Vikingen plunderden Utrecht en Antwerpen.
837 - Vikingen veroverden Nijmegen, maar werden door Lodewijk de Vrome verjaagd. Karel werd tot koning van Alemannië en Bourgondië gekroond. Dit ging vooral ten koste van Lodewijk de Duitser, die prompt in opstand kwam. Lodewijk de Vrome gaf in reactie alle gebieden van Lodewijk de Duitser behalve Beieren aan Karel.
838 - Vrede met de Vikingen. Lodewijk de Vrome beval de bouw van een Noordzee-vloot en stelde gezanten aan voor Friesland. Na het overlijden van Pepijn benoemde Lodewijk Karel ook tot koning van Aquitanië maar de edelen kozen Pepijns zoon: Pepijn II. Lodewijk dreigde met een aanval.
839 - Lodewijk de Duitser viel Schwaben binnen, Pepijn II trok naar de Loire. De Vikingen vielen Friesland binnen en plunderden Dorestad. Lotharius koos door bemiddeling van Judith nu de kant van Lodewijk de Vrome. Pepijn II werd verslagen en onterfd.
840 - Karel werd erkend als koning van Aquitanië. Lodwijk dreef Lodewijk de Duitser terug tot aan de Oostmark. Het keizerrijk werd door Lodewijk opnieuw verdeeld: Karel kreeg Neustrië en Aquitanië, Lodewijk de Duitser kreeg Beieren en de rest van het rijk was voor Lotharius.
Op 20 juni 840 overleed Lodewijk na een ziekte in de palts van Ingelheim, op een eiland in de Rijn. Lodewijk ligt begraven in de abdij van St Arnulph te Metz. Na drie jaar van spanning en strijd zouden zijn zoons uiteindelijk zelf bepalen hoe het rijk werd verdeeld.

Karolingische muntslag
De gebruikelijke munteenheid was de denier, ook wel Penning genoemd. De voorkant laat meestal een kruis zien, de achterkant een tempeltje. De zilveren denier (denarius) is al tijdens de Romeinse Republiek, dat wil zeggen, vanaf 223 v.Chr., in gebruik geweest. De ondergang van het West-Romeinse Rijk in 476 n.Chr. betekende ook het verdwijnen van de denarius. De vader van Lodewijk, Karel de Grote herintroduceerde de penning. De muntslag van Lodewijk de Vrome vond onder andere plaats in Utrecht, Dorestad en mogelijk Deventer.

Karakteristiek voor Lodewijk de Vrome is het randschrift "XPISTIANA RELIGIO".
Heerlijkheid:
koning van Aquitanië, keizer en mederegent
Hij:
(1) begon een relatie, ten hoogste 16 jaar oud, vóór 794 met ???. Zij is overleden.
(2) trouwde, ongeveer 16 jaar oud, omstreeks 794 met Irmingard van Haspengouw, ongeveer 14 jaar oud. Zij is geboren omstreeks 780, dochter van Ingram van Haspengouw. Zij is overleden op zondag 3 oktober 818, ongeveer 38 jaar oud.
(3) trouwde, 40 jaar oud, in februari 819 in Aken (D) met Judith van Beieren - Welf, ongeveer 19 jaar oud. Judith is geboren omstreeks 800, dochter van Welf I van Argengouw en Heilwich Van Saksen. Judith is overleden op donderdag 19 april 843 in Tours (Indre-et-Loire), ongeveer 43 jaar oud.
Heerlijkheid:
Keizerin
Kind van Lodewijk I “de Vrome" uit onbekende relatie:
1 Arnulf, graaf van Sens. Hij is overleden omstreeks 794.
Kind van Lodewijk I “de Vrome" en Irmingard van Haspengouw:
2 Lotharius I, geboren omstreeks 795. Volgt 650.
Kinderen van Lodewijk I “de Vrome" en Judith:
3 Gisela, geboren omstreeks 821. Volgt 651.
4 Karel II “de Kale” van Francië, geboren op zaterdag 13 juni 823 in Frankfurt am Main. Volgt 654.
650 Lotharius I is geboren omstreeks 795, zoon van Lodewijk I “de Vrome" (zie 649) en Irmingard van Haspengouw. Hij is overleden op zondag 29 september 855 in abdij te Prum, ongeveer 60 jaar oud. Hij is begraven in de kerk van Saint-Sauveur (abdij te Prum).
Notitie: koning der Franken en Lombarden, geb. ca. 795, overl. in de abdij te Prum in de nacht van 28 op 29 sept. 855, begr. in de kerk van Saint-Sauveur van deze abdij. Aangesteld tot (onder)koning in Beieren 814; bij de Ordinatio lmperii als opvolger aangewezen en door zijn vader tot keizer gekroond Aken juli 817; bestuurt Italië sinds de herfst van 822; wordt (als ‘Festkrönung’) nogmaals tot keizer gekroond door paus Paschalis I Rome Pasen (8.4.)823 en regelt het bestuur van de Kerkelijke Staat, als onderdeel van het rijk, via de Constitutio Romana; feitelijk mede-regent van zijn vader van 825 tot aug. 829 wanneer deze samenwerking door diens begunstiging van Karel de Kale abrupt eindigt en hij terugkeert naar Italië; keert zich (na diverse, kortstondige verzoeningen) echter samen met zijn broers Pippijn en Lodewijk tegen hun vader begin 833, die nadat zijn leger op het ‘Leugenveld’ bij Colmar naar hen is overgelopen zich door hen gevangen laat nemen en die hij nadien feitelijk laat afzetten (Compiègne; Sois-sons); houdt ook nadien zijn vader in Aken gevangen en beperkt (strevend naar volle uitvoering van de Ordinatio Imperii) invloed en machtsgebied van zijn broers, waarop deze alsnog de kant van hun vader kiezen; verliest een reeks gevechten tegen hen en wordt wederom op Italië beperkt herfst 834; verzoent zich opnieuw met zijn vader op de rijksdag van Worms juni 839 en wordt op diens sterfbed tot opvolger gedesigneerd; verlaat Italië en herneemt de suprematie over zijn broers naar de (nooit opgeheven) Ordinatio, maar verliest een uiterst bloedige veldslag tegen hen bij Fontenoy (bij Auxerre) 25-6-841, hetgeen als
een godsoordeel voor een wezenlijke rij ksdeling wordt gezien ten gunste van zijn broers Lodewijk ‘de Duitser’ en Karel ‘de Kale’, die hun bondgenootschap bevestigen door in de wederzijdse talen voor hun aanhang afgelegde eden bij Straatsburg 14.2.842; sluit na langdurige onderhandelingen met hen het verdelingsverdrag van Verdun aug. 843, waarbij hij bij zijn langgerekte middenrijk wel de keizerstitel behoudt, maar daaraan geen suprematie over het West- en Oostfrankische rijk zal kunnen ontlenen; proclameert met beide broers in ‘fraternitas’ te zullen regeren Thionville okt. 844, maar krijgt een heftig geschil met Karel wanneer diens vazal Giselbert zijn dochter ontvoert 846, waarna pas vrede gesloten wordt (met legitimatie van het voltrokken huwelijk) Péronne jan. 849; verdeelt, ziek geworden, zijn rijk over zijn drie zoons; treedt in het klooster te Prüm 23.9, overl. 29.9.855 en begraven aldaar
Voorts had hij voor april 851 een relatie met Doda, overl. na 9.7.855, van onbekende herkomst en tussen 851 en 853 met een onbekende vrouw.
Heerlijkheid:
koning der Franken en Lombarden
Hij trouwde, ongeveer 26 jaar oud, in oktober 821 met Ermengard. Zij is een dochter van Hugo graaf van Tours en Ava. Zij is overleden op vrijdag 20 maart 851.
Notitie: sticht uit haar morgengave het klooster Erstein