vrijdag 17 december 2010

Nazaten van Karel de Grote tot (600)

501 Peternella Stroobant, dochter van Jan Stroobant en Josijne De Beckere (zie 500). Peternella is overleden. Peternella trouwde met Jan Van Cutsem. Jan is overleden.
Kind van Peternella en Jan:
1 Joanna Van Cutsem. Volgt 502.
502 Joanna Van Cutsem, dochter van Jan Van Cutsem en Peternella Stroobant (zie 501). Joanna is overleden op donderdag 26 februari 1654. Joanna trouwde met Zeger Pipenpoy.
Notitie bij het huwelijk van Joanna en Zeger: pachter op het hof te Ransfort te Molenbeek en verkreeg in 1600 poorterrecht te Brussel.
Zeger is een zoon van Jan Pipenpoy en Elisabeth (Lijsbeth) GOOSSENS. Zeger is overleden op dinsdag 26 februari 1658 in Sint Martens Lennik.
Functie:
Poorter van Brussel onderscheiding FROM 4 mei 1601
Heerlijkheid:
Heer van Bossuit onderscheiding
Kinderen van Joanna en Zeger:
1 Catelijne Pipenpoy. Catelijne is overleden.
2 Anna Pipenpoy. Volgt 503.
3 Joanna Pipenpoy. Joanna is overleden.
4 Hendrick Pipenpoy. Volgt 504.
5 Jacobus Pipenpoy, geboren in 1615 in Molenbeek. Volgt 505.
6 Petronella Pipenpoy, geboren op zondag 24 mei 1615 in Molenbeek. Volgt 506.
7 Maria Pipenpoy, geboren op dinsdag 16 januari 1618 in SINT-JANS-MOLENBEEK. Volgt 516.
503 Anna Pipenpoy, dochter van Zeger Pipenpoy en Joanna Van Cutsem (zie 502). Anna is overleden. Anna trouwde met Tobias Crockaert. Tobias is overleden.
504 Hendrick Pipenpoy, zoon van Zeger Pipenpoy en Joanna Van Cutsem (zie 502). Hendrick is overleden in 1688 in Sint Pieters Leeuw. Hendrick trouwde met Barbara VAN MALDERE. Barbara is geboren op zondag 24 juni 1612 in Sint Pieters Leeuw. Barbara is overleden op donderdag 20 november 1698 in Sint Pieters Leeuw, 86 jaar oud.
505 Jacobus Pipenpoy is geboren in 1615 in Molenbeek, zoon van Zeger Pipenpoy en Joanna Van Cutsem (zie 502). Jacobus is overleden in 1681, 65 of 66 jaar oud. Jacobus trouwde met Van der Heyden. Zij is overleden in 1673.
506 Petronella Pipenpoy is geboren op zondag 24 mei 1615 in Molenbeek, dochter van Zeger Pipenpoy en Joanna Van Cutsem (zie 502). Petronella is overleden in 1688 in Mazenzele, 72 of 73 jaar oud. Zij is begraven in Opwijk (Mazenzele).
Notitie bij overlijden van Petronella: Grafzerk ligt aan het portaal van de Sint Pieterskerk
Petronella:
(1) trouwde met Judocus t’Sas. Judocus is geboren op dinsdag 23 september 1614 in Asse. Judocus is overleden na 1646, minstens 32 jaar oud.
(2) trouwde, ongeveer 35 jaar oud, omstreeks 1650 met Guilliam (Joos) t’Kint, ongeveer 26 jaar oud. Guilliam is geboren in 1624 in Mollem, zoon van Arnoult t’Kint en Cathelijne Van Ginderachter. Guilliam is overleden in 1681, 56 of 57 jaar oud. Hij is begraven in Opwijk (Mazenzele).
Notitie bij overlijden van Guilliam: Grafzerk ligt aan het portaal van de Sint Pieterskerk
Kind van Petronella en Judocus:
1 Jan t’Sas. Volgt 507.
Kinderen van Petronella en Guilliam:
2 Arnoud t’Kint, geboren in 1651. Volgt 508.
3 Hendrick t’Kint, geboren in 1653. Volgt 509.
4 Jacques t’Kint, geboren in 1654. Volgt 514.
507 Jan t’Sas, zoon van Judocus t’Sas en Petronella Pipenpoy (zie 506). Jan is overleden. Jan trouwde met Barbara t’Kint. Barbara is geboren in 1632 in Mollem, dochter van Arnoult t’Kint en Cathelijne Van Ginderachter. Barbara is overleden in 1678, 45 of 46 jaar oud.
508 Arnoud t’Kint is geboren in 1651, zoon van Guilliam (Joos) t’Kint en Petronella Pipenpoy (zie 506). Arnoud is overleden omstreeks 1671, ongeveer 20 jaar oud. Arnoud trouwde met Marie t’Sas. Marie is overleden.
509 Hendrick t’Kint is geboren in 1653, zoon van Guilliam (Joos) t’Kint en Petronella Pipenpoy (zie 506). Hendrick is overleden in 1725, 71 of 72 jaar oud. Hendrick trouwde met Françoise t’Kint. Françoise is overleden.
Kinderen van Hendrick en Françoise:
1 Antonus t’Kint, geboren in 1680. Volgt 510.
2 Joos t’Kint, geboren in 1682. Volgt 512.
510 Antonus t’Kint is geboren in 1680, zoon van Hendrick t’Kint (zie 509) en Françoise t’Kint. Antonus is overleden in 1755, 74 of 75 jaar oud. Antonus trouwde met Maria Cornelia Jans. Maria is overleden.
Kinderen van Antonus en Maria:
1 Hendrick t’Kint, geboren in 1707. Hendrick is overleden in 1789, 81 of 82 jaar oud.
2 Joanna Barbara t’Kint, geboren in 1714. Joanna is overleden in 1796, 81 of 82 jaar oud.
3 Maria Cornelia t’Kint, geboren in 1720. Volgt 511.
511 Maria Cornelia t’Kint is geboren in 1720, dochter van Antonus t’Kint (zie 510) en Maria Cornelia Jans. Maria is overleden in 1804, 83 of 84 jaar oud. Maria trouwde met Lucas Jan Jozef De Roovere de Roodemeersch. Lucas is geboren in 1709. Lucas is overleden in 1782, 72 of 73 jaar oud.
512 Joos t’Kint is geboren in 1682, zoon van Hendrick t’Kint (zie 509) en Françoise t’Kint. Joos is overleden in 1761, 78 of 79 jaar oud. Joos:
(1) trouwde met Anne Marie t’Kint. Zie 518 voor persoonsgegevens van Anne.
(2) trouwde met Elisabeth t’Sas. Elisabeth is overleden.
Kind van Joos en Anne:
1 Isabella t’Kint. Volgt 513.
513 Isabella t’Kint, dochter van Joos t’Kint (zie 512) en Anne Marie t’Kint (zie 518). Isabella is overleden. Isabella trouwde met Adriaen Philippe Happaert. Adriaen is overleden.
514 Jacques t’Kint is geboren in 1654, zoon van Guilliam (Joos) t’Kint en Petronella Pipenpoy (zie 506). Jacques is overleden. Jacques trouwde met Anna DE Keersmaecker. Anna is overleden.
Kind van Jacques en Anna:
1 Kathelijne t’Kint, geboren in 1684. Volgt 515.
515 Kathelijne t’Kint is geboren in 1684, dochter van Jacques t’Kint (zie 514) en Anna DE Keersmaecker. Kathelijne is overleden op woensdag 21 oktober 1739 in Asse, 54 of 55 jaar oud. Kathelijne trouwde met Jan Van Mulders. Jan is een zoon van Steven Van Mulders en Anna t’Kint. Jan is overleden op zondag 17 september 1724 in Asse.
516 Maria Pipenpoy is geboren op dinsdag 16 januari 1618 in SINT-JANS-MOLENBEEK, dochter van Zeger Pipenpoy en Joanna Van Cutsem (zie 502). Maria is overleden op dinsdag 21 december 1700, 82 jaar oud. Maria:
(1) trouwde, 18 jaar oud, op dinsdag 13 januari 1637 met Martinus Vanderschueren, 26 jaar oud. Martinus is geboren op zondag 19 september 1610 in Ophem. Martinus is overleden op vrijdag 20 november 1648 in Molenbeek, 38 jaar oud.
(2) trouwde, minstens 19 jaar oud, na 1637 met Joos t’Kint, minstens 11 jaar oud. Joos is geboren op zondag 27 december 1626 in Mollem, zoon van Arnoult t’Kint en Cathelijne Van Ginderachter. Joos is overleden op vrijdag 4 januari 1686 in SINT-JANS-MOLENBEEK, 59 jaar oud.
Kinderen van Maria en Joos:
1 Jan t’Kint. Volgt 517.
2 Arnoult t’Kint, geboren op zondag 2 februari 1653 in SINT JANS MOLENBEEK. Volgt 519.
3 Steven t’Kint, geboren in 1660. Volgt 530.
517 Jan t’Kint, zoon van Joos t’Kint en Maria Pipenpoy (zie 516). Jan is overleden. Jan trouwde met Marie Anne Wauwermans. Marie is overleden.
Kind van Jan en Marie:
1 Anne Marie t’Kint. Volgt 518.
518 Anne Marie t’Kint, dochter van Jan t’Kint (zie 517) en Marie Anne Wauwermans. Anne is overleden. Anne trouwde met Joos t’Kint. Zie 512 voor persoonsgegevens van Joos.
Kind van Anne en Joos: zie 512.
519 Arnoult t’Kint is geboren op zondag 2 februari 1653 in SINT JANS MOLENBEEK, zoon van Joos t’Kint en Maria Pipenpoy (zie 516). Arnoult is overleden in 1714 in Brussel, 60 of 61 jaar oud. Arnoult trouwde met Elisabeth Sirejacob(s). Elisabeth is geboren op woensdag 4 september 1652 in Brussel. Elisabeth is overleden in 1713, 60 of 61 jaar oud.
Kind van Arnoult en Elisabeth:
1 Joannes t’Kint, geboren op woensdag 1 januari 1681 in Brussel. Volgt 520.
520 Joannes t’Kint is geboren op woensdag 1 januari 1681 in Brussel, zoon van Arnoult t’Kint (zie 519) en Elisabeth Sirejacob(s). Joannes is overleden in 1767 in Brussel, 86 jaar oud.
Beroep:
meester-brouwer
Joannes trouwde met Maria Anna t’Kint.
Notitie bij het huwelijk van Joannes en Maria: volle neef en nicht
Zie 532 voor persoonsgegevens van Maria.
Kind van Joannes en Maria:
1 Barbara t’Kint, geboren op vrijdag 21 april 1724 in Brussel. Volgt 521.
521 Barbara t’Kint is geboren op vrijdag 21 april 1724 in Brussel, dochter van Joannes t’Kint (zie 520) en Maria Anna t’Kint (zie 532). Barbara is overleden op woensdag 5 juli 1775 in Brussel, 51 jaar oud. Barbara trouwde met Jacobus (Jacques Dominique) Mosselman. Jacobus is geboren op woensdag 14 juni 1719 in Brussel, zoon van Jacobus Dominicus Mosselman en Catharina Van de Velde. Jacobus is overleden op zaterdag 13 oktober 1781, 62 jaar oud.
Notitie bij Jacobus: Jacques-Dominique Mosselman was één van de tien kinderen van de deken van de Beenhouwersgilde en van de Lakengilde Jacobus-Dominicus Mosselman (1694-1757) en van Catharina Van de Velde (1699-1772). Hijzelf trouwde met Barbara t’Kint (1724-1773), dochter van meester-brouwer Jean t’Kint en Marie-Anne ’t Kint (volle neef en nicht). Hij lijkt alleen in de beenhouwersgilde actief te zijn geweest en woonde in een groot huis, met verschillende inwonende huisbedienden, in de Beenhouwersstraat.

Mosselman herinnerde er zijn kinderen graag aan, naar aanleiding van verdelingen of testamenten, dat ze nazaten waren van twee van de zeven geslachten van Brussel: de Serhuygs via de Pipenpoys en de Roodenbekes via de Van Cattenbroecks.

De verdeling na zijn overlijden toont aan hoe welstellend hij was. Het totaal vertegenwoordigde 110.000 gulden, waarvan de twee-derden van de kant Moselman en één derde van de kant ’t Kint. De te verdelen goederen behelsden onder meer, naast een hoeveelheid renten: het grote herenhuis ’In het Beloofde Land’ dat hij bewoonde op de hoek van de Beenhouwersstraat en de Sint-Hubertusstraat; twee slagerijen in de Beenhouwersstraat, het huis ’De Hoorn’ in de Wolstraat, een huis in de Rue Chair et Pain (dat al bijna twee eeuwen aan de familie behoorde), een huis in de Beierenstraat en een ander in de Bladerestraat, het huis ’De Heilige Geest’ in de Calckhoen Haenestraat, het huis ’De Keizerlijke Kroon’ in de Magdalenastraat en een slachthuis in de Sint-Hubertusstraat. Verder was er nog een huis op het gemeenteplein van Anderlecht, het landhuis ’Hof van Rensembroeck’ in Neerpede en landbouw- en weidegronden in Vlezembeek, Essene en Sint-Ulriks-Kapelle.

De twaalf kinderen van het gezin Mosselman- t’Kint evolueerden als volgt:

drie stierven op jonge leeftijd
vijf meisjes trouwden, onder hen Catherine Mosselman (1750-1820) met Jean-Baptiste ’t Serstevens (1754-1833), met een talrijk nageslacht bij Belgische adellijke families.
Jacques-Dominique Mosselman (1748-1814) trad in het voetspoor van zijn vader en werd veehandelaar en slager. Uit zijn huwelijk met Thérèse t’Serstevens, zus van Jean-Baptiste voornoemd, had hij twaalf kinderen die echter allen zonder nageslacht stierven, de laatste in 1848.
Etienne Mosselman (1751-1831)
Corneille-François Mosselman (1753-1829)
François-Dominique Mosselman (1754-1840)
In tegenstelling tot wat hier en daar geschreven staat, was Jacques-Dominique Mosselman nooit burgemeester van Brussel.
Kind van Barbara en Jacobus:
1 Corneille François Mosselman, geboren op maandag 23 april 1753 in Brussel. Volgt 522.
522 Corneille François Mosselman is geboren op maandag 23 april 1753 in Brussel, zoon van Jacobus (Jacques Dominique) Mosselman en Barbara t’Kint (zie 521). Corneille is overleden op donderdag 1 januari 1829 in Brussel, 75 jaar oud.
Notitie bij Corneille: Corneille Mosselman was één van de twaalf kinderen (vierde in de rij) van Jacques-Dominique Mosselman en van Barbara t’Kint. Zelf trouwde hij toen hij vijftig was in 1803 met de zesentwintigjarige Petronille-Jeanne Muts (Breda 1777 - Brussel 1807), dochter van de arts Jacques Muts. Als wees groeide ze op bij een oom en tante in Brussel. Corneille en Petronilla hadden een enige zoon, Théodore Mosselman du Chenoy.

Corneille begon in het actieve leven als uitbater van een slagerij in de Beenhouwersstraat maar weldra voegde hij zich bij zijn jongere broer François-Dominique Mosselman in activiteiten zoals de graanhandel en vanaf 1780 de winstgevende pacht op de ruimdienst (’Pacht van de beir en straatmodden’) voor Brussel. Om zich beter te organiseren, stichtten ze een vennootschap onder hun beider naam en, aangezien ze toen nog ongehuwd waren, maakten ze een testament op waarbij ze mekaar wederkerig algemeen legataris maakten.

Op een terrein dat hij in 1787 aankocht bij de uitverkoop van het opgeheven klooster van de Witte Zusters van de Roos van Jericho, bouwde hij op de Nieuwe Graanmarkt een statig herenhuis met een belvédère, als sluitstuk van een algemeen plan dat was opgemaakt door architect Claude Fisco. Op 17 maart 1790 werd het pas afgewerkte gebouw, dat aan de straatkant een grote inrijpoort en 44 vensters in de gevel had (thans Nieuwe Graanmarkt 24-25, als monument beschermd in 1998) door het gepeupel geplunderd, hetzij omwille van de Vonckistische overtuigingen van de broers, hetzij omdat ze als graanhandelaars verdacht werden van speculaties.

De handelsactiviteiten van de broers profiteerden van de oorlogsomstandigheden. Na eerst veel graan te hebben geleverd aan de Oostenrijkse legers, werden ze de voornaamste leveranciers van de Franse legers. Tussen 1794 en 1812 nam hun vermogen aanzienlijk toe.

In april 1798 kocht Corneille Mosselman een eigendom in Court-Saint-Etienne, deel van de vroegere eigendommen van de door de Fransen verkochte abdij van Villers, namelijk de Domaine du Chenoy, die enkele honderden ha groot was en die hij in de volgende jaren nog verder uitbreidde. Hij verbleef in zijn laatste levensjaren zeer vaak op dit domein. Na de vroege dood van zijn jonge vrouw in 1807 dacht hij niet meer aan hertrouwen en zijn zoon vertrouwde hij voor zijn opvoeding en opleiding toe aan zijn broer in Parijs.
Corneille trouwde met Petronille Jeanne Muts. Petronille is geboren op vrijdag 28 november 1777 in Breda (NL). Petronille is overleden op zondag 4 januari 1807 in Brussel, 29 jaar oud.
Kind van Corneille en Petronille:
1 Theodore Mosselman "Du Chenoy", geboren op dinsdag 20 november 1804 in Brussel. Volgt 523.
523 Theodore Mosselman "Du Chenoy" is geboren op dinsdag 20 november 1804 in Brussel, zoon van Corneille François Mosselman (zie 522) en Petronille Jeanne Muts. Theodore is overleden op zaterdag 27 mei 1876 in Court-Saint-Etienne, 71 jaar oud.
Notitie bij Theodore: Hij werd geboren als zoon van Corneille-François Mosselman uit Brussel (1753-1829) en Petronella Muts (1777-1807) uit Breda. Na de dood van zijn moeder werd hij opgenomen in het kroostrijke gezin van zijn oom François-Dominique Mosselman in Parijs. Hij was van beroep bankier en was van 1847 tot aan zijn dood liberaal senator en gedurende een paar jaar vicevoorzitter van de Belgische Hoge Vergadering. Hij was in zijn tijd de meest belaste inwoner van de provincie Brabant.

Théodore Mosselman erfde als enige zoon het eigendom Le Chenoy in Court-Saint-Etienne (ongeveer 400 ha, door hem uitgebreid tot 2.500 ha). Vanaf ca. 1850 voegde hij voor zichzelf en zijn familieleden ’du Chenoy’ bij de familienaam. De eigendom (kasteel en ongeveer 950 ha) werd na zijn dood door zijn zoon Armand verkocht aan de industrieel Boël (nadien eigendom van de familievennootschap nv Domanoy).

Hij was pas negentien toen hij trouwde met zijn nicht Flora Mosselman (1800-1834), dochter van François-Dominique Mosselman en ze hadden twee zoons die vroeg stierven:

Jules Mosselman (1824-1839)
Léon-Marie Mosselman (1825-1843)
Zijn tweede huwelijk was in 1841 met Isabelle Coghen (1822-1891), dochter van minister van financies en graaf Jacques Coghen. Ze kregen zes kinderen:

Isabelle Mosselman du Chenoy (1842-1876), gehuwd met baron Auguste d’Anethan, diplomaat, zoon van minister Jules d’Anethan (afstamming tot op heden)
Theodore Mosselman du Chenoy (1843-1843)
Armand Mosselman du Chenoy (1847-1893), die de eigendom van Le Chenoy erfde en verkocht en van wie Braziliaanse afstamming.
Paul Mosselman du Chenoy (1849-1895)
Laura Mosselman du Chenoy (1851-1925), grootmoeder van koningin Paola
Henriette Mosselman du Chenoy (1855-1898), gehuwd met burggraaf Bernard du Bus de Gisgnies (1832-1917) (afstamming tot op heden)
Na een aantal jaren was de verstandhouding tussen het echtpaar zoek, met als gevolg dat Isabelle Coghen met haar dochters meestal in Brussel woonde en Théodore Mosselman meestal op het kasteel van Chenoy verbleef, waar hij ook overleed. Hij was noch atheïst noch vrijmetselaar, maar liet zich toch burgerlijk begraven.

[bewerken] Familiebanden
Het nageslacht van Theodore Mosselman du Chenoy is aanzienlijk. Naast de Belgische koningin Paola en haar kinderen, naast de overige Italiaanse afstamming, vindt men er een indrukwekkend aantal leden van Belgische adellijke families, onder meer: d’Anethan, de Gerlache de Gomery, de Marchant et d’Ansembourg, de Ghellinck d’Elseghem, Iweins de Wavrans, de Beauffort, de Kerchove de Denterghem, d’Oultremont, della Faille de Leverghem, Casier, du Bois d’Aische, Kervyn de Volkaersbeke, Oldenhove de Guertechin, Cartuyvels, van der Straten Waillet, d’Yve de Bavay, de Lhoneux, de Radzitzky d’Ostrowick, Verhaeghe de Naeyer, de Villenfagne de Vogelsanck, van Zuylen van Nyevelt, Berghmans, de Renesse, d’Ursel, Malevez, de Schaetzen, de Meeûs d’Argenteuil
Theodore:
(1) trouwde met Maria Flora Mosselman. Maria is geboren in 1800. Maria is overleden in 1834, 33 of 34 jaar oud.
(2) trouwde met Isabelle Caroline Coghen. Isabelle is geboren in 1822. Isabelle is overleden in 1891, 68 of 69 jaar oud.
Kind van Theodore en Isabelle:
1 Laure Mosselman "Du Chenoy", geboren op maandag 22 december 1851 in Brussel. Volgt 524.
524 Laure Mosselman "Du Chenoy" is geboren op maandag 22 december 1851 in Brussel, dochter van Theodore Mosselman "Du Chenoy" (zie 523) en Isabelle Caroline Coghen. Laure is overleden op maandag 1 juni 1925 in Napels (I), 73 jaar oud.
Notitie bij Laure: De familie Mosselman du Chenoy woonde in het kasteel Wolvendael te Ukkel, thans cultureel centrum van de gemeente Ukkel en in het ’Domaine du Chenoy’ in Court-Saint-Etienne.

De bruidssluier die Laura droeg in 1877 werd in 1919 ook gedragen door haar schoondochter Luisa . De gravin schonk dit familiestuk aan haar dochter Prinses Paola, die het bij haar huwelijk met koning Albert, Prins van Luik droeg.

De bruidssluier werd bij hun huwelijk gedragen door de prinsessen Astrid, Mathilde en Claire. Restauraties gebeurden in 1984 en 1999. Deze sluier, in Brusselse duchesse-kant, behoort tot het familiepatrimonum van de Prinsen Ruffo di Calabria. Koningin Paola is de huidige eigenares.
Heerlijkheid:
Prinses Ruffo di Calabria en Hertogin van Guardia Lombardije
Laure trouwde, 25 jaar oud, op zaterdag 14 juli 1877 in Brussel met Tristano Ruffo di Calabria, 29 jaar oud. Tristano is geboren op zondag 9 juli 1848 in Genua. Tristano is overleden op zondag 28 april 1901 in Napels, 52 jaar oud.
Heerlijkheid:
Duc de Guardia Lombardia
Kind van Laure en Tristano:
1 Fulco Ruffo di Calabria, geboren op dinsdag 12 augustus 1884 in Napels. Volgt 525.
525 Fulco Ruffo di Calabria is geboren op dinsdag 12 augustus 1884 in Napels, zoon van Tristano Ruffo di Calabria en Laure Mosselman "Du Chenoy" (zie 524). Fulco is overleden op vrijdag 23 augustus 1946 in Ronchi di Apuana bij Massa-Carrara, 62 jaar oud.
Notitie bij Fulco: Hij werd bij decreet van 15 mei 1928 Prins Ruffo di Calabria, hetgeen hem hoofd van de familie maakte. Hij was de 13de hertog van Guardia-Lombardije en de 17de graaf van Sinopoli.

De volledige lijst van titels luidt: 18e Graaf van Sinopoli, 6e Hertog van Guardia Lombarda, "Nobile dei Principi di Scilla" waarmee de afstamming als "edelman uit het Huis der Prinsen van Scilla" wordt aangeduid, Napolitaans Patriciër ("Patrizio Napoletano;") en sinds 15 maart 1928 "Principe sul Cognome" oftewel "Prins in Cognome".

Op 30 juni 1919 huwde hij in Turijn met Luisa, Gravin Gazelli di Rossana e di Sebastiano. Zij was de dochter van Augusto, graaf Rossana e San Sebastiano en Maria Gravin Rignon. Luiza was een hofdame aan het Italiaanse Hof.

De prins maakte zich verdienstelijk als piloot in de Eerste Wereldoorlog, dit leverde hem verscheiden eretekens op.

De prins werd op 10 september 1918 Ridder in de Militaire Orde van Savoye. In de voordracht werd opgemerkt dat hij tenminste zeven vijandelijke vliegtuigen had neergehaald. Eerder was hij op 5 mei 1918 al onderscheiden met de exclusieve "Gouden medaille voor Dapperheid", de vermaarde "Medaglio D’Oro al Valor Militare", voor zijn "ongelofelijke moed"tijdens een luchtgevecht waarin hij geheel alleen vijf vijandelijke vliegtuigen aanviel, twee daarvan neerschoot en de drie anderen wist te verjagen.

Eerder werden hem al een zilveren en vier bronzen Medailles voor Moed verleend.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij een aanhanger van de Italiaanse fascistenleider Mussolini. Van 1934 tot 1944 was hij senator voor de fascistische partij in Italië. Hij werd nadien veroordeeld door het Italiaanse gerecht voor medeplichtigheid aan de misdaden van het fascisme en die uitspraak is in beroep bevestigd. Echter heeft hij waarschijnlijk nooit actief misdaden begaan

Nageslacht
Luisa schonk de familie zeven kinderen:

Maria Cristina Ruffo di Calabria (1920-2003), markiezin di Fontanetto con San Germano
Laura Ruffo di Calabria (1921-1972), barones Ricasoli Firidolfi
Fabrizio Ruffo di Calabria (6 december 1922 - 11 oktober 2005), prins Ruffo di Calabria, 18de Graaf Sinopoli (1946), 14de hertog van Guardia Lombardije (1946), 19de markies van Licodia (1975), 14de prins van Palazzolo (1975) en 14de Prins van Scilla (1975), gehuwd met Maria Vaciago
Fulco Ruffo di Calabria (geboren 29 juli 1954), prins Ruffo di Calabria
Augusto Ruffo di Calabria (geboren 1 oktober 1955), gehuwd met Christiana prinses van Windisch-Graetz
Umberto Ruffo di Calabria, gehuwd met markiezin Leontina Pallavicino
Alessandro Ruffo di Calabria, gehuwd met prinses Mafalda van Savoie-Aosta
Augusto Ruffo di Calabria (1925 -1943), gesneuveld op zee nabij Pescara
Giovannella Ruffo di Calabria (1927-1941), gestorven door voedselvergiftiging
Antonello Ruffo di Calabria (geboren 1930), gehuwd met Rosa Maria Mastrogiovanni Tasca
Paola Ruffo di Calabria, (geboren 1937) zesde koningin der Belgen.
Fulco trouwde, 34 jaar oud, op maandag 30 juni 1919 in Turijn met Luisa Gazelli di Rossana e di Sebastiano, 23 jaar oud. Luisa is geboren op dinsdag 19 mei 1896 in Turijn, dochter van Augusto Gazelli di Rossana e di Sebastiano en Maria-Christina Rignon (1858-1930. Luisa is overleden op donderdag 27 april 1989 in Rome, 92 jaar oud.
Heerlijkheid:
Gravin
Kind van Fulco en Luisa:
1 Paola Margherita Ruffo di Calabria, geboren op zaterdag 11 september 1937. Volgt 526.
526 Paola Margherita Ruffo di Calabria is geboren op zaterdag 11 september 1937, dochter van Fulco Ruffo di Calabria (zie 525) en Luisa Gazelli di Rossana e di Sebastiano.
Notitie bij Paola: Paola is afkomstig uit het eeuwenoude Italiaanse adellijk geslacht Ruffo di Calabria en is de jongste van zeven kinderen. Haar vader was Fulco Ruffo di Calabria, dertiende hertog van Guardia-Lombardije, die een oud-strijder van de Eerste Wereldoorlog was en lid van Mussolini’s fascistische Senaat.[1] Diens moeder (en dus Paola’s grootmoeder) was een Belgische, Laura Mosselman du Chenoy. Paola’s moeder was Luisa, Gravin Gazelli di Rossana e di Sebastiano. Haar broer, Augusto, liet het leven in de zeeslag bij Pescara. Zijn lichaam werd nooit gevonden. De familie was royalistisch dus moest de prinses tijdens de Tweede Wereldoorlog onderduiken in een klooster van de Augustinessen. Daar waren de prinsessen veilig, aangezien het klooster onder hoge bescherming stond van de paus.

Haar vader overleed toen de prinses acht jaar oud was. Zijn weduwe moest vanaf toen alleen een kroost van vijf kinderen groot brengen. De Italiaanse prinses bracht haar jeugd, na de oorlog, grotendeels door in Rome, waar ze haar klassieke humaniora (afdeling Grieks/Latijnse) afrondde. Ze studeerde op internaat en bracht veel tijd door met haar moeder.

In 1958 leerde de 21-jarige Paola de 24-jarige Belgische prins Albert, broer van koning Boudewijn, kennen rondom de kroningsplechtigheid van paus Johannes XXIII. Het hof was bijzonder blij met de komst van de zuiderse prinses, maar de invloed van La Rethy was duidelijk nog aanwezig.

Op 20 april 1959 raakte bekend dat Johannes XXIII, op aandrang van het hof, persoonlijk het huwelijk zou inzegenen in Rome. Het hof had echter op eigen initiatief gehandeld, zonder medeweten van de bevoegde ministers. Daarop ontstond er een diplomatieke rel; terwijl prinses Lilian en koning Leopold vereerd waren met de pontificale zegen, drong Gaston Eyskens met aandrang aan op een civiele dienst in België. Paus Johannes verstond de kritiek en trok zich terug.

Opnieuw stuurde het hof echter ambassadeurs en diplomaten naar het Vaticaan, op vraag van koning Boudewijn, koning Leopold en prinses Lilian. Leopold had er connecties via zijn zus, koningin Marie-José. Ook de familie Ruffo di Calabria had connecties die naar het Vaticaan gingen om de zaak te bepleiten. Zelfs kardinaal Van Roey werd naar Rome gestuurd om te onderhandelen. De paus stuurde als antwoord de apostolische nuntius en een pontificaal gezant die nogmaals weigerden. Het nieuws was een ontgoocheling voor vele Italianen, die op een koninklijk huwelijk van een Italiaanse prinses hadden gehoopt. Dit was volgens sommigen het begin van de ondergang van Lilian, die weldra haar eerste plaats zou moeten afstaan.

Op 2 juli 1959 trouwde het paar in Brussel. De prinses droeg daarbij een sluier in naaldkant van haar Belgische grootmoeder; Laura Mosselman du Chenoy (1854-1925). Het burgerlijk huwelijk werd in de empirezaal voltrokken, het kerkelijk in de kathedraal. Op relatief korte tijd kreeg het paar drie kinderen: kroonprins Filip (15 april 1960), Astrid (5 juni 1962) en Laurent (19 oktober 1963).
Heerlijkheid:
Koningin van Belgie
Paola trouwde, 21 of 22 jaar oud, in 1959 met Albert II (Albert Felix Humbert Theodoor Christiaan Eugène Marie) van Belgie. Albert is een zoon van Leopold Filips Karel Albert Meinrad Hubertus Maria Miguel van Belgie en Astrid Sofia Lovisa Thyra Van Zweden.
Notitie bij Albert: Jeugd
Tijdens de zwangerschap van prinses Astrid, de hertogin van Brabant, verongelukte op 17 februari 1934 haar schoonvader Koning Albert I. Astrid werd zo onverwacht Koningin der Belgen op 23 februari, terwijl ze zwanger was van haar derde kind. Als eerbetoon aan haar schoonvader kreeg de jongste prins Albert als voornaam. Op 6 juni 1934 schonk Koningin Astrid het leven aan haar laatste kind in het kasteel van Stuyvenberg. De nieuwe prins kreeg de dynastieke titel Prins van Luik. Ter gelegenheid van deze titelverlening bracht Albert samen met zijn moeder een bezoek aan deze stad. Als peter kreeg hij bij zijn doopsel prins Felix van Bourbon-Parma.

Op 29 augustus 1935 was het vorstenpaar, op vakantie in Zwitserland, betrokken bij een zwaar verkeersongeluk in Küssnacht am Rigi. De koningin kwam hierbij om het leven, prins Albert was slechts een jaar oud. Zijn opvoeding werd voltooid door zijn stiefmoeder prinses Liliane en zijn enige zus Josephine-Charlotte. Hij groeide op in woelige tijden, onder meer door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. De koninklijke familie werd gedeporteerd naar Duitsland en op 7 mei 1945 door het Amerikaanse leger bevrijd. Zijn vader kwam daarna hevig onder vuur te liggen tijdens de koningskwestie en zijn broer Boudewijn besteeg de troon. Albert vervulde nadien zijn legerdienst bij de Marine, en is thans opperbevelhebber van het leger.

Huwelijk en kinderen
Op 2 juli 1959 trouwde Albert met de Italiaanse prinses Donna Paola Ruffo di Calabria. Het huwelijk van prins Albert kwam er voordat zijn broer koning Boudewijn trouwde. Het burgerlijk huwelijk vond in de Empirezaal van het Koninklijk Paleis plaats. Het paar nam vervolgens zijn intrek in het kasteel van het Belvédère. Ze kregen drie kinderen:

prins Filip, geboren 15 april 1960
prinses Astrid, geboren 5 juni 1962
prins Laurent, geboren 19 oktober 1963
Na enige tijd kwamen er echter barsten in hun huwelijk. De prins leerde barones Sybille de Selys-Longchamps kennen. Uit hun relatie werd een kind geboren: Delphine Boël. Koning Boudewijn zorgde samen met zijn neven en nicht dat Albert herenigd werd met zijn echtgenote. De prins hoopte zo deze zwarte bladzijde te vergeten, maar werd hier later opnieuw aan herinnerd door een boek van Mario Danneels. Na de commotie die hierrond in de media ontstond, alludeerde de koning in zijn kerstboodschap van 1999 op deze vroegere huwelijksproblemen. Velen concludeerden hieruit dat hij het bestaan van dit buitenechtelijk kind in bedekte termen toegaf. Ondanks alle problemen houdt het huwelijk van het prinsenpaar stand. In 2009 vierden ze hun gouden huwelijksjubileum.

Gezondheid
Albert staat bekend om zijn joviale levensstijl, dit in tegenstelling tot zijn broer Boudewijn, die een meer sober leven leidde. Zo heeft Albert II een passie voor motorfietsen die hem al een paar keren beenbreuken en kneuzingen opleverde. Hij kwam naar het huwelijk van dochter Astrid met een verband en verleende astronaut Frank De Winne een audiëntie in een rolstoel.

Net zoals zijn broer is Albert een hartpatiënt. De koning onderging urgente hartchirurgie in Aalst [2], waarvan hij genas. Daarnaast onderging de koning ook chirurgie naar aanleiding van een acute hernia, waardoor hij genoodzaakt was om regelmatig te rusten tijdens officiële recepties. Sinds enige jaren heeft Albert een hoorapparaat. Hij onderging oogchirurgie, en in 2007 brak de koning de hals van zijn dijbeen
Heerlijkheid:
koning der Belgen
Kinderen van Paola en Albert:
1 Filip Leopold Lodewijk Maria van Belgie, geboren op vrijdag 15 april 1960 in Brussel. Volgt 527.
2 Astrid Josephine Charlotte Fabrizia Elisabeth Paola Marie van Belgie, geboren op dinsdag 5 juni 1962 in Brussel. Volgt 528.
3 Laurent Benoît Baudouin Marie van Belgie, geboren op zaterdag 19 oktober 1963 in Brussel. Volgt 529.
527 Filip Leopold Lodewijk Maria van Belgie is geboren op vrijdag 15 april 1960 in Brussel, zoon van Albert II (Albert Felix Humbert Theodoor Christiaan Eugène Marie) van Belgie en Paola Margherita Ruffo di Calabria (zie 526).
Notitie bij Filip: Biografie
Prins Filip werd geboren op 15 april 1960 als oudste zoon van prins Albert, prins van Luik (de latere koning Albert II) en donna Paola Ruffo di Calabria (de latere koningin). Aan het einde van de jaren 60, toen duidelijk werd dat het huwelijk van zijn oom koning Boudewijn kinderloos zou blijven, werd prins Filip steeds nadrukkelijker als troonopvolger naar voren geschoven.

Als eerste kroonprins van België kreeg de prins geen privé-onderwijs, maar volgde de humaniora in een gewone school. Tot zijn vijftiende ging hij naar het Franstalige Jezuïetencollege Saint-Michel in Brussel. Hierna ging hij naar de abdijschool van Zevenkerken in Sint-Andries (West-Vlaanderen).

Hij volgde hoger onderwijs op universitair niveau aan de Koninklijke Militaire School. Daar maakte hij deel uit van de 118e Promotie "Alle Wapens" van 1978 tot 1981.

Daarna had hij een korte carrière in het leger. De prins had inmiddels andere plannen. Hij bezocht Trinity College van de Universiteit van Oxford in het Verenigd Koninkrijk in 1988 en daarna ging hij naar de Stanford-universiteit in de Verenigde Staten waar hij de graad van ’Master of Arts in Political Science’ behaalde.

De prins, die al sinds lang een passie heeft voor techniek en vooral voor jachtvliegtuigen, begon een opleiding als gevechtspiloot. Hier vloog hij op Alpha Jet, Mirage V en F-16. In tegenstelling tot vele andere prinsen, maakte hij ook 30 solovluchten. Heden bezit hij een eigen helikopter.

Sinds 1992 beschikt prins Filip over een eigen huis en ontvangt hij een jaarlijkse dotatie. Tegenwoordig het ’Huis van de hertogen van Brabant’ genoemd. Na de dood van koning Boudewijn in 1993 en de eedaflegging van zijn vader, koning Albert II, ontving hij de titel ’Hertog van Brabant’, een titel die gewoonlijk aan de kroonprins gegeven wordt. Vanaf dan nam de prins veel meer officiële taken op zich.

Naar aanleiding van de 50e verjaardag van de kroonprins ontstond er een polemiek in de kranten over de aanpassing of herziening van het koninklijk statuut naar een meer ceremoniële of protocollaire invulling naar het voorbeeld van de Scandinavische landen.

Huwelijk en kinderen
Prins Filip verloofde zich op 10 september 1999[2] met jonkvrouw Mathilde d’Udekem d’Acoz (20 januari 1973). Op 4 december 1999 trouwden zij in Brussel. Zij hebben vier kinderen:


prinses Elisabeth (25 oktober 2001)
prins Gabriël (20 augustus 2003)
prins Emmanuel (4 oktober 2005)
prinses Eléonore (16 april 2008)

Prins Filip is erevoorzitter van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel en richtte in 1998 het Prins Filipfonds op. Zijn fonds heeft de bedoeling de gemeenschappen in België dichter bij elkaar te brengen. Zijn motto is "Hetgeen ons bindt is zoveel sterker dan wat ons scheidt, het is een troef die we in handen hebben". Ook wil hij graag een ’bruggenbouwer’ worden genoemd. In 2002 ontving hij een bij sommigen omstreden eredoctoraat van de Katholieke Universiteit Leuven.[3]

Prins Filip is erelid van de Club van Rome en was aanwezig op diverse meetings van de Bilderberggroep.

Prins Filip is een aantal keer in aanvaring gekomen met de politiek en pers: hij deed een uitval naar de partij Vlaams Belang, ondertekende een document van de werkgeversvereniging VBO en berispte begin 2007 de hoofdredacteuren van twee Vlaamse kranten. De prins werd wegens zijn gedrag door eerste minister Guy Verhofstadt terechtgewezen[4]. Men vreest immers dat prins Filip een actieve politieke rol wil spelen wanneer hij de troon bestijgt.

Prins Filip kwam ook in opspraak toen bleek dat de Vlaamse Gemeenschap al enkele jaren probeerde een collectie historische meubelen terug te vorderen. Volgens het Hof maakten deze meubels deel uit van de Koninklijke Collectie die ter beschikking staat van de Koninklijke familie om de residenties te bemeubelen. Op 3 september 2008 werd bekend gemaakt dat de Belgische kroonprins 23 historische stoelen en twee tafels zal teruggeven aan de Vlaamse overheid[5].

Mandaten:
Generaal-majoor (divisieadmiraal) van het Belgische leger
Senator van rechtswege sedert 21 juni 1994
Ereambten:
Erevoorzitter van het Agentschap voor Buitenlandse Handel sedert 1993
Voorzitter van de Nationale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1993-1997
Erevoorzitter van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling sedert 1997
Stichter van het Prins Filipfonds in 1998
Erevoorzitter van de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden sedert 2001
Erevoorzitter van het Europese Afdeling van de Club van Rome sedert 2004
Erevoorzitter van de International Polar Foundation sedert 2004
Academische onderscheiding:
Doctor honoris causa van de Katholieke Universiteit Leuven sedert 4 februari 2002
nationale onderscheidingen:
Grootlint in de Leopoldsorde , na het overlijden van zijn vader wordt hij, als koning der Belgen, de grootmeester van deze Nationale Orde
onderscheidingen van andere staten:
Grootkruis in de Christusorde (Republiek Portugal) sedert oktober 2005
Grootkruis in de Orde van de Eer (Republiek Griekenland) sedert 1 februari 2005
Grootkruis in de Orde van Verdienste van de Poolse Republiek (Republiek Polen) sedert 18 oktober 2004
Grootkruis in de Orde van de Witte Roos (Republiek Finland) sedert 30 maart 2004
Grootkruis in de Orde van Sint-Olaf (Koninkrijk Noorwegen) sedert 20 mei 2003
Ridder in de Orde van de Olifant (Koninkrijk Denemarken) sedert 28 mei 2002
Ridder in de Orde van de Serafijnen (Koninkrijk Zweden) sedert 7 mei 2001
Grootkruis in de de Orde van Isabella de Katholieke (Koninkrijk Spanje) sedert 16 mei 2000
Ridder in de Orde van de Gouden Leeuw van Nassau (Groothertogdom Luxemburg) sedert 15 maart 1999
Grootkruis van Eer en Devotie in de Orde van Malta (Souvereine Militaire Hospitaal Orde van Sint Jan van Jeruzalem, van Rhodos en van Malta) sedert 26 oktober 1998
Grootkruis in de Orde van Verdienste van de Bondsrepubliek Duitsland (Bondsrepubliek Duitsland) sedert 13 juli 1998
Grootkruis in de Militaire Orde van Aviz (Republiek Portugal) sedert 7 oktober 1997
Grootkruis in de Orde van de Condor van de Andes (Republiek Bolivia) sedert 9 september 1996
Grootkruis Ridder in de Orde van het Heilig Graf van Jeruzalem sedert 19 oktober 1995
Grootlint in de Opperste Chrysanthemumorde (Keizerrijk Japan) sedert 26 mei 1994
Grootkruis in de Orde van de Bevrijder San Martin (Republiek Argentinië) sedert 6 mei 1994
Grootkruis in de Orde van Oranje-Nassau (Koninkrijk der Nederlanden) sedert 6 mei 1993
Ridder in de Orde van de Gulden Cydonia
Heerlijkheid:
hertog van Brabant, prins van België, is de kroonprins van België en de oudste zoon van Albert II, koning der Belgen en koningin Paola. Hij voert de titel, met predicaat: Zijne Koninklijke Hoogheid de Hertog van Brabant.
Filip trouwde met Mathilde d’Udekem d’Acoz. Mathilde is geboren op zaterdag 20 januari 1973 in Ukkel.
Notitie bij Mathilde: Mathilde werd in Ukkel geboren als jonkvrouw d’Udekem d’Acoz, ze is de oudste dochter van graaf Patrick d’Udekem d’Acoz (28 april 1936 - 25 september 2008) en gravin Anne Marie Komorowska (24 september 1946).

Ze is de oudste van een gezin van vijf kinderen: Mathilde, Elisabeth (17 januari 1977), Hélène (22 september 1979), Marie-Alix (16 september 1974- 1997) en Charles-Henri (13 mei 1985). In 1997 kwam Marie-Alix samen met hun grootmoeder om in een auto-ongeluk. Haar moeder, Anne Marie Komorowska is een Poolse edelvrouw die op 1 september 1971 trouwde met Patrick d’Udekem d’Acoz.

Mathilde groeide op in het Waalse dorpje Villers-la-Bonne-Eau nabij Bastenaken in het kasteel van Losange waar destijds ook de prinselijke verloving tussen kroonprins Umberto van Savoie en Marie José van België plaatsvond. Ze studeerde moderne talen aan het Institut Vierge Fidèle, te Brussel. Daarna studeerde ze met grote onderscheiding af aan het Institut Haute Ecole Léonard de Vinci als logopediste. Ze had in Brussel haar eigen praktijk en werkte ook deeltijds in een school voor lager onderwijs.

In 1998 begon ze (via een schakelprogramma) een academische opleiding in Louvain-la-Neuve en behaalde er met onderscheiding het diploma van licentiaat in de psychologie.

Op 13 september 1999 werd zij officieel voorgesteld als verloofde van prins Filip. Dit had plaats in de tuin van het kasteel van Laken. Daarna volgde een kennismaking met de bevolking via de Blijde Inkomsts in elke provincie.

Op 4 december 1999 trad zij in het huwelijk met Filip van België. Bij deze gelegenheid ontving zij de titel van prinses van België en kregen haar naaste aanverwanten de titel van graaf of gravin. Zij zal naar verwachting de eerste koningin der Belgen zijn die in België is geboren. De tweede echtgenote van Koning Leopold III was weliswaar ook een Belgische, maar Lilian Baels werd nooit aangeduid als koningin en werd ook niet geboren in België maar London waar haar familie verbleef tijdens WO I.

Van de hertogin van Brabant wordt verwacht dat ze de dynastie een troonopvolger schenkt. De prinses stichtte het Fonds Prinses Mathilde met geld dat ze ontving als huwelijksgift; jaarlijks wordt met dat geld de Prijs Prinses Mathilde uitgereikt.

De hertogin van Brabant besteedt aandacht aan de positie van de vrouw en kinderen in moeilijke situaties. Ze leidde al drie zendingen in Afrika; naar Niger,Mali en Senegal. Ook is ze vertegenwoordiger van UNAIDS en helpt ze op vraag van UNICEF via haar naambekendheid.

De hertogin van Brabant is de doopmeter van prinses Alexia der Nederlanden en prinses Isabella van Denemarken.
Heerlijkheid:
Prinses, hertogin van Brabant
Kinderen van Filip en Mathilde:
1 Elisabeth van Belgie, geboren op donderdag 25 oktober 2001 in Anderlecht.
Heerlijkheid:
prinses van België
2 Gabriel van Belgie, geboren op woensdag 20 augustus 2003 in Anderlecht.
Heerlijkheid:
Prins van Belgie
3 Emmanuel van Belgie, geboren op dinsdag 4 oktober 2005 in Anderlecht.
Heerlijkheid:
Prins van Belgie
4 Eleonore van Belgie, geboren op woensdag 16 april 2008 in Anderlecht.
Heerlijkheid:
prinses van België
528 Astrid Josephine Charlotte Fabrizia Elisabeth Paola Marie van Belgie is geboren op dinsdag 5 juni 1962 in Brussel, dochter van Albert II (Albert Felix Humbert Theodoor Christiaan Eugène Marie) van Belgie en Paola Margherita Ruffo di Calabria (zie 526).
Notitie bij Astrid: De prinses volgde trouw haar dienstplicht en is thans lid van de Medische component en treedt daarmee in de voetsporen van haar overgrootmoeder. Als dochter van het staatshoofd is ze senator van Rechtswege, ze legde de eed af op 22 november 1996. Ze was, tot de geboorte van prinses Elisabeth, tweede in lijn voor de troonopvolging. De prinses woont op het domein van Stuyvenberg in Laken, dichtbij het gelijknamige Stuyvenberg waar haar tante, koningin Fabiola, woont.

Astrid treedt op als voorzitter van het Belgische Rode Kruis, een functie die ze in 1994 van haar vader overnam. In die functie kwam ze begin maart 2007 in opspraak toen het Rode Kruis Vlaanderen haar persoonlijke assistente ontsloeg en de afdeling bekend maakte dat de prinses en haar adviseurs zich verzetten tegen de vraag naar meer autonomie voor de regio’s. Guido Kerstens, voorzitter Rode Kruis Vlaanderen stelde zijn mandaat ter beschikking.
Eind 2007 raakte bekend dat zij zich geen kandidaat meer stelt voor een nieuwe ambtstermijn als voorzitter van het Belgische Rode Kruis. Daarmee loopt haar mandaat af op 31 december 2007.

Astrid is zeer gelovig, dit blijkt onder andere uit de namen van haar kinderen; haar dochters zijn allen vernoemd naar Maria en Amedeo heeft Marie als tweede naam.

Toen bleek dat haar oom Boudewijn geen kinderen kon krijgen, werd de Salische Wet afgeschaft, die bepaalt dat enkel mannen op de troon mogen zitten. Hierdoor zakte haar broer Laurent een plaats naar beneden ten gunste van haar.
Heerlijkheid:
Prinses, Aartshertogin van Oostenrijk-Este (Prins(es) van België

Dragers van de vorstelijke titel Prins(es) van België (Frans: Prince(sse) de Belgique; Duits: Prinz(essin) von Belgien) worden voor het eerst gedefinieerd in een koninklijk besluit van 14 maart 1891 (B.S. 15 maart) als zij die "voortspruiten uit de rechtstreekse en mannelijke afstamming van wijlen Zijne Majesteit Leopold I." Het besluit stipuleert dat de voornaam van de titularis de titel voorafgaat en dat prinsessen die door huwelijk lid worden van de koninklijke familie de titel op dezelfde wijze zullen voeren na hun eigen namen en titels.

Nagenoeg honderd jaar later voorzag het koninklijk besluit van 2 december 1991 (B.S. 5 december, 2de uitgave) in een nieuwe regeling, zonder daarbij te raken aan het titelrecht van hen die onder de toepassing van het oude besluit vielen. Krachtens het nieuwe besluit komt de titel "Prins/Prinses van België" toe aan de rechtstreekse afstammelingen van Albert II, destijds Prins van Luik. Daarmee ontzegt het KB de titel aan andere rechtstreekse nakomelingen van Leopold I, maar heft het wel de kracht van de Salische wet op door "de titel van Prins of Prinses van België te verlenen [...] aan de zowel vrouwelijke als mannelijke afstamming in de rechte lijn van Z.K.H. prins Albert."

Een tweede novum geldt de breuk deze titel niet langer automatisch te verlenen aan personen die door huwelijk lid worden van de Belgische koninklijke familie. Voortaan kan aan hen de titel enkel met toepassing van art. 113 van de Grondwet (m.n. het prerogatief adeldom te verlenen) en door een bijzonder koninklijk besluit verleend worden. Zulke KB’s werden inmiddels uitgevaardigd voor alle drie de schoonkinderen van Albert II.

Afgezien van het prestige is aan de titel geen enkel voorrecht verbonden. Zijn dragers worden geacht namens het staatshoofd representatieve taken te vervullen en komen door lidmaatschap van de koninklijke familie nooit in aanmerking voor het ministerschap of ambt van staatssecretaris (art. 98 GW).

Op dit moment telt het Belgische koningshuis officieel 22 Prinsen van België.

[bewerken] Titeldragers
Hieronder volgt een lijst met de personen die de titel prins of prinses van België dragen met achter elke naam het jaartal waarin ze de titel verkregen, voor velen onder hen is dit tevens hun geboortejaar. De cursieve namen zijn de namen van personen die de titel via hun huwelijk verwerfden.

1.Albert II van België (1934)
2.Marie Christine van België (1951)
3.Marie Esmeralda van België (1956)
4.Paola Ruffo di Calabria (1959)
5.Filip van België (1960)
6.Astrid van België (1962)
7.Laurent van België (1963)
8.Amedeo van België (1991)
9.Maria Laura van België (1991)
10.Joachim van België (1991)
11.Lorenz van Oostenrijk-Este (1995)
12.Luisa Maria van België (1995)
13.Mathilde d’Udekem d’Acoz (1999)
14.Elisabeth van België (2001)
15.Claire Coombs (2003)
16.Laetitia Maria van België (2003)
17.Gabriël van België (2003)
18.Louise van België (2004)
19.Emmanuel van België (2005)
20.Nicolas van België (2005)
21.Aymeric van België (2005)
22.Eléonore van België (2008))
Astrid trouwde met Lorenz van Oostenrijk-Este. Lorenz is geboren op vrijdag 16 december 1955 in Boulogne-sur-Seine.
Notitie bij Lorenz: Hij verkreeg in 1995 de titel Prins van België.

Hij is de zoon van aartshertog Robert - tweede zoon van keizer Karel I - en Margherita van Savoye-Aosta. Hij studeerde aan de universiteiten van Sankt Gallen en Innsbruck en behaalde een diploma in economische en sociale wetenschappen. Daar was hij lid van de monarchistische studentenvereniging K.Ö.L. Theresiana Inssbruck im K.Ö.L..

De aartshertog verleende permanent zijn hoge bescherming aan Europæ Thesauri, en is erevoorzitter van de Koninklijke Vereniging der Historische Woonsteden en Tuinen van België.

[bewerken] Stamboom
Heerlijkheid:
Aartshertog van Oostenrijk-Este
529 Laurent Benoît Baudouin Marie van Belgie is geboren op zaterdag 19 oktober 1963 in Brussel, zoon van Albert II (Albert Felix Humbert Theodoor Christiaan Eugène Marie) van Belgie en Paola Margherita Ruffo di Calabria (zie 526).
Notitie bij Laurent: Prins Laurent was tot de jaren 1990 (ten tijde van koning Boudewijn) derde in rij om de troon te bestijgen maar door een wetswijziging, die ervoor zorgde dat ook vrouwen troonopvolger kunnen zijn, moet hij nu zijn zus en haar kinderen voor laten gaan.

Laurent werd opgeleid aan de Koninklijke Militaire School (1983-1985) en behoort tot de 123e Promotie “Alle Wapens”. Hij is houder van de brevetten helikopterpiloot en duiker van de Marine. Bij de Zeemacht heeft hij de graad van Kapitein-ter-Zee.

Sinds 1994 is hij voorzitter van het Koninklijk Instituut voor het Duurzame Beheer van de Natuurlijke Rijkdommen en de Bevordering van Schone Technologie (KINT). Sinds 1995 is hij voorzitter van de Stichting Prins Laurent voor het welzijn van huisdieren en wilde dieren. Sinds 1996 is hij erevoorzitter van het Nationaal Orkest van België. Sinds 31 mei 2000 is hij senator van rechtswege.

De prins werkte zich vooral in beeld als een menselijke prins met veel zin voor humor maar ook vatbaar voor depressies. Ook staat hij bekend voor zijn liefde voor dieren en snelle auto’s.

In het najaar van 2002 verloofde prins Laurent zich met Claire Coombs, met wie hij op 12 april 2003 in het huwelijk is getreden.

Op 6 februari 2004 beviel zijn vrouw van prinses Louise. Op 13 december 2005 kwamen daar twee prinsjes bij, een tweeling die de voornamen Nicolas en Aymeric dragen. Bij de persconferentie sprak hij de woorden: "Wij hebben nog geen peter, maar ik heb wel een meter" waarop hij een lintmeter uit zijn jasje haalde.

Volgens de Wet van 7 mei 2000, Art. 3bis. heeft prins Laurent vanaf 1 juli 2001 recht op een jaarlijkse dotatie van € 272.682,88; ten laste van de openbare schatkist. Dit bedrag is gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen van juni 2001. Deze gelden dienen om de prins tegemoet te komen voor de Koninklijke Stichting Prins Laurent voor het welzijn van huisdieren en wilde dieren[1], en als voorzitter van de Raad van Bestuur van het Koninklijk Instituut voor het Duurzame Beheer van de Natuurlijke Rijkdommen en de Bevordering van Schone Technologie (KINT).[2]

Daarnaast legt de prins regelmatig bezoeken af bij initiatieven en actuele gebeurtenissen. Zo was hij op de herdenkingsdienst van Joe Van Holsbeeck in Waver samen met zijn vrouw

Prins Laurent staat algemeen bekend als een liefhebber van snelle wagens. De prins werd al meermaals betrapt op overdreven snelheid. Zo moest hij in 1987 zijn rijbewijs een tijdje inleveren wegens het begaan van snelheidsovertredingen. Eveneens werd hij voor het VTM-programma Royalty gefilmd terwijl hij zonder gordel achter het stuur zat. Een tijdlang voelde Prins Laurent zich door deze uitzending geviseerd en uitte hij openlijk kritiek op VTM-journalisten.

Er ontstond in juli 2006 opschudding toen de media meldden dat prins Laurent twee foto’s van zijn pasgeboren tweeling voor 15.000 euro wilde verkopen aan een roddelblad. Dit bericht werd later ontkend. Toch werd de prins op zijn vingers getikt door premier Verhofstadt.

Eind december 2006 ontwikkelde zich het Marineschandaal; de prins zou via aannemers onrechtstreeks geld hebben ontvangen van de aankoopdienst van de zeemacht om zijn woonst, de Villa Clémentine, in te richten en zijn dierenkliniek te voorzien van uitrusting. De in 1993 gebouwde villa te Tervuren is eigendom van de Koninklijke Schenking, die de villa ter beschikking stelt. Prins Laurent werd als getuige opgeroepen in de rechtszaal. Op 9 januari 2007 verklaarde hij in de rechtszaal dat hij wist dat het geld dat werd gebruikt om zijn villa te renoveren afkomstig was van de marine, maar zag geen enkele reden om fraude te vermoeden

In april 2007 riep de prins een boycot van persfotografen en een cameraploeg over zich af. Bij een bezoek aan een Antwerpse dierenkliniek bepaalde hij dat alleen opnames van zijn vertrek mochten worden gemaakt. Daarop stapte de pers demonstratief op
Heerlijkheid:
Prins van Belgie
Laurent trouwde, 39 jaar oud, op zaterdag 12 april 2003 met Claire Louise COOMBS, 29 jaar oud. Claire is geboren op vrijdag 18 januari 1974 in Bath (GB).
Notitie bij Claire: Coombs is de dochter van Nicholas Coombs (Wimbledon, 1938), een Brits zakenman, en zijn Belgische vrouw Nicole Mertens (Elsene, 1951). Ze woont sinds haar derde jaar in België.

Op 12 april 2003 trad Coombs in het huwelijk met prins Laurent en op 6 februari 2004 beviel zij van haar eerste kind, prinses Louise. Op 13 december 2005 schonk zij het leven aan een tweeling; twee zonen die de namen Nicolas en Aymeric dragen.

Ze spreekt vlotter Frans en Engels dan Nederlands waarvoor ze al meermaals bekritiseerd werd in de Vlaamse pers. Mede daardoor ging Coombs stage lopen bij een Antwerps bedrijf.[1][2] Ze werkte tot in 2003 als landmeter als vennote in het landmetersbureau Brône, Oldenhove & Coombs en beoefende professioneel de geodesie.
530 Steven t’Kint is geboren in 1660, zoon van Joos t’Kint en Maria Pipenpoy (zie 516). Steven is overleden. Steven trouwde met Gudule Sirejacob. Gudule is overleden.
Kinderen van Steven en Gudule:
1 François t’Kint. Volgt 531.
2 Maria Anna t’Kint, geboren op maandag 20 december 1694 in Brussel. Volgt 532.
531 François t’Kint, zoon van Steven t’Kint (zie 530) en Gudule Sirejacob. François is overleden. François trouwde met Jeanne Marie t’Kint. Jeanne is een dochter van Guilliam t’Kint en Kathelijne De Roovere. Jeanne is overleden.
532 Maria Anna t’Kint is geboren op maandag 20 december 1694 in Brussel, dochter van Steven t’Kint (zie 530) en Gudule Sirejacob. Maria is overleden in 1771 in Brussel, 76 of 77 jaar oud. Maria trouwde met Joannes t’Kint.
Notitie bij het huwelijk van Maria en Joannes: volle neef en nicht
Zie 520 voor persoonsgegevens van Joannes.
Kind van Maria en Joannes: zie 520.
533 Kathelijne Stroobant, dochter van Jan Stroobant en Josijne De Beckere (zie 500). Kathelijne is overleden. Kathelijne:
(1) trouwde met Jan Crabbe. Jan is overleden.
(2) trouwde met Joos Stuckens. Joos is overleden.
Kind van Kathelijne en Joos:
1 Joanna Stuckens. Volgt 534.
534 Joanna Stuckens, dochter van Joos Stuckens en Kathelijne Stroobant (zie 533). Joanna is overleden. Joanna trouwde met Gillis Van Ophem. Gillis is overleden.
535 Jan Stroobant is geboren in 1571, zoon van Jan Stroobant en Josijne De Beckere (zie 500). Jan is overleden na 1613, minstens 42 jaar oud. Jan trouwde met Kathelijne Crabbe. Kathelijne is een dochter van Aert Crabbe en Jeanne van der Veken. Kathelijne is overleden.
536 Henrica Van Ranst, dochter van Hendric Van Ranst (zie 495) en Elisabeth Van Meerhem (van Merheim). Henrica is overleden in 1504. Henrica trouwde met Karel Van Immerseele. Karel is overleden. Karel is weduwnaar van Joanna Van der List (ovl. 1494). Karel trouwde later met Hendrica Van Ranst, zie 538.
537 Hendric Van Ranst is geboren in 1430, zoon van Hendric Van Ranst (zie 495) en Elisabeth Van Meerhem (van Merheim). Hendric is overleden op maandag 12 mei 1505, 74 of 75 jaar oud.
Notitie bij Hendric: Hendrik van Ranst (1430-1497) was de zoon van Elisabeth van Merheim en Hendrik van Ranst. Hij volgde zijn moeder op als heer van Boxtel en Liempde. Van zijn vader erfde hij bovendien de heerlijkheid Kessel. Hij was heer van 1460-1497.

In 1456 trouwde hij met Henrica van Haaften en hun kinderen waren onder meer Catharina, Cornelia, Elisabeth en Adriana van Ranst.

In 1475 kocht hij de visrechten in de Dommel van de Kartuizers. In 1492 erfde hij, samen met een neef, de heerlijkheden Mortsel, met Kasteel Cantecroy, en Edegem van Jan van Ranst. In 1472 stichtte hij het Clarissenklooster Elisabethsdal te Boxtel, en in 1493 verhief hij de Boxtelse Sint-Petruskerk tot kapittelkerk.

Het is wel mogelijk dat Hendrik niet in 1497, doch in 1505 is overleden. Die onzekerheid zou samenhangen met een versleten en fout geïnterpreteerd jaartal op zijn grafzerk.

Toen hij stierf kwam de heerlijkheid in handen van zijn dochter Adriana van Ranst.
Vermeld:
 [bron: Baanderheren, boeren en burgers door Jean Coenen]
Hendric trouwde met Henrietta Van Haeften. Henrietta is geboren omstreeks 1436, dochter van Walraeven Van Haeften en Henrica van Varick. Henrietta is overleden in 1503, ongeveer 67 jaar oud.
Kinderen van Hendric en Henrietta:
1 Catharina Van Ranst. Catharina is overleden.
2 Cornelia Van Ranst. Cornelia is overleden.
3 Jan Van Ranst. Jan is overleden op vrijdag 26 april 1521.
Heerlijkheid:
Ridder
4 Hendrica Van Ranst. Volgt 538.
5 Elisabeth Van Ranst, geboren omstreeks 1457. Elisabeth is overleden in 1529, ongeveer 72 jaar oud.
6 Philip Van Ranst, geboren omstreeks 1459. Philip is overleden.
7 Henriette Van Ranst, geboren omstreeks 1461. Henriette is overleden op zondag 2 december 1526 in Mortsel, ongeveer 65 jaar oud. Zij is begraven in Mortsel.
Notitie bij overlijden van Henriette: begraven in het klooster Sint Annendael voor het altaar
8 Adriana Van Ranst, geboren omstreeks 1465. Volgt 539.
538 Hendrica Van Ranst, dochter van Hendric Van Ranst (zie 537) en Henrietta Van Haeften. Hendrica is overleden.
Heerlijkheid:
Vrouwe van Cantincrode, Mortsel en Edegem
Hendrica:
(1) trouwde met Karel Van Immerseele. Karel is overleden. Karel is weduwnaar van Joanna Van der List (ovl. 1494). Karel is weduwnaar van Henrica Van Ranst (ovl. 1504), zie 536.
(2) trouwde met Jan van Grimbergen. Jan is overleden op maandag 13 oktober 1511.
(3) trouwde met Jan van Berchem. Jan is overleden.
539 Adriana Van Ranst is geboren omstreeks 1465, dochter van Hendric Van Ranst (zie 537) en Henrietta Van Haeften. Adriana is overleden op dinsdag 6 augustus 1538 in Boxtel, ongeveer 73 jaar oud.
Vermeld:
erfdochter
Adriana trouwde, ongeveer 26 jaar oud, op zaterdag 15 januari 1491 met Jan Van Horne. Jan is overleden.
Heerlijkheid:
heer van Baucignies
Kinderen van Adriana en Jan:
1 Anna Van Horne, geboren in 1495. Volgt 540.
2 Phillip Van Horne, geboren in 1500. Volgt 541.
540 Anna Van Horne is geboren in 1495, dochter van Jan Van Horne en Adriana Van Ranst (zie 539). Anna is overleden in 1538, 42 of 43 jaar oud.
Heerlijkheid:
Dame van Cantecroy
Anna trouwde, 16 of 17 jaar oud, op woensdag 15 december 1512 met Claude de Pontallier. Claude is overleden.
541 Phillip Van Horne is geboren in 1500, zoon van Jan Van Horne en Adriana Van Ranst (zie 539). Phillip is overleden in 1541, 40 of 41 jaar oud. Phillip trouwde met Clara VAN Renesse. Clara is overleden.
Kinderen van Phillip en Clara:
1 Johan Van Horne. Johan is overleden.
2 Adriana Van Horne. Adriana is overleden.
3 Anna Van Horne. Anna is overleden.
542 Margaretha van Brabant is geboren op zondag 4 oktober 1276, dochter van Jan I van Brabant en Margareta Van Dampierre (zie 260). Margaretha is overleden op dinsdag 14 december 1311 in Genua, 35 jaar oud. Margaretha trouwde, 15 of 16 jaar oud, in 1292 met Hendrik VII van LUXEMBURG, 16 of 17 jaar oud. Zie 162 voor persoonsgegevens van Hendrik.
Kinderen van Margaretha en Hendrik: zie 162.
543 Maria Van Dampierre is geboren in 1253, dochter van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Mathildis van Bethune (van Dendermonde). Maria is overleden in 1297, 43 of 44 jaar oud. Maria trouwde, 12 of 13 jaar oud, in 1266 met Willem V VAN GULIK. Willem is een zoon van Willem IV VAN GULIK en Margaretha van Gelre. Willem is overleden in 1278 in Aken (D).
Notitie bij Willem: Zij hadden twee zonen die beiden Willem heetten. De meest bekende is Willem van Gulik de Jongere die een van de legeraanvoerders was van de Vlamingen tijdens de Guldensporenslag. Hij wordt zo genoemd om hem te onderscheiden van zijn broer, Willem van Gulik de Oudere die sneuvelde tijdens de slag bij Bulskamp.

Sinds 1274 was Willem mederegent geworden met zijn vader, maar samen met hem werd hij in 1278 door de burgerij van Aken gedood (in de Jacobstraat, vóór het Wittevrouwenklooster) toen zij probeerden belastingsgeld te innen voor koning Rudolf I. De Akenaren werden in 1280 veroordeeld tot het betalen van een hoog bedrag aan smartengeld (15.000 mark) aan zijn moeder Richardis. Richardis en haar zonen Walram, Otto en Gerard waren aanwezig op het proces.

Willem werd opgevolgd door zijn broer Walram.
544 Beatrijs Van Vlaanderen is geboren omstreeks 1253 in Brugge, dochter van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Mathildis van Bethune (van Dendermonde). Beatrijs is overleden op vrijdag 23 maart 1296, ongeveer 43 jaar oud. Beatrijs trouwde met Floris V der keerlen god (god van de boeren), Van Holland. Zie 607 voor persoonsgegevens van Floris.
Kinderen van Beatrijs en Floris:
1 Willem Van Holland. Willem is overleden.
2 Otto Van Holland. Otto is overleden.
3 Dirk Van Holland. Dirk is overleden.
4 Floris Van Holland. Floris is overleden.
5 Machteld Van Holland. Machteld is overleden.
6 Beatrix Van Holland. Beatrix is overleden.
7 Elisabeth Van Holland. Elisabeth is overleden.
8 Margareta Van Holland. Margareta is overleden.
9 Jan I Van Holland, geboren in 1284. Volgt 545.
545 Jan I Van Holland is geboren in 1284, zoon van Floris V der keerlen god (god van de boeren), Van Holland (zie 607) en Beatrijs Van Vlaanderen (zie 544). Jan is overleden op dinsdag 10 november 1299 in Haarlem, 14 of 15 jaar oud.
Heerlijkheid:
graaf van Holland
Jan trouwde, 12 of 13 jaar oud, op maandag 7 januari 1297 in Ipswich met Elisabeth van Rhuaddlan, 14 jaar oud. Elisabeth is geboren op vrijdag 7 augustus 1282 in Rhuddlan, dochter van Edward I Van Engeland en Eleonora Van Castili. Elisabeth is overleden op woensdag 5 mei 1316, 33 jaar oud. Elisabeth trouwde later op woensdag 14 november 1302 in Westminster met Humphrey VIII de Bohun (1276-1321).
Notitie bij Elisabeth: Uit haar tweede huwelijk, werd zij de moeder van:

1.Hugo (onzeker)
2.Humphrey
3.Maria of Margaretha
4.Jan, 5de graaf van Hereford ( 1307 – 1336)
5.Humphrey , 6de graaf van Hereford (1309/1311 – 1361)
6.Margaretha (1311-1391), gehuwd met Hugo Courtenay, 2de graaf van Devon
7.William de Bohun, 1e graaf van Northampton ( 1310/1312 –1360)
8.Edward (1309/1312 –1334), gehuwd met Margaretha, dochter van William de Ros, 2de baron van Ros, boezemvriend van de jonge Edward III,
9.Eleonora (1304 1363)
10.Aeneas
11.Isabella (1316).
Heerlijkheid:
4e graaf van Hereford
546 Jan I Van Namen is geboren in 1267, zoon van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Isabella van LUXEMBURG. Jan is overleden op woensdag 31 januari 1330, 62 of 63 jaar oud.
Notitie bij Jan: In 1297 droeg zijn vader hem het bestuur van het graafschap Namen over, zonder de titel evenwel. Die kreeg hij pas bij de dood van Gwijde in 1305. Bij het overlijden van zijn moeder, in 1298, erfde hij van haar de heerlijkheid Wijnendale.

Hij speelde een belangrijke rol bij het organiseren van de opstand tegen de Fransen in de aanloop naar de Guldensporenslag en streed mee in de slag. Hij veroverde Lessen in het voorjaar van 1304 om zijn vijand, het huis van Avesnes te tonen dat de Dampierres het nog steeds voor het zeggen hadden. In 1304 nam hij deel aan de Slag bij Zierikzee.
Heerlijkheid:
graaf van Vlaanderen en markgraaf van Namen
Jan:
(1) trouwde met Margaretha van Clermont. Margaretha is overleden.
(2) trouwde met Maria van Artesië. Maria is geboren in 1291. Maria is overleden in 1365, 73 of 74 jaar oud.
Kinderen van Jan en Maria:
1 Jan II Van Namen, geboren in 1311. Jan is overleden in 1335, 23 of 24 jaar oud.
Notitie bij Jan: Een natuurlijke zoon van Jan II, Filips, sneuvelde bij het beleg van Dendermonde in 1380.
Heerlijkheid:
graaf van Namen van 1330 tot 1335
2 Gwijde II Van Namen, geboren in 1312. Gwijde is overleden op dinsdag 12 maart 1336, 23 of 24 jaar oud.
Notitie bij Gwijde: Gwijde stierf bij een toernooi en werd opgevolgd door zijn jongere broer, Filips.
Heerlijkheid:
graaf van Namen van 1335 tot 1336
3 Hendrik Van Namen, geboren in 1313. Hendrik is overleden in 1333, 19 of 20 jaar oud.
Predikaat:
kanunnik
4 Blanche Van Namen, geboren in 1316 in Wijnendale?. Volgt 547.
5 Filips III Van Namen, geboren in 1319. Filips is overleden in 1336, 16 of 17 jaar oud.
Notitie bij Filips: Hij reisde met zijn zwager Hendrik II van Salm-Vianden naar het Heilig Land maar werd op Cyprus vermoord. In Namen zou hij opgevolgd worden door zijn jongste broer, Willem.
Heerlijkheid:
graaf van Namen van 1336 tot 1337
6 Maria Flandrina Van Dampierre, geboren in 1322. Volgt 549.
7 Willem I de Rijke Van Namen, geboren in 1324. Volgt 550.
8 Lodewijk Van Namen, geboren in 1325. Volgt 551.
9 Elisabeth Van Namen, geboren in 1329. Volgt 552.
547 Blanche Van Namen is geboren in 1316 in Wijnendale?, dochter van Jan I Van Namen (zie 546) en Maria van Artesië. Blanche is overleden in 1363 in Kopenhagen, 46 of 47 jaar oud.
Notitie bij Blanche: Kinderen waren: de koningen Haakon VI van Noorwegen en Erik XII van Zweden.
Blanche trouwde met Magnus II Eriksson Van Zweden. Magnus is geboren in 1316 in Noorwegen. Magnus is overleden op vrijdag 1 december 1374 in Bømlofjord (schipbreuk), 57 of 58 jaar oud.
Notitie bij Magnus: Hij was een zoon van hertog Erik Magnusson (een zoon van Magnus I van Zweden) en van Ingeborg, een dochter van koning Haakon V van Noorwegen. In 1319 volgde hij zijn grootvader Haakon V op als koning van Noorwegen en binnen het jaar werd hij verkozen tot koning van Zweden als opvolger van zijn oom Birger I. Hij werd tevens koning van Skåneland, dat door de koning van Denemarken verpand was en dat hij kocht.

Zijn regering wordt als zwak bestempeld. Hij huwde met Blanche van Namen, dochter van graaf Jan I van Namen en Maria van Artesië. In 1343 werd hun zoon Haakon aangeduid als erfgenaam van de troon van Noorwegen. Zijn zoon Erik werd medekoning in Zweden, totdat die in 1359 aan de pest stierf. Koning Waldemar IV van Denemarken heroverde Skåneland in 1360. In 1363 werd Magnus afgezet als koning van Zweden en vluchtte hij naar Noorwegen.
Kind van Blanche en Magnus:
1 Erik XII Van Zweden, geboren in 1339. Volgt 548.
548 Erik XII Van Zweden is geboren in 1339, zoon van Magnus II Eriksson Van Zweden en Blanche Van Namen (zie 547). Erik is overleden in 1359, 19 of 20 jaar oud.
Notitie bij Erik: Erik was een zoon van koning Magnus II van Zweden en Blanche van Namen. Hij was gehuwd met Beatrix van Beieren, een dochter van koning Lodewijk IV van Beieren.

In 1343 waren Erik en zijn broer Haakon verkozen tot troonopvolger van Zweden, respectievelijk Noorwegen. Toen Haakon in 1355 effectief koning van Noorwegen werd, rebelleerde Erik tegen zijn vader, die zich verplicht zag om het bestuur van Zweden te delen met zijn zoon. Erik kreeg het bestuur over het grootste deel van het zuiden van Zweden en Finland. In 1359 verzoenden vader en zoon zich en traden zij op als medekoningen.
Heerlijkheid:
medekoning van Zweden van 1356 tot aan zijn overlijden in 1359
Erik trouwde met Beatrix van Beieren van Beieren. Beatrix is geboren in 1344, dochter van Lodewijk IV, bijgenaamd de Beier van Beieren en Margaretha II van Beieren van Henegouwen. Beatrix is overleden op woensdag 25 december 1359, 14 of 15 jaar oud.
549 Maria Flandrina Van Dampierre is geboren in 1322, dochter van Jan I Van Namen (zie 546) en Maria van Artesië. Maria is overleden in 1357, 34 of 35 jaar oud. Maria trouwde, 13 of 14 jaar oud, in 1336 met Hendrik II van Vianden. Hendrik is overleden in 1337.
Notitie bij Hendrik: Hendrik volgde als kind zijn vader op als graaf van Vianden tezamen met zijn zus Adelheid van Vianden die met Otto II van Nassau-Dillenburg was getrouwd. Hendrik regeerde tot 1324 onder de voogdij van zijn oom Gerard VII van Gulik. Hij was in 1336 gehuwd met Maria Flandrina van Dampierre (1322-1357), dochter van Jan I van Namen. Hun dochter Maria trouwde in 1348 met Simon III van Spanheim. Van de kinderen van Maria van Vianden en Simon van Spanheim bleef alleen een dochter in leven, Elisabeth van Spanheim. Elisabeth huwde tweemaal, haar beide echtgenoten overleden echter zonder kinderen te verwekken. Na het overlijden van Elisabeth in 1417 liet zij haar bezittingen na aan Engelbrecht I van Nassau, de kleinzoon van haar oom Otto II van Nassau-Dillenburg. Hieronder bevindt zich graafschap Vianden.
550 Willem I de Rijke Van Namen is geboren in 1324, zoon van Jan I Van Namen (zie 546) en Maria van Artesië. Willem is overleden in 1391, 66 of 67 jaar oud. Willem trouwde met Johanna van Henegouwen. Johanna is geboren in 1323. Johanna is overleden in december 1350, 26 of 27 jaar oud.
Notitie bij Johanna: was een dochter van Jan van Henegouwen, heer van Beaumont en van Margaretha van Soissons. Zij volgde haar moeder in 1344 op als gravin van Soissons en vrouwe van Chimay. Johanna was gehuwd met:

Lodewijk I van Blois (-1346)
Willem I van Namen (1324-1391),

en werd de moeder van:

Lodewijk II (-1372)
Jan II (-1382)
Guy II.
Zij stierf in 1350 aan de pest.
551 Lodewijk Van Namen is geboren in 1325, zoon van Jan I Van Namen (zie 546) en Maria van Artesië. Lodewijk is overleden.
Heerlijkheid:
heer van Petegem en van Belle (gemeente)
Lodewijk trouwde, 39 of 40 jaar oud, in 1365 met Isabella van Roucy. Isabella is overleden.
552 Elisabeth Van Namen is geboren in 1329, dochter van Jan I Van Namen (zie 546) en Maria van Artesië. Elisabeth is overleden in 1382, 52 of 53 jaar oud. Elisabeth trouwde met Ruprecht I de Rode Keurvorst van de Palts. Ruprecht is geboren op woensdag 9 juli 1309 in Wolfratshausen, zoon van Rudolf I de Stamelaar van Beieren en Mechtilde van Nassau (van de Palts). Ruprecht is overleden op woensdag 16 februari 1390 in Neustadt an der Weinstraße, 80 jaar oud.
Notitie bij Ruprecht: In 1356 verkrijgt Ruprecht de titel van keurvorst. Door de gouden bul van 1356 hebben paltsgraven immers het recht verkregen om mee de Roomse koning te kiezen. In 1386 sticht hij de universiteit van Heidelberg.
553 Margaretha Van Dampierre is geboren in 1272, dochter van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Isabella van LUXEMBURG. Margaretha is overleden in 1331 in ’s Gravendal, 58 of 59 jaar oud.
Notitie bij Margaretha: In 1282 trouwde zij met Alexander (1263-1283), zoon van Alexander III van Schotland, maar deze overleed reeds een paar jaar later zonder de troon te hebben beklommen.
Margaretha:
(1) trouwde met Alexander van Schotland. Alexander is geboren op zondag 21 januari 1263, zoon van Alexander III (Gaelisch: Alasdair III) van Schotland. Alexander is overleden op donderdag 28 januari 1283, 20 jaar oud.
(2) trouwde, 13 of 14 jaar oud, in 1286 met Reynoud I de Strijdbare van Gelre, 30 of 31 jaar oud. Reynoud is geboren in 1255, zoon van Otto II de Lamme of de Hinkende van Gelre en Filippa de Dammartin. Reynoud is overleden op donderdag 9 oktober 1326 in Monfort, 70 of 71 jaar oud. Hij is begraven op dinsdag 21 oktober 1326 in in het klooster Graefenthal. Reynoud is weduwnaar van Imgard Van Limburg (ovl. 1283), met wie hij trouwde in 1276.
Notitie bij Reynoud: In 1279 werd hij co-hertog in Limburg en vanaf 1281 tot 1288 was hij solo-hertog van Limburg maar verloor dit gebied na zijn nederlaag bij de Slag bij Woeringen.

Nog in 1279 kocht hij het graafschap Kessel aan evenals de heerlijkheidsrechten over de linker-Maasoever en Mönchengladbach.

Na de moord op Hendrik III van Gelre erfde diens neef Reinoud in 1284 de Heerlijkheid Montfort, een district van het hertogdom Gelre, waartoe ook het Kasteel Montfort behoorde.

Bij de slag bij Woeringen in 1288 wilden de graven van Gelre hun macht uitbreiden over het hertogdom Limburg, wat evenwel jammerlijk mislukte. Reinoud had zich hiervoor echter diep in de schulden gestoken en zag zich daardoor verplicht om de inkomsten van zijn graafschap Gelre van 1288 tot 1293 te verpachten aan zijn schoonvader Gwijde van Dampierre, graaf van Vlaanderen. De Vlaamse heerschappij heeft bijgedragen aan de bouw van een modern doeltreffend territoriaal bestuur.

Reinoud werd in 1317 door de Duitse tegenkoning Frederik de Schone in de rijksvorstenstand verheven, hetgeen echter door keizer Lodewijk IV niet erkend werd.

In 1318 werd hij afgezet. Daarna regeerde zijn zoon onder voogdij. In 1320 werd Reinoud I door zijn eigen zoon, Reinoud II, gevangengezet in de kerker van de Grauwert, een verdedigingstoren van Kasteel Montfort. Daar zou hij zes jaar later overlijden.
Heerlijkheid:
graaf van Gelre van 10 januari 1271 tot zijn dood.
Kinderen van Margaretha en Reynoud:
1 Margaretha van Gelre. Volgt 554.
2 Gwijde van Gelre. Gwijde is overleden.
3 Elisabeth van Gelre. Elisabeth is overleden in 1354.
Notitie bij Elisabeth: abdis te Keulen
4 Filippa van Gelre. Filippa is overleden.
Notitie bij Filippa: non in Keulen.
5 Reynoud II de Zwarte van Gelre, geboren omstreeks 1295. Volgt 555.
554 Margaretha van Gelre, dochter van Reynoud I de Strijdbare van Gelre en Margaretha Van Dampierre (zie 553). Margaretha is overleden. Margaretha trouwde met Diederik IX (Diederik VII volgens een andere telling) van Kleef. Diederik is geboren in 1291. Diederik is overleden in 1347, 55 of 56 jaar oud.
Notitie bij Diederik: Hij was de oudste zoon van graaf Diederik VIII van Kleef en zijn tweede echtgenote Margaretha van Habsburg. In 1310 volgde Diederik zijn halfbroer Otto op als graaf van Kleef, toen die zonder mannelijke erfgenaam was overleden. In 1332 erfde hij Hümchrath van zijn neef Diederik Luf III, maar moest na het na veel strijd verkopen aan de aartsbisschop van Keulen. In de troonstrijd was hij een trouw aanhanger van keizer Lodewijk IV . Zoals zijn voorgangers lag hij veel in strijd met Mark-Altena, Berg en het aartsbisdom Keulen.
555 Reynoud II de Zwarte van Gelre is geboren omstreeks 1295, zoon van Reynoud I de Strijdbare van Gelre en Margaretha Van Dampierre (zie 553). Reynoud is overleden op zondag 12 oktober 1343 in Arnhem, ongeveer 48 jaar oud.
Notitie bij Reynoud: Reinoud voerde vier lang strijd om Bredevoort (1322-1326) die hij uiteindelijk won. In 1326 verleende Reinoud II stadsrechten aan Erkelens en in 1343 aan Venlo.
Heerlijkheid:
graaf van Gelre van 1326 tot 1339 en hertog van Gelre van 1339 tot 1343
Reynoud:
(1) trouwde met Sophia Berthout van Mechelen. Sophia is overleden.
(2) trouwde, ongeveer 43 jaar oud, omstreeks 1338 met Eleanora Van Engeland, ongeveer 20 jaar oud. Eleanora is geboren in 1318, dochter van Edward II van Carnarvon Van Engeland en Isabella de wolvin Van Frankrijk. Eleanora is overleden in 1355, 36 of 37 jaar oud.
Notitie bij Eleanora: Door huwelijksproblemen werd ze van het hof verbannen naar een klooster. Als weduwe was ze regentes voor haar zoon Reinoud III van Gelre. Zij was ook de pleegmoeder van Leonora van Barchem, de vrouw die door liefdesverdriet stierf.
556 Beatrix Van Dampierre is geboren in 1272, dochter van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Isabella van LUXEMBURG. Beatrix is overleden in 1307, 34 of 35 jaar oud. Beatrix trouwde, 14 of 15 jaar oud, in 1287 met Hugo II van Blois-Châtillon, 28 of 29 jaar oud. Hugo is geboren in 1258, zoon van Gwijde III van Saint-Pol en Mathildis van Brabant. Hugo is overleden in 1307, 48 of 49 jaar oud.
Heerlijkheid:
graaf van Châtillon en werd in 1292 ook graaf van Blois en heer van Guise, in opvolging van zijn nicht Johanna
557 Isabella Van Dampierre is geboren in 1275, dochter van Gwijde III Van Dampierre (zie 258) en Isabella van LUXEMBURG. Isabella is overleden in 1333, 57 of 58 jaar oud.
Notitie bij Isabella: Gwijde zocht steun bij het Engelse vorstenhuis om de zelfstandigheid van Vlaanderen ten opzichte van Frankrijk te behouden en Isabella werd door haar vader daarvoor ingezet: toen haar oudere zuster Philippina in Parijs gevangen werd gezet om een huwelijk met de Engelse kroonprins Edward II onmogelijk te maken, moest zij dan maar de bruid zijn. Maar Edward I koos eieren voor zijn geld en koppelde zijn zoon aan een andere Isabella, dochter van de Franse koning Filips IV de Schone.

Door bemiddeling van Lodewijk I van Nevers, zoon van haar oudste halfbroer Robrecht III, graaf van Vlaanderen, raakte Isabella dan getrouwd met Jan I (1270-1333), heer van Fiennes, en kreeg als bruidsschat het burggraafschap Broekburg mee.
Isabella trouwde, 31 of 32 jaar oud, in 1307 met Jan I van Fiennes, 36 of 37 jaar oud. Jan is geboren in 1270. Jan is overleden in 1330, 59 of 60 jaar oud.
Notitie bij Jan: Hij huwde in 1307 met Isabella (1275-1333), dochter van Gwijde van Dampierre, graaf van Vlaanderen, en Isabella van Luxemburg. Zij kregen volgende kinderen:

Robert (1308-1384), gezegd Moreau, Connétable van Frankrijk (1356-1370), gehuwd 1. met Béatrice Dame de Gavre, en 2. met Marguerite de Melun. Beide huwelijken bleven kinderloos. Mogelijk een bastaardzoon Robert van Fiennes, gevallen 1415 te Azincourt.
Johanna (1295-1353), in 1319 gehuwd met Jan van Chatillon, zoon van graaf Gwijde IV van Saint-Pol, en in 1344 met Jan van Mortagne
Johanna (1320-), in 1351 gehuwd met Jan van Estouteville,
Mathildis, gehuwd met Jan van Bournonville (1310-).
Kinderen van Isabella en Jan:
1 Johanna van Fiennes, geboren in 1295. Volgt 558.
2 Mathildis van Châtillon, geboren in 1335. Volgt 559.
558 Johanna van Fiennes is geboren in 1295, dochter van Jan I van Fiennes en Isabella Van Dampierre (zie 557). Johanna is overleden in 1353, 57 of 58 jaar oud. Johanna trouwde, 23 of 24 jaar oud, in 1319 met Jan van Saint-Pol. Jan is een zoon van Gwijde IV van Saint-Pol en Mathildis van Dreux. Jan is overleden in 1344.
Kind van Johanna en Jan:
1 Gwijde V van Saint-Pol. Gwijde is overleden in 1360.
559 Mathildis van Châtillon is geboren in 1335, dochter van Jan I van Fiennes en Isabella Van Dampierre (zie 557). Mathildis is overleden in 1378, 42 of 43 jaar oud. Mathildis trouwde, 18 of 19 jaar oud, in 1354 met Gwijde van Luxemburg-Ligny, 13 of 14 jaar oud. Zie 242 voor persoonsgegevens van Gwijde.
Kind van Mathildis en Gwijde: zie 242.
560 Yolande van Henegouwen is geboren in 1175, dochter van Boudewijn de Moedige van Henegouwen (zie 252) en Margaretha van de Elzas. Yolande is overleden in 1219, 43 of 44 jaar oud.
Notitie bij Yolande: Zij maakte zich in 1212 meester van Namen en volgde haar overleden broer Filips op als markgravin van Namen. In 1214 maakte echter Walram III van Limburg aanspraak op Namen, uit hoofde van zijn echtgenote, Ermesinde, dochter van Hendrik de Blinde, op basis van Walrams interpretatie van het verdrag van Dinant. Het dispuut leidde tot een langdurige oorlog, tijdens dewelke Yolande met haar echtgenoot naar Constantinopel trok, waar Peter in 1217 keizer zou worden. Vóór haar vertrek in 1216 stond Yolande Namen af aan haar zoon Filips II.
Heerlijkheid:
heer van Courtenay (1180-1219), graaf van Nevers, (1185-1199), Auxerre en Tonnerre (1185-1219)
Yolande trouwde, 17 of 18 jaar oud, in 1193 met Peter II van Courtenay, ongeveer 26 jaar oud. Peter is geboren omstreeks 1167. Peter is overleden in 1219, ongeveer 52 jaar oud.
Notitie bij Peter: Hij huwde twee maal, de eerste maal in 1185 met met Agnes I van Nevers (1170-1192), gravin van Nevers en van Auxerre en Tonnerre, erfdochter van graaf Gwijde van Nevers, waarmee hij de graafschappen Nevers en Auxerre en Tonnerre in zijn bezit kreeg. Met Agnès kreeg hij een dochter:

Mathilde (1188-1257), huwde in 1199 met graaf Hervé IV van Donzy (overleden 1222) en in 1226 met graaf Guido IV van Forez van (overleden 1241). Mathildis kreeg bij haar eerste huwelijk het graafschap Nevers, dat later naar haar zoon Hervé V van Donzy zou gaan.
Na de dood van Agnès huwde hij in 1193 met Yolande van Henegouwen, dochter van graaf Boudewijn V van Henegouwen en zus van Boudewijn en Hendrik, beide Latijns keizer van Constantinopel. In 1217 werd hij, samen met zijn vrouw Yolande van Henegouwen keizer van Constantinopel, in opvolging van zijn schoonbroer Hendrik van Henegouwen.

Nadat hij op 9 april 1217 in Rome door Paus Honorius III tot keizer van Constantinopel werd gekroond, reisde hij met een klein leger af om zijn troon te kunnen bestijgen. Van de Venetianen leende hij schepen, met de belofte om in ruil daarvoor Durazzo voor hen te veroveren, hetgeen niet gelukte. Hierna probeerde hij Constantinopel over land te bereiken, maar hij werd onderweg gevangengenomen door Theodoros Komnenos Doukas, de despoot van Epirus. Hij stierf na twee jaar gevangenschap. Peter kwam nooit aan in Constantinopel en regeerde zijn rijk dus geen dag. Zijn vrouw Yolande wist Constantinopel wel te bereiken en regeerde in zijn plaats.

Kinderen
Peter en Yolande hadden de volgende kinderen:

markgravin Margaretha van Namen (1194-1270), gehuwd met Roland van Lusignan, graaf van Issoudun en nadien van Eu (- 1219), nadien met Hendrik, heer van Vianden
markgraaf Filips II van Namen (1195-1266)
Sibylla (1197-1210), non
Elisabeth (1199- na 1269), gehuwd met Gaucher, hertog van Bar sur Seine, nadien in 1220 met Odo van Bourgondië, heer van Montaigu
Yolande (1200-1233), in 1215 gehuwd met koning Andreas II van Hongarije (1176-1235)
Robert van Courtenay (1201-1228), keizer van Constantinopel
Agnes (1202- na 1247), in 1217 gehuwd met Godfried II van Villehardouin (-1246), vorst van Morea
Maria (1204- 1222), in 1219 gehuwd met Theodoros I Laskaris (-1222), keizer van Nicea
markgraaf Hendrik II van Namen (1206-1229)
Eleonora (1208-1230), gehuwd met Filips I van Montfort (-1270), heer van Castres
Constance (- 1210), non in Fontrevault
markgraaf Boudewijn II van Namen (1218 † 1273), keizer van Constantinopel.
561 Filips I de Edele Van Namen is geboren in 1175, zoon van Boudewijn de Moedige van Henegouwen (zie 252) en Margaretha van de Elzas. Filips is overleden op maandag 8 oktober 1212 in Blaton, 36 of 37 jaar oud.
Notitie bij Filips: Filips was (mark)graaf van Namen van 1195 tot 1212, in opvolging van zijn vader, maar het markgraafschap bleef afhankelijk van Henegouwen. Vanaf 1199 noemde hij zich markgraaf. In januari 1211 trad hij in het huwelijk met Maria, een dochter van koning Filips II van Frankrijk en Agnes van Meranië, maar het huwelijk bleef kinderloos.

Filips moest strijd leveren met de hertog van Bar, die aanspraak maakte op Namen uit hoofde van zijn echtgenote. In 1199 werd in Dinant een verdrag gesloten, waarbij Filips het deel tot aan de Maas kreeg. Toen Filips hetzelfde jaar zijn broer, Boudewijn IX van Vlaanderen, te hulp kwam in diens strijd tegen de Fransen om Artesië, viel hij in een hinderlaag van de Fransen in Leuze. Het zou tot de vrede van Péronne duren, voordat Filips vrijkwam. Toen de graaf van Vlaanderen in 1202 op kruistocht trok, duidde hij Filips aan als voogd over zijn twee dochters. De koning van Frankrijk beval Filips echter om de prinsessen naar Parijs te brengen om ze daar onder toezicht van de koningin op te voeden. Filips gehoorzaamde het bevel van de vorst, maar dit werd hem kwalijk genomen in Vlaanderen.

Filips I stierf zonder nageslacht en duidde zijn neef Filips aan als zijn opvolger. Het zou echter zijn zuster Yolande zijn die Filips zou opvolgen in Namen. Zijn weduwe zou in 1213 hertrouwen met Hendrik I van Brabant.
Filips trouwde, 30 of 31 jaar oud, in 1206 met Maria Capet Van Frankrijk, 7 of 8 jaar oud. Maria is geboren in 1198. Maria is overleden op zondag 18 augustus 1224, 25 of 26 jaar oud. Maria trouwde later in 1213 met Hendrik I van Brabant (1165-1235).
562 Sibylle van Henegouwen is geboren in 1179, dochter van Boudewijn de Moedige van Henegouwen (zie 252) en Margaretha van de Elzas. Sibylle is overleden op maandag 9 januari 1217, 37 of 38 jaar oud. Sibylle trouwde met Guichard IV van Beaujeu. Guichard is overleden in 1216.
563 Lauretta van Henegouwen is geboren in 1150, dochter van Boudewijn IV de bouwer van Henegouwen (zie 642) en Adelheid Van Namen (zie 246). Lauretta is overleden in 1181, 30 of 31 jaar oud. Lauretta:
(1) trouwde met Diederik van Gent. Diederik is overleden in 1165.
Heerlijkheid:
laatste heer van Aalst en Waas
(2) trouwde met Burchhard IV van Montmorency. Burchhard is overleden.
564 Hendrik van Sebourg, van Angre en van Fay is geboren na 1150, zoon van Boudewijn IV de bouwer van Henegouwen (zie 642) en Adelheid Van Namen (zie 246). Hendrik is overleden in 1230, ten hoogste 80 jaar oud. Hendrik:
(1) trouwde met Johanna van Cisoing. Johanna is overleden.
(2) trouwde met Mahaut van Lalaing. Mahaut is overleden.
565 Otto I de Grote Van Saksen is geboren op maandag 23 november 912 in Wallhausen (Saksen-Anhalt), zoon van Hendrik I de Vogelaar Van Saksen (zie 30) en Sint-Mathildis van Ringelheim Van Saksen. Otto is overleden op woensdag 7 mei 973 in Memleben, 60 jaar oud.
Notitie bij Otto: Nadat Karel de Grote in 800 tot keizer werd gekroond, werd zijn rijk in de 9e eeuw onder zijn kleinzonen verdeeld en was de keizerlijke titel, na de moord op Berengarius I van Friuli in 924, bijna veertig jaar vacant, voordat Otto de Grote op 2 februari 962 tot keizer werd gekroond van wat later het Heilige Roomse Rijk zou worden genoemd.

Eerste jaren van zijn bewind, opstanden van de hertogen
In 929 trad Otto in het huwelijk met de Engelse prinses Editha van Wessex, de halfzuster van de Angelsaksische koning Aethelstan. Bij deze gelegenheid schonk hij haar Maagdenburg als morgengave (bruidsschat). In 936 volgde Otto zijn vader op als koning van de Duitsers en hertog van Saksen.

Kroning
Hij regelde dat zijn kroning gehouden werd in Aken, de voormalige hoofdstad van Karel de Grote. Daar werd hij op 7 augustus van dat jaar door aartsbisschop Hildebert van Mainz, de primaat van de Duitse kerk, tot koning gekroond. Volgens de Saksische historicus Widukind van Corvey werd hij op zijn kroningsbanket bediend door de vier andere hertogen van het rijk: de hertogen van Franken, Zwaben, Beieren en Lotharingen. Arnulf I van Beieren trad op als maarschalk (of opperstalmeester), Herman I van Zwaben als hoofdschenker, Everhard III van Franken als logistiek hoofd van de huishouding (of seneschalk), en Giselbert II van Maasgouw als kamerheer.

Ambitie
Vanaf het begin van zijn regeerperiode positioneerde hij zich als de opvolger van Karel de Grote, wiens directe lijn van opvolgers in Oost-Frankenland in 911 was uitgestorven. De Duitse kerk, met zijn machtige bisschoppen en abten, stond achter hem. Vanuit zijn machtspositie slaagde Otto er in de kerk voor zijn eigen agenda in te zetten. Hij gebruikte deze enige verenigende institutie in de Duitse landen om een instelling van theocratische keizerlijke macht te vestigen. De kerk bood rijkdom, militaire mankracht en haar monopolie in geletterdheid. In ruil bood de keizer de kerk bescherming tegen de edelen, de belofte van dotaties, en een weg naar de macht als zijn ministerialen.

De politiek van Otto was een radicale breuk met de politiek van zijn vader die zich naar de hertogen toe altijd als eerste onder zijn gelijken had opgesteld. Otto behandelde de hertogen duidelijk als zijn ondergeschikten. Otto maakte nog meer vijanden door het erfdeel van zijn halfbroer Thankmar en zijn broer Hendrik sterk te reduceren. Ook passeerde hij de zonen van de hoge Saksische adel bij benoemingen, ten gunste van zijn medestanders.

Otto had een grote meevaller toen in 938 in Rammelsberg in Saksen een rijke zilverader werd ontdekt. De opbrengsten stelden Otto in staat om tijdens zijn regeerperiode zijn militaire activiteiten te financieren; de vondst was zelfs zo groot dat een groot deel van het in Europa gebruikte zilver, koper en lood zo’n tweehonderd jaar uit Saksen kwam.

Opstanden
Na de dood van Siegfried, graaf van Merseburg, 937, maakte Thankmar aanspraak op Merseburg. Otto benoemde echter, Gero, de broer van de gestorven Siegfried, als de nieuwe graaf van Merseburg.

Na de dood van Arnulf I van Beieren in 938, weigerde zijn zoon Eberhard om Otto hulde te betuigen omdat die hem niet wilde toestaan zelf bisschoppen te benoemen - een recht dat Arnulf wel had gehad. Otto reageerde met twee campagnes in 938, tijdens de lente en de herfst, versloeg Eberhard en verbande hem. Berthold I van Beieren, de broer van Arnulf, voorheen hertog van Karinthië werd de nieuwe hertog van Beieren. Berthold zag niet alleen af van het recht op de benoeming van bisschoppen maar gaf ook het gebruiksrecht van de koningsgoederen in Beieren op, dat Arnulf wel had gehad.

In datzelfde jaar kreeg Otto een conflict met Everhard III van Franken over diens juridische bevoegdheden. Everhard sloot een verbond met Thankmar en aantal ontevreden Saksische edelen onder leiding van Wichmann de Oudere. Zij begonnen een opstand met als doel om Thankmar tot koning uit te roepen. De opstandelingen veroverden Belecke en namen daar Otto’s broer Hendrik gevangen. Daarna veroverden ze de historisch betekenisvolle Eresburg (nu in de stad Marsberg). Otto stuurde een groot leger naar de Eresburg en de aanblik van deze overmacht was voor de opstandelingen reden om zich over te geven. Thankmar vluchtte in de kerk en deed bij het altaar een beroep op de bescherming die vluchtelingen traditioneel in de kerk hadden. Desondanks werd hij ter plekke gedood, wat in de middeleeuwen als een heiligschennis werd gezien. De Saksische edelen verzoenden zich met Otto en Everhard werd kort gevangengezet maar daarna weer vrijgelaten.

Direct na zijn vrijlating begon Everhard een nieuwe samenzwering, nu met Hendrik en Giselbert, de hertog van Lotharingen. Doel was nu om Hendrik tot koning uit te roepen. In 939 huldigde Giselbert Lodewijk IV van Frankrijk, in de hoop zijn steun te krijgen tegen Otto I.

Hendrik veroverde Merseburg, waarna hij opmarcheerde om zich in Lotharingen bij Giselbert aan te sluiten. Otto versloeg de opstandelingen echter bij Xanten. Hij belegerde ze vervolgens in het kasteel van Chevremont in de buurt van Luik. Hij was gedwongen om dit beleg af te breken om op te trekken tegen Lodewijk IV van Frankrijk, die intussen Verdun had bezet. Otto dreef Lodewijk terug naar zijn hoofdstad Laon. Otto belegerde vervolgens Everhard in het fort van Breisach am Rhein. Gedurende deze tijd sloot Frederik, aartsbisschop van Mainz, zich aan bij Hendrik en Giselbert in hun strijd tegen Otto. Giselbert en Everhard trokken plunderend rond door de bezittingen van aanhangers van Otto. Een leger, onder leiding van Konrad Kurzbold, de graaf van Nederlahngouw, en zijn neef Udo, graaf van de Wetterau en de Rijngouw, ontmoette het leger van de opstandige hertogen in de slag bij Andernach. Everhard werd in de strijd gedood en Giselbert verdronk in de Rijn. Hiermee was de strijd verlopen. Otto steunde Hugo de Grote en zijn bondgenoten in hun conflicten met Lodewijk IV. Hendrik werd door Otto tot hertog van Lotahringen benoemd maar moest die positie in 941 opgeven omdat hij niet in staat was zijn gezag als hertog te doen gelden. Hendrik zocht direct weer contact met mogelijke opstandelingen maar Otto en Hendrik verzoenden zich met elkaar dankzij de inspanningen van hun moeder, Mathildis van Ringelheim. Mathildis en Otto verzoenden zich ook met elkaar, Mathildis had namelijk steeds de zaak van Hendrik gesteund. Het volgende jaar trok Otto zich door bemiddeling van zijn zuster Gerberga van Saksen uit Frankrijk terug en erkende Lodewijk zijn heerschappij over Lotharingen.

Controle
Om verdere opstanden te voorkomen, arrangeerde Otto het zo dat alle belangrijke hertogdommen binnen het Duitse rijk in handen kwamen van naaste familieleden. Het vacante hertogdom Franken behield hij als een leengoed, terwijl hij het hertogdom Lotharingen in 944 aan Koenraad de Rode, een neef van Koenraad I, toewees, die later zou trouwen met zijn dochter Liutgard. In 947, na de dood van Hertog Berthold, gaf hij het hertogdom Beieren in leen aan zijn broer Hendrik. Ondertussen arrangeerde hij voor zijn zoon Liudolf een huwelijk met Ida, de dochter van hertog Herman I van Zwaben. Het paar erfde het hertogdom na de dood van Herman I van Zwaben in 947. Een soortgelijke regeling leidde er toe dat Hendrik in 949 hertog van Beieren werd.

In 946 benoemde Otto Liudolf tot zijn opvolger.

Buitenlandse politiek
In 937 vestigde Otto een protectoraat over het koninkrijk Bourgondië en liet de minderjarige koning Koenraad van Bourgondië aan zijn hof verblijven.

De verhouding met West-Francië werd bepaald door de rol van koning Lodewijk in de opstand van 939. Na de dood van hertog Giselbert had Lodewijk bovendien diens weduwe Gerberga getrouwd, Otto’s zuster. Dit was zeer tegen de zin van Otto die haar aan Berthold van Beieren had willen uithuwelijken. Daarnaast was Otto’s zuster Hedwig met Hugo de Grote getrouwd. Nadat Lodewijk zich onder druk van Otto uit Lotharingen had moeten terugtrekken, viel Otto diens koninkrijk binnen. Hugo de Grote, Herbert II van Vermandois en hun aanhangers, erkenden Otto als koning. Door bemiddeling van Gerberga werd in 942 te Visé echter een vrede gesloten waarbij Lodewijk zijn aanspraken op Lotharingen opgaf. In 945 kwam Otto Lodewijk te hulp tegen de Normandiërs en veroverde Reims voor Lodewijk. De belegering van Rouen was echter een grote mislukking. In 948 was hij gastheer van de synode van Ingelheim die tot doel had om de twisten tussen Lodewijk en Hugo te beslechten.

De dood van Hendrik de Vogelaar was voor de Slavische stammen een signaal om tegen de keizerlijke macht in opstand te komen. In 936 kwamen de Redarii in opstand, maar deze opstand werd neergeslagen door Hermann Billung. In 937 voerden de Mayaren raids in Saksen uit, maar Otto wist deze af te slaan. Toen Otto in oorlog was met zijn vazallen, gebruikten de Magyaren deze gelegenheid voor nieuwe invallen in Duitsland, maar dit moesten zij met twee bloedige nederlagen in de Harz bekopen, eerst in de buurt van Stetternburg en daarna in de Drömling. In 944 vielen de Magyaren het rijk opnieuw binnen, maar nu werden zij in Karinthië door hertog Berthold verslagen. In 950 versloeg Hendrik I van Beieren de Magyaren toen deze Beieren binnenvielen. In 950 leidde Otto een expeditie naar Bohemen, waar hij als opperheerser werd erkend door hertog Boleslav I van Bohemen.

Italië, opstand van Liudolf, overwinning op de Hongaren
Al in 945 had Otto de machtige Italiaanse edelman Berengarius van Ivrea onderdak geboden toen zijn leven werd bedreigd door koning Hugo van Arles. Otto had Berengar gesteund om met een leger Italië binnen te vallen en de macht te grijpen, hoewel Hugo’s zoon Lotharius van Arles formeel de koning was.

Bij de dood van Lotharius in 950, mogelijk door vergiftiging, riep Berengarius zichzelf uit tot koning. Hij probeerde om Adelheid, de weduwe van Lotharius, te laten trouwen met zijn zoon Adalbert om zo eigen positie en later die van zijn zoon, te legitimeren. Adelheid slaagde er echter in naar Canossa te vluchten en verzocht Duitse hulp. Om te profiteren van de situatie vielen Luidolf en Hendrik, onafhankelijk van elkaar, Noord-Italië binnen. Doordat ze vooral elkaar tegenwerkten, lukte het niet om Berengarius te onderwerpen. In 951 kwam Otto zelf naar Italië. Hij ontving het eerbetoon van de Italiaanse adel, nam de titel "Koning van de Lombarden" aan en liet zich, na een succesvolle belegering van Pavia, in navolging van Karel de Grote kronen tot ’koning van de Franken en Langobarden’. Liudolf voelde zich gebruskeerd door het optreden van zijn vader en was toen al boos naar huis teruggekeerd. Ondertussen had Koenraad de Rode succesvol onderhandelingen gevoerd met Berengarius, die in 952 met zijn zoon Adalbert aan Otto een eed van trouw aflegde. Otto stond (volgens de overeenkomst) Berengarius toe om Italië als zijn vazal te regeren maar dwong hem wel om het strategische Verona en Aquileia af te staan. Dit verzekerde Otto van een veilige toegang tot de Po-vlakte. Maar deze bepaling maakte geen deel uit van de overeenkomst die door Koenraad was onderhandeld. En ook Koenraad was nu diep beledigd door Otto. In oktober 951 trouwde Otto (inmiddels al vijf jaar weduwnaar) in Pavia met Adelheid.

Nadat Adelheid hem een zoon had gebaard, vreesde Liudolf voor zijn positie als erfgenaam van Otto. In 953 kwam hij samen met Koenraad de Rode en Frederik, de aartsbisschop van Mainz in opstand. De bisschop was uit Otto’s gunst omdat het hem niet gelukt was om Otto tot keizer te laten kronen. Otto wist snel Lotharingen te onderwerpen en benoemde zijn broer Bruno tot hertog, die al aartsbisschop van Keulen en aartskanselier en aartskapelaan van Otto was. Otto leed echter grote verliezen bij zijn aanvallen op Mainz en Regensburg. Koenraad en Liudolf maakten daarop echter een beslissende fout door een bondgenootschap aan te gaan met de Magyaren. Uitgebreide Magyaarse invallen in Zuid-Duitsland in 954 dwongen de Duitse edelen zich te herenigen. Op de Rijksdag van Auerstadt werden Koenraad en Liudolf ontdaan van hun titels en werd het gezag van Otto I hersteld. Koenraad en de bisschop van Mainz onderwierpen zich op de rijksdag aan Otto, en werden vergeven. Liudolf gaf het uitgehongerde Regensburg op in ruil voor een vrije aftocht. Korte tijd later onderwierp ook hij zich aan Otto, en werd door hem vergeven.

Toen de opstand was onderdrukt, was Otto in staat om op 10 augustus 955 de Magyaren bij de Lechveld een beslissende nederlaag toe te brengen. Na deze nederlaag waren de Magyaren niet meer in staat tot invallen in Beieren en Saksen. Twee maanden later, op 16 oktober 955, versloeg Hermann Billung, Otto’s plaatsvervanger in Saksen, de Obodriten die de opstand van Liudolf hadden ondersteund.

Otto’s positie in Duitsland stond na de slag op het Lechveld niet meer ter discussie.

Onderwerping Italië, kroning tot keizer
Ondertussen had Berengarius gebruik gemaakt van Otto’s problemen in Duitsland om zich steeds onafhankelijker op te stellen. Ook had hij Verona en Aquileia weer bezet. Toen Berengarius in 960 het noorden van de Kerkelijke Staat bezette, vroeg Paus Johannes XII Otto om hulp. Otto benoemde zijn jonge zoon Otto tot medekoning en vertrok naar Italië. Op 2 februari 962 werd hij in Rome, wederom naar voorbeeld van Karel de Grote, door de paus tot keizer gekroond. Zie Translatio imperii. Tien dagen later ratificeerden de paus en de keizer de Diploma Ottonianum, op grond waarvan de keizer zich borg stelde voor de onafhankelijkheid van de pauselijke staten. Dit was de eerste daadwerkelijke garantie van een dergelijke bescherming sinds het Karolingische Rijk. Nadat Otto Rome had verlaten, heroverde hij de kerkelijke staat op Berengarius. Berengarius en zijn vrouw werden verbannen naar Duitsland. Paus Johannes werd echter bang van de macht van de keizer en stuurde gezanten naar de Magyaren en het Byzantijnse Rijk om een liga tegen Otto te vormen. In november 963 keerde Otto naar Rome terug en riep een synode van bisschoppen bijeen die Johannes afzette op beschuldiging van afvalligheid, moord, woordbreuk en incest. Vervolgens werd Leo VIII, op dat moment nog een leek, tot paus gekozen. Toen de keizer Rome verliet, brak er in de stad een burgeroorlog uit tussen aanhangers van de keizer en aanhangers van de afgezette paus Johannes. Paus Johannes kwam na hevige strijd weer aan de macht en excommuniceerde degenen die hem hadden afgezet, waardoor hij Otto dwong om in juli 964 voor de derde keer terug te keren naar Rome om nu Paus Benedictus V te onttronen (paus Johannes was twee maanden eerder gestorven). Bij deze gelegenheid dwong Otto de burgers van Rome een belofte af om geen paus te kiezen zonder keizerlijke goedkeuring.

In 966 was Otto korte tijd in Duitsland en werd door Mieszko I van Polen als koning gehuldigd. Daarna keerde hij weer terug naar Italië om af te rekenen met Berengarius’ zoon Adelbert. In 967 gaf hij het hertogdom Spoleto aan Pandulf IJzerhoofd, prins van Benevento en Capua, een machtig bondgenoot in Zuid-Italië. In het volgende jaar (968) liet Otto Bari belegeren onder leiding van Pandulf, maar die werd in de slag van Bovino gevangengenomen door de Byzantijnen. Otto begon daarop vredesonderhandelingen met het Byzantijnse Rijk en probeerde een huwelijk te arrangeren tussen zijn zoon Otto en een Byzantijnse prinses. In 972 erkende de Byzantijnse keizer Johannes I Tzimiskes Otto’s keizerlijke titel en stemde hij in met een voorgenomen huwelijk tussen Otto II en de jonge Byzantijnse prines Theophanu. Pandulf werd vrijgelaten uit gevangenschap.

Otto stierf op 7 mei 973 in Memleben. Zijn zoon Otto werd zijn opvolger. De keizer ligt, samen met zijn eerste vrouw, Edith van Wessex, begraven in de dom van Magdeburg die ze samen hadden gesticht.

Het Ottoonse stelsel
Als een belangrijk element van zijn binnenlands beleid streefde Otto naar een versterking van de macht van de kerkelijke autoriteiten, voornamelijk bisschoppen en abten, dit ten koste van de seculiere adel die zijn eigen macht bedreigde. Om de krachten, die de Kerk vertegenwoordigde, te controleren, maakte Otto consistent gebruik van drie instituties. Een daarvan was het koninklijke investituurrecht van bisschoppen en abten met de symbolen van hun macht, zowel geestelijk, aangezien Otto de gezalfde koning van de Duitsers was, als wereldlijk, aangezien Otto de gehoorzaamheid van zijn bisschoppen en abten als vazallen afdwong door middel van een commendatie ceremonie. "Onder deze omstandigheden was kerkelijke uitverkiezing in het Ottoonse Rijk niet meer dan een formaliteit. De koning vulde de rangen van het episcopaat aan met leden uit zijn eigen familie en met loyale ouder wordende kanselarijklerken. Deze laatsten werden ook vaak benoemd tot abt van de grote kloosters" (Cantor, 1994, blz. 213). De tweede instelling was steviger verankerd in de Ottoonse gebieden, de eigen kerken (Eigenkirchen; in de Engelse wet het recht van "advowson"). In het Duitse recht was elk gebouw dat op eigendomgrond stond van een Heer, automatisch ook eigendom van die Heer, dit tenzij deze rechten specifiek in een acte zodanig waren beschreven dat duidelijk was dat de kerk niet bij de grond hoorde. Otto en zijn kanselarij opereerden agressief om de eigendomsrechten over vele landelijke kerken en abdijen te verkrijgen. Het derde instrument van de Ottoonse macht was het systeem van de advocatus (Duits Vogt). De Advocatus was een wereldlijk manager van kerkelijke landgoederen, die recht had op een bepaald aandeel in de landbouwproductie en in de andere opbrengsten. Ook was hij verantwoordelijk voor de veiligheid en de goede orde. In tegenstelling tot graafschappen, die de neiging hadden om snel erfelijk te worden, voerde de Vogt de functies uit van een West-Frankische baljuw. Hij behield zijn positie alleen als hij in de gunst bleef bij de keizer.

Otto begiftigde de bisdommen en abdijen met grote stukken land, waarover seculiere autoriteiten geen belastingen konden heffen en geen juridische bevoegdheid hadden. In een extreem voorbeeld benoemde Otto zijn broer Bruno - op dat moment reeds aartsbisschop van Keulen - tot de nieuwe hertog van Lotharingen, nadat Koenraad de Rode zijn hertogelijke titel in Lotharingen was ontnomen. In de landen die Otto aan zijn oostelijke grenzen veroverde op de Wenden en andere Slavische volkeren stichtte Otto de Grote verschillende nieuwe bisdommen.

Omdat Otto bisschoppen en abten persoonlijk benoemde, versterkten deze hervormingen zijn centrale gezag, en functioneerden de bovenste rangen van de Duitse kerk in sommige opzichten als een arm van de keizerlijke bureaucratie. Conflicten over benoemingen van deze machtige bisschoppen tussen Otto’s opvolgers en de groeiende macht van het pausdom tijdens de Gregoriaanse hervormingen zouden uiteindelijk tot het beroemde conflict over de Investituurstrijd leiden en in het Duitsland van de 11e eeuw tot de ondergang van de centrale autoriteit leiden.

De Ottoonse renaissance
De beperkte Renaissance van kunst en architectuur was afhankelijk van de hofpatronage van Otto en zijn directe opvolgers. De "Ottoonse Renaissance" was manifest in sommige nieuwe leven ingeblazen kathedralen en kathedraalscholen, zoals die van Bruno, aartsbisschop van Keulen, en in de productie van verluchte handschriften, de belangrijkste kunstvorm van deze tijd. De meeste van de verluchte handschriften kwamen van een handvol elitaire scriptoria, zoals die van de in 936 opgerichte abdij van Quedlinburg. De keizerlijke abdijen en het keizerlijke hof werden onder leiding van de vrouwen van de koninklijke familie centra van religieus en spirituele leven. Gechoqueerd door de erbarmelijke staat van de liturgie in Rome, gaf Otto opdracht het allereerste Pauselijke Boek, een liturgisch boek, samen te stellen. Dit boek bevatte zowel gebeden als rituele instructies. Deze compilatie van het Romeins-Germaanse pontificaal, zoals het nu wordt genoemd, stond onder supervisie van aartsbisschop Willem van Mainz - een bastaardzoon van Otto.
Heerlijkheid:
Koning van Duitsland, Koning van Italië
Otto:
(1) trouwde met Edith van Wessex. Edith is geboren omstreeks 910. Edith is overleden op woensdag 21 januari 946, ongeveer 36 jaar oud.
Notitie bij Edith: Haar halfbroer koning Athelstan van Engeland zond zijn haar met haar zuster Aelgifu naar Duitsland zodat Otto I een van hen als bruid kon kiezen - en voor de ander een passende echtgenoot zou vinden. Otto koos Edith en huwde haar in 929. Hij schonk haar Maagdenburg als morgengave (bruidsschat). Edith en Otto stichtten het Mauritiusklooster in Maagdenburg dat later de dom van die stad zou worden. Edith begunstigde ook andere kerken en kloosters. Otto zou veel van haar hebben gehouden en zeer hebben getreurd na haar overlijden. Edith werd begraven in de dom van Magdeburg.

Edith leidde een vroom en voorbeeldig leven en werd daardoor soms op heiligenlijsten geplaatst of als zalige voorgesteld.

In januari 2010 maakte de Universiteit van Bristol bekend dat in Maagdenburg mogelijk de botten van Edith waren gevonden
(2) trouwde met De heilige Adelheid Van Italie. De is geboren in 931 in Orbe. De is overleden op zaterdag 16 december 999 in Seltz, 67 of 68 jaar oud.
Notitie bij De: was een dochter van koning Rudolf II van Opper-Bourgondië en van Bertha van Zwaben.

Na het overlijden van haar vader, huwde haar moeder met Hugo, de koning van Lombardije en werd Adelheid verloofd met zijn zoon Lotharius. Adelheid huwde in 947 met koning Lotharius, maar deze werd in 950 vergiftigd (vermoedelijk) door toedoen van Berengarius, die zich als koning opwierp en Adelheid wilde uithuwelijken aan zijn zoon Adelbert. Toen Adelheid dat weigerde werd ze gevangengezet in Como, maar kon in een bootje over het meer ontsnappen en vluchtte naar Canossa. Daar kreeg ze onderdak bij een lokale edeleman Adalbert-Atto die prompt werd belegerd door Berengarius. Vanuit deze benarde positie stuurde Adelheid noodkreten om hulp naar Duitsland.

Nadat keizer Otto I in 951 Noord-Italië had bezet, huwde hij Adelheid. Adelheid kreeg een bescheiden maar actieve rol in het bestuur. Het paar werd in 962 door paus Johannes XII in Rome tot keizers gekroond. Na het overlijden van haar man in 973, werd zij regent voor hun zoon Otto II maar kreeg na verloop van tijd conflicten met Otto en met haar schoondochter Theophanu. Zij moest zich in 978 terugtrekken in Bourgondië, waar zij talrijke kloosters stichtte. Haar broer Koenraad van Bourgondië wist een verzoening met Otto en Theophanu te bereiken. Na het overlijden van Otto II in 983, werd zij mederegent voor diens zoon, de latere Otto III, en onderkoningin van Italië. Door haar terugkerende conflict met keizerin Theophanu moest ze de wijk te nemen naar Lombardije. Toen ook Theophanu overleed in 991, werd Adelheid weer regent. In 995 trok zij zich tenslotte terug in het door haar gestichte klooster van Seltz.

Adelheid sprak vier talen en was zeer belezen. Ze werd alom geroemd om haar schoonheid, intelligentie, zedigheid en ze was een begaafd harpiste. Ze gaf steun aan de hervormingen van Cluny, die door Otto II en Theophanu als staatsgevaarlijk werden beschouwd. In 999 werd haar vriend Gilbert van Aurilliac, die ook Otto III had opgevoed, paus onder de naam Sylvester II. Ze was overtuigd van de wederkomst van Christus in het jaar 1000 maar heeft dat net niet meer meegemaakt.

Heiligverklaring
Adelheid werd in 1097 heilig verklaard door paus Urbanus II. Haar feestdag is op 16 december. Adelheid is de beschermheilige van de slachtoffers van mishandelingen, de bruiden, de keizerinnen en prinsessen, de gevangenen, de weduwen, de ouders van grote gezinnen, de stiefouders, de bannelingen en bij tweede huwelijken. Ze wordt in de regel met een boot afgebeeld. Haar graf was een belangrijk pelrgimsoord maar is verwoest tijdens de reformatie. Volgens sommige bronnen ligt het onder de dorpskerk van Selz.
Kinderen van Otto en Edith:
1 Liudolf van Engeland Van Zwaben, geboren in 930. Volgt 566.
2 Liutgard Van Saksen, geboren in 931 in Maagdenburg. Volgt 567.
Kinderen van Otto en De:
3 Hendrik Van Saksen, geboren omstreeks 952. Hendrik is overleden omstreeks 954, ongeveer 2 jaar oud.
4 Bruno Van Saksen, geboren omstreeks 953. Bruno is overleden op dinsdag 8 september 957, ongeveer 4 jaar oud.
5 Otto II van het Heilige Roomse Rijk, geboren in 955. Volgt 569.
6 Richlinde Van Saksen, geboren na 955. Volgt 571.
566 Liudolf van Engeland Van Zwaben is geboren in 930, zoon van Otto I de Grote Van Saksen (zie 565) en Edith van Wessex. Liudolf is overleden op zondag 6 september 957 in Pombia, 26 of 27 jaar oud.
Notitie bij Liudolf: Liudolf kwam in opstand tegen zijn vader over Italië en verloor in 954 het hertogdom Zwaben. Liudolf was de vader van Otto I van Zwaben en van Mathildis, abdis van het sticht Essen in de stad Essen. Liudolf stichtte tevens de stad Stuttgart.
Heerlijkheid:
Hertog van Zwaben
Liudolf trouwde met Ida Van Zwaben. Ida is overleden.
567 Liutgard Van Saksen is geboren in 931 in Maagdenburg, dochter van Otto I de Grote Van Saksen (zie 565) en Edith van Wessex. Liutgard is overleden op vrijdag 18 november 953, 21 of 22 jaar oud. Zij is begraven in Sint-Albanusklooster in Mainz.
Notitie bij Liutgard: Otto I zijn keizerstroon werd niet doorgeven aan Liutgardes broer, Liudolf van Zwaben, maar ging in plaats daarvan naar de oudste zoon uit het tweede huwelijk van Otto I met Adelheid van Italië, Otto II en daarna naar diens zoon Otto III. Otto III werd opgevolgd door Hendrik II, een kleinzoon van een van Otto I’s broers. Na de dood van Hendrik II werd een achterkleinzoon van Liutgard, Koenraad II, keizer van het Heilige Roomse Rijk. Deze Koenraad II was de stichter van de Salische dynastie, die honderd jaar aan de macht zou blijven.
Liutgard trouwde met Koenraad de Rode Van Lotharingen. Koenraad is geboren omstreeks 922. Koenraad is overleden op vrijdag 10 augustus 955 in bij Augsburg, ongeveer 33 jaar oud.
Notitie bij Koenraad: was een belangrijke hoveling van Otto I de Grote en hertog van Lotharingen. Zijn bijnaam werd hem gegeven omdat hij een opvallend rood gezicht had.

Koenraad volgde in 941 zijn vader Werner op als graaf van de Nahegouw, Spiersgouw en de Wormsgouw. Ook werd hij dat jaar benoemd tot graaf van de Niddagau. Koenraad had persoonlijke bezittingen bij Waiblingen en Bad Dürkheim (stad). Direct al in 941 had Koenraad een vooraanstaande rol in het onderdrukken van de opstand van Hendrik I van Beieren. In 942 was hij een van de bemiddelaars van de vrede van Visé, waarbij het conflict tussen Otto en Lodewijk IV van Frankrijk werd beëindigd. Dat jaar werd hij ook benoemd tot graaf van Franken, als waarnemer voor de overleden hertog Everhard III van Franken. In 944 volgde zijn benoeming tot hertog van Lotharingen, en gaf hij zijn functie als graaf van Franken op.

Hoewel Koenraad persoonlijk geen grote machtspositie in Lotharingen had, wist hij dit onrustige hertogdom toch redelijk onder controle te krijgen hoewel machtige edelen als Reinier III van Henegouwen weerspannig bleven. Hij schonk in 946 bezittingen aan de kerk in Speyer en trouwde in 947 met Liutgard van Saksen, dochter van Otto. Hij sloeg in deze periode eigen munten in Speyer, Bingen en Worms.

In 951 volgde Koenraad Otto naar Italië en werd in 952 benoemd tot diens stadhouder in Pavia. In die functie onderhandelde hij een regeling met Berengarius II van Italië waardoor die koning van Italië kon blijven onder het oppergezag van Otto. Toen Otto vervolgens aanvullende voorwaarden aan Berengarius oplegde, was Koenraad diep beledigd over de inbreuk die Otto op zijn bevoegdheden had gemaakt. Dit was voor Koenraad reden om in 953 de opstand van Liudolf van Zwaben, de broer van zijn vrouw te steunen. De opstand verliep niet gunstig en Liudolf zocht steun bij de Hongaren. De Hongaren waren echter geen reguliere bondgenoten maar maakten gebruik van de staat van burgeroorlog door op grote schaal te gaan plunderen. Voor veel van de opstandelingen was dit een reden om zich met Otto te verzoenen. Ook Koenraad koos in 954 weer de kant van Otto. Hij moest zijn functie als hertog opgeven maar kon al zijn graafschappen en persoonlijke bezittingen behouden.

Nog in 954 leidde Koenraad een veldtocht tegen de Slavische stammen die de opstand hadden gesteund en in 955 was hij aanvoerder van het contigent uit Franken tijdens de slag op het Lechveld. Volgens de kronieken van Corvey heeft Koenraad in een rustig moment van de slag zijn wapenrusting losgemaakt om wat koelte te krijgen (het was hoogzomer) waarna hij prompt door een pijl in de keel werd geraakt en stierf. Omdat Koenraad sneuvelde op de dag van de heilige Laurentius van Rome, zijn in de omgeving van Speyer in zijn nagedachtenis een groot aantal kerken aan Laurentius gewijd. Koenraad is begraven in de dom van Worms.

Koenraad was een zoon van graaf Werner en een onbekende dochter van Koenraad de Oudere, en dus neef van koning Koenraad I van Franken. Hij was gehuwd met Liutgard van Saksen (Magdeburg, 931 - 18 november 953), dochter van koning Otto en Editha van Wessex. Liutgard ligt begraven in het Sint-Albanusklooster in Mainz. Koenraad en Liutgard kregen een zoon: Otto I van Karinthië (-1004).
Kind van Liutgard en Koenraad:
1 Otto van Worms van Karinthië, geboren omstreeks 948. Volgt 568.
568 Otto van Worms van Karinthië is geboren omstreeks 948, zoon van Koenraad de Rode Van Lotharingen en Liutgard Van Saksen (zie 567). Otto is overleden op zaterdag 4 november 1004, ongeveer 56 jaar oud. Hij is begraven in Bruchsal.
Notitie bij Otto: Otto erfde de graafschappen van zijn vader en voegde daar nog een aantal ambten aan toe: hij was graaf van de Speyergau, Wormsgau, Elsenzgau, Kraichgau, Enzgau, Pfinzgau, Ufgau en de Nahegau. Otto was een trouwe vazal van Otto II en Otto III. In 978 kwam de positie van hertog van Karinthië en markgraaf van Verona beschikbaar omdat Hendrik III van Beieren deze ambten had verspeeld door deel te nemen aan een opstand tegen Otto II. Otto van Worms werd toen door Otto II tot hertog van Karinthië en markgraaf van Verona benoemd. In ruil daarvoor moest hij echter de meeste van zijn andere ambten, en een aantal persoonlijke bezittingen opgeven. Otto stichtte in deze periode een klooster in Pörtschach am Wörthersee, gewijd aan Sint-Lambertus. In 983 volgde echter een verzoening met Hendrik (mogelijk in verband met de koningskeuze van Otto III), en moest Otto van Worms zijn functies weer afstaan ten gunste van Hendrik. Otto werd ruimhartig gecompenseerd met bezittingen en functies in de omgeving van Worms, en mocht zich "hertog van Worms" noemen.

In 987 stichtte Otto nog een klooster dat aan Sint-Lambertus was gewijd. Ook was hij voogd van de abdij van Hornbach (stad) en van de proosdij Wissembourg. Hij maakte misbruik van zijn macht als voogd, en de minderjarigheid van Otto III, door zich grote bezittingen van deze kloosters toe te eigenen. In 993 (een jaar voordat Otto III meerderjarig zou worden) liet hij de bezittingen die hij zo had verworven nog expliciet bevestigen door de regentes Adelheid. Otto vergrootte zijn bezit ook door ontginningen te bevorderen.

In 995 werd Otto wederom tot markgraaf van Verona benoemd, als opvolger van de overleden Hendrik II van Beieren (hertog). Otto’s zoon Bruno werd benoemd tot paus Gregorius V, kroonde Otto III als keizer en overleed binnen drie jaar na zijn benoeming - nog geen 30 jaar oud. Otto werd de belangrijkste adviseur en bestuurder van het rijk in Italië en trad regelmatig op als gevolmachtigde van de koning. Op 14 oktober 1001 was hij voorzitter van een keizerlijke hoorzitting in Pavia (stad).

In 1002 werd Otto als kandidaat-koning voorgedragen door Hendrik IV van Beieren. Dit lijkt een politieke zet van Hendrik te zijn die zo eerst de tegenkandidaat Ludolf van Brauweiler de wind uit de zeilen kon nemen: Ludolf en Otto behoorden allebei tot de naaste verwanten van het keizerlijk huis (Hendrik stond een graad verder in de verwantschap) maar terwijl Otto een gerespecteerd en ervaren bestuurder en veldheer was, was Ludolf nog een kleuter. Aan de andere kant hadden Ludolf en zijn familie beduidend meer bezittingen dan Otto dus het was maar de vraag of hij een uitverkiezing had kunnen doorzetten. Toen Otto wezenlijke steun had verworven voor zijn kandidatuur, trad hij terug en droeg zijn kandidatuur over op Hendrik. In ruil daarvoor kreeg Otto het hertogdom Karinthië maar moest daarvoor wel zijn bezittingen in Worms ruilen tegen Bruchsal.

In 1003 leidde Otto een veldtocht tegen markgraaf Arduin van Ivrea, maar moest zich zonder succes terugtrekken omdat Arduin de Alpenpassen tegen hem kon behouden. In 1004 nam hij deel aan de Italiaanse veldtocht van koning Hendrik en versloeg hij de Italiaanse troepen bij Primolano.
Heerlijkheid:
hertog van Karinthië en markgraaf van Verona
Otto trouwde met Judith van Beieren. Judith is geboren omstreeks 955. Judith is overleden in 991, ongeveer 36 jaar oud. Zij is begraven in Sint Petersdom in Worms.
Notitie bij Judith: Zij kregen de volgende kinderen:

Hendrik van Speyer, de vader van Koenraad II
Bruno (-999)
Koenraad I (-1011)
Willem (-7 november 1047), kapelaan van keizerin Gisela van Zwaben, in 1029 bisschop van Straatsburg. Mogelijk een buitenechtelijk kind van Otto.
569 Otto II van het Heilige Roomse Rijk is geboren in 955, zoon van Otto I de Grote Van Saksen (zie 565) en De heilige Adelheid Van Italie. Otto is overleden op vrijdag 7 december 983 in Rome, 27 of 28 jaar oud. Hij is begraven in het atrium van Sint-Pietersbasiliek Rome.
Notitie bij Otto: Otto werd opgevoed door zijn ooms, de aartsbisschoppen van Keulen en Mainz. Hierdoor had hij een goede opleiding en een belangstelling voor wetenschap en theologie. Om zijn opvolging te waarborgen liet Otto I zijn zoon Otto II al tijdens zijn leven kronen:

961: medekoning van Italië
962: medekoning van Duitsland
967: medekeizer
Op 14 april 972 huwde hij de Byzantijnse prinses Theophanu, nicht van keizer Johannes I Tzimiskes. In 973 volgde Otto zijn vader na diens overlijden op als koning van Duitsland en Italië, en hertog van Saksen. Op eerste kerstdag van dat jaar werd hij te Rome opnieuw gekroond tot keizer.

Duitsland
De eerste periode van zijn regering gaf Otto prioriteit aan het verzekeren van zijn machtspositie in Duitsland en de conflicten met de buurstaten van Duitsland.

Allereerst werd Otto geconfronteerd met een opstand in Lotharingen die met Franse steun werd geleid door de broers Reinier IV van Henegouwen en Lambert I van Leuven. In eerste instantie wist hij de opstand nog te onderdrukken maar in 976 besloot Otto om na een onbesliste veldslag bij Bergen vrede te sluiten met de broers en hen weer de graafschappen van hun vader te geven.

In 974 kwam Otto in conflict met zijn neef Hendrik II van Beieren toen Burchard III van Zwaben overleed. Hendrik was beloofd dat hij dan hertog van Zwaben zou worden maar Otto gaf de titel aan een andere neef: Otto I van Zwaben. De moeder van Hendrik, Judith van Beieren, organiseerde een samenzwering tegen de keizer, waaraan werd deelgenomen door bisschop Abraham van Freising, de Hertog van Bohemen, Polen en verschillende leden van de clerus en de adel, die ontevreden waren over het beleid van de vorige keizer, Otto I de Grote. Het plan werd echter ontdekt en relatief gemakkelijk onderdrukt. In hetzelfde jaar konden Otto’s troepen met succes een poging van Harald I van Denemarken om het Saksische juk af te werpen verijdelen. In 975 mislukte Otto’s expeditie tegen Bohemen doordat er problemen in Beieren uitbraken, waardoor Bohemen en Polen praktisch onafhankelijk waren. Het volgende jaar dwong Otto Hendrik om te vluchten naar Bohemen. Otto gaf de hertogstitel van Beieren aan Otto van Zwaben, maar maakte Oostenrijk en Karinthië los van Beieren en maakte er zelfstandige hertogdommen van. Ook onttrok hij de zeggenschap over het bisdom van Praag aan het aartsbisdom van Regensburg en gaf het aan het aartsbisdom van Mainz. In 977 onderdrukte hij het verzet in Beieren, met de verovering van Passau, en Bohemen. In 979 sloot Otto ook vrede met Polen.

In 977 gaf bood hij zijn neef Karel van Neder-Lotharingen toevlucht toen die uit Frankrijk was verbannen en maakte hem hertog van Neder-Lotharingen. Hierdoor kwam hij in conflict met koning Lotharius van Frankrijk die zelfs voor korte tijd Aken wist te bezetten. Otto kon met zijn gezin op tijd uit Aken ontsnappen maar Lothar kon waardevolle schatten buitmaken. In september 978 sloeg Otto terug. Met een leger van 30.000 man viel Otto de West-Frankische gebieden binnen. Hij ontmoette weinig weerstand, maar ziekte onder zijn troepen dwong hem een begonnen beleg van Parijs op te geven. Op de terugreis werd de achterhoede van zijn leger verslagen bij het oversteken van de Aisne. De bagagetrein met alle buit viel in handen van de West-Franken. Otto’s moeder, Adelheid , die ook schoonmoeder van Lotharius was, brak met Otto en trok naar haar familie in Bourgondië. Tijdens een bespreking in 980 te Margut, sloot Otto vrede met Lotharius die afzag van Lotharingen. In ruil daarvoor erkende Otto II de rechten van de zoon van Lotharius, Lodewijk V van Frankrijk op de West-Frankische troon. Hugo Capet was bang dat hij het nieuwe doelwit van Otto zou worden en investeerde veel in de relaties met Otto (hij zou hem zelfs in Rome bezoeken), Theophanu en Adelheid.

Hij was beschermheer van de Sint-Baafsabdij te Gent.

Italië
Nadat al deze verwikkelingen vanuit zijn perspectief tot een redelijk goed einde waren gebracht voelde Otto II zich nu vrij om naar Italië te reizen. De regering van Duitsland vertrouwde hij toe aan de aartskanselier Willigis en aan hertog Bernhard I van Saksen. Hij werd op zijn reis vergezeld door zijn vrouw, zijn zoon, Otto van Beieren en Zwaben, de bisschoppen van Worms, Metz en Merseburg en tal van andere grafen en baronnen. Hij stak in het hedendaagse Zwitserland de Alpen over. In Pavia verzoende hij zich met zijn moeder, waarna hij in 980 de Kerst vierde in Ravenna.

Otto had de ambitie om orde te heretsllen in het gehele vasteland van Italië en het te onderwerpen aan zijn koningschap. Hij begon met Rome, waar na het overlijden van zijn vader een anarchie was ontstaan. Paus Benedictus VI, die nog door zijn vader was gekozen, werd door de Romeinse burgerij gevangen gehouden in Castel Sant’Angelo, waar hij in 974 stierf. Zijn opvolger Bonifatius VII was naar Constantinopel gevlucht en Benedictus VII, de voormalige bisschop van Sutri, was nu paus. Voorafgegaan door Benedictus VII trad Otto II op Paasdag plechtig Rome binnen. Otto hield in Rome een schitterend hof, dat werd bijgewoond door vorsten en edelen uit alle delen van West-Europa. Tijdens een feestmaal in het Vaticaan werden alle opstandige edelen uitgenodigd, er werd een lijst met namen voorgelezen en alle personen op de lijst werden door soldaten meegenomen en buiten gedood. Otto wordt daarom in Italië ook “de Bloedige” genoemd.

Nadat hij zijn gezag in Rome had hersteld, trok Otto in september 981 naar het zuiden. Het zuiden van Italië was een politieke en militaire lappendeken waar het Byzantijnse Rijk, de Saracenen en onafhankelijke vorsten van Langobardische herkomst elkaar voortdurend bevochten. Otto belegerde Manso I van Amalfi tevergeefs in Salerno, maar verkreeg uiteindelijk wel de erkenning van zijn gezag van alle Langobardische vorstendommen in Zuid-Italië. In januari 982 marcheerden Duitse troepen naar de Byzantijnse gebieden en veroverden Bari en Tarente. Otto leed echter een zware nederlaag tegen de Saracenen in de slag van Crotone en moest zich terugtrekken naar het noorden. Via Rome trok hij naar Verona. Op een rijksdag daar in juni 983, die voornamelijk door Noord-Italiaanse vorsten werd bijgewoond, liet hij zijn jonge zoon Otto III als koning van Duitsland bevestigen en bereidde hij een nieuwe campagne tegen de Saracenen voor. Hij sloot een akkoord met de Republiek Venetië, waarvan hij hard hulp nodig had na de nederlaag bij Crotone. In Rome bewerkstelligde Otto de uitverkiezing van Peter van Pavia als Paus Johannes XIV.

Net toen het nieuws van een algemene opstand van de Slavische stammen aan de oostelijke grens van het Oost-Frankische rijk hem bereikte, stierf hij op 7 december 983 in zijn paleis in Rome - nog geen 30 jaar oud. Otto leed aan malaria en had zichzelf extra verzwakt door een veel te grote dosis van een laxeermiddel te nemen. Otto werd begraven in het atrium van Sint-Pietersbasiliek. Toen deze kerk werd herbouwd werden zijn resten overgebracht naar de crypte, waar zijn graf nog steeds is te zien.
Heerlijkheid:
hertog der Saksen, koning van Duitsland en Italië en keizer van het Heilige Roomse Rijk.
Otto trouwde met Theophanu Van Byzantium. Theophanu is geboren omstreeks 960 in Constantinopel. Theophanu is overleden op maandag 15 juni 991 in Nijmegen, ongeveer 31 jaar oud.
Notitie bij Theophanu: was een prinses van hoge Byzantijns , een (aangetrouwde) nicht van de Byzantijnse keizer Johannes I Tzimiskes. Op 14 april 972 huwde zij op ongeveer twaalfjarige leeftijd met Otto II en werd zodoende keizerin van Heilige Roomse Rijk. Na de dood van Otto II werd zij regentes voor haar zoon Otto III.

Otto I had voor zijn zoon, Otto II, om een Byzantijnse prinses gevraagd om zo op passende wijze een verdrag te verzegelen tussen het Heilige Roomse Rijk en het Byzantijnse Rijk. Een onverstandige verwijzing door de paus in een brief aan de keizer van Constantinopel, waarin hij deze als "Grieks", in plaats van als "Romanoi" bestempelde, net toen Otto’s ambassadeur, Liutprand van Cremona, aan het Byzantijnse hof verbleef, had de eerste ronde van de onderhandelingen tot een abrupt einde gebracht. Maar na de kroning van een nieuwe keizer konden de onderhandelingen eerste worden hervat en vervolgens tot een goed einde worden gebracht. Theophanu arriveerde in 972 stipt op tijd, in grootse stijl en vergezeld van grote rijkdommen in Ravenna. Volgens de kronikeur Thietmar van Merseburg was Theophanu echter niet de virgo desiderata (gewenste maagd), een echte keizerlijke prinses, die het Saksische gezelschap verwachtte. Theophanu staat in het huwelijkscontract beschreven als de neptis (nicht) van keizer Johannes I Tzimiskes (??????? ? ?s?µ?s???). Theophanu was een dochter van Konstantinos Skleros (???sta?t???? S??????) was, een broer van de valse keizerkandidaat Bardas Skleros (???da? S??????) en dat haar moeder Sophia Phokaina (S?f?a F??a??a) was, een nicht van keizer Nikephoros II (????f???? ??). Haar vader’s zuster, Maria Skleraina (?a??a S????a??a), was de eerste echtgenote van Tzimisces. Conclusie luidt derhalve dat Theophanu een aangetrouwd familielid van de Byzantijnse keizerlijke families was en dat zij van Armeense afkomst was.

Leven als Keizerin
Theophanu kreeg als morgengave nog te veroveren gebieden in Zuid-Italië maar ook vele andere goederen, o.a. Walcheren en bezittingen bij Tiel en de functie van voogd van de abdij van Nijvel. Als bruidsschat bracht ze Capua en Benevento in, ook gebieden die feitelijk nog moesten worden veroverd. Deze regeling rond hun huwelijk zal een belangrijke drijfveer voor Otto zijn geweest in zijn poging om Zuid-Italië te veroveren.

Theophanu vergezelde haar echtgenoot op al diens reizen. Ook ondertekende zij onder haar eigen naam documenten als keizerin. Op 7 december 983 overleed Otto II plotseling. Hij werd begraven in Rome. Drie weken later, met Kerstmis, liet Theophanu hun drie-jarige zoon kronen als Otto III. Zij benoemde zichzelf tot keizerin-regent namens haar zoon. Hertog Hendrik II van Beieren ontvoerde Otto III in het voorjaar van 984, maar werd na enige tijd gedwongen om het kind weer terug te geven aan zijn moeder. Theophanu regeerde samen met haar schoonmoeder Adelheid als regentes met steun van Willigis, de aartsbisschop van Mainz, en Hildebald, de bisschop van Worms. In 986 werd zij gehuldigd door de vorsten van Bohemen en Polen. Het volgende jaar steunde zij de verkiezing van Hugo Capet tot koning van Frankrijk. Ook wist ze in 987 Adelheid uit haar positie als regentes te zetten. Theophanu regeerde nu alleen als "imperatrix". Toen Theophanu in 991 overleed deed Adelhied geen moeite om haar vreugde te verbergen, en verbood herdenkingen voor haar. Omdat Otto III nog een kind was, nam Adelheid het regentschap weer over, totdat Otto III in 996 oud genoeg was om zelf te regeren.

Theophanu werd op haar verzoek begraven in het Pantaleonklooster in Keulen, dat ze had begunstigd. Ze had relieken van Albanus van Engeland naar het klooster laten brengen voor een altaar waarbij haar graf zou komen.

Albert van Metz beschrijft Theophanu als een onaangename, spraakzame vrouw. Theophanu werd ook bekritiseerd om haar decadentie, die tot uiting kwam dat zij zich eens per dag baadde en dat zij een voorliefde had voor luxe kleding en sieraden. Ze wordt gezien als de persoon die de vork in West-Europa invoerde - kronikeurs maken melding van de verbazing die zij veroorzaakte toen ze gebruik maakte van een "tweetandige gouden vork" om voedsel naar haar mond te brengen, dit in plaats van hiervoor haar handen en vingers te gebruiken, zoals toentertijd de norm was. De theoloog Petrus Damiani beweert zelfs dat Theophanu een affaire zou hebben gehad met John Philagathos, een Griekse monnik uit Zuid-Italië, die korte tijd regeerde als de tegenpaus Johannes XVI.

De kronikeur van Thietmar van Merseburg loofde haar als volgt:

"Hoewel [Theophanu] van het zwakke geslacht was, bezat zij de eigenschappen matigheid, betrouwbaarheid en goede omgangsvormen. Op deze manier beschermde zij met mannelijke waakzaamheid de koninklijke macht voor haar zoon, vriendelijk voor al diegenen die eerlijk waren, maar met angstaanjagende superioriteit tegen rebellen."
Kinderen van Otto en Theophanu:
1 Adelheid van het Heilige Roomse Rijk. Adelheid is overleden.
Notitie bij Adelheid: non in de abdij van Quedlinburg en tijdens zijn opstand ontvoerd door Hendrik II van Beieren. In 999 abdis van Quedlinburg, 1014 van Gernrode en in 1039 van de abdij van Gandersheim
2 Sophia van het Heilige Roomse Rijk, geboren in oktober 975. Sophia is overleden in januari 1039, 63 jaar oud.
Notitie bij Sophia: opgevoed in de abdij van Gandersheim waar ze non werd, 1002 abdis van Gandersheim en in 1012 ook abdis van Sticht Essen
3 Mathilde van het Heilige Roomse Rijk, geboren in 979. Volgt 570.
4 Otto III van het Heilige Roomse Rijk, geboren in juli 980 in Kessel, Reichswald. Otto is overleden op zaterdag 24 januari 1002 in Castel Paterno bij Faleria, 21 jaar oud.
Notitie bij Otto: Hij werd tot Duits koning verkozen in 983, bij het overlijden van zijn vader. Tijdens zijn minderjarigheid was zijn moeder tot haar dood in 991 regent. Vervolgens was zijn grootmoeder Adelheid van Italië regent tot bij zijn meerderjarigheid in 994. Otto zorgde er voor dat zijn neef Bruno van Karinthië, een zoon van Otto I van Karinthië tot paus werd verkozen als paus Gregorius V, de eerste Duitse paus. Deze kroonde hem tot keizer in 996. Otto stierf ongehuwd en zonder nakomelingen.
570 Mathilde van het Heilige Roomse Rijk is geboren in 979, dochter van Otto II van het Heilige Roomse Rijk (zie 569) en Theophanu Van Byzantium. Mathilde is overleden in 1025 in Echtz, 45 of 46 jaar oud.
Notitie bij Mathilde: Hij is de stamvader van de Ezzonen.

Leven
Ezzo volgde zijn vader Herman van Lotharingen op als paltsgraaf van Lotharingen en graaf van de Auelgau en de Bonngau. Hij woonde op de Tomburg, een kasteel bovenop een vulkanische rots, in de omgeving van Rheinbach. Door zijn controle over de handel langs de Rijn verwierf hij grote rijkdom, en leefde hij voortdurend op gespannen voet met de bisschoppen van Keulen. Hij trouwde in het voorjaar van 991 met Mathilde (979 – Echtz, 4 november 1025), een zuster van koning Otto III. Mathilde was van jongsafaan opgevoed in het Sticht Essen, vermoedelijk om daar later abdis te worden. Haar huwelijk met Ezzo was vermoedelijk een politiek huwelijk, om Ezzo’s steun voor het koningschap van de minderjarige Otto te verzekeren. Mathildes bruidsschat omvatte grote bezittingen in Thüringenen en Franken.

Na de dood van Otto III probeerde Ezzo om zijn zoon Liudolf tot koning te laten kiezen. Door de listige politiek van zijn tegenstanders lukte dat niet en werd Hendrik II in 1002 tot koning gekozen. Hendrik bepaalde dat Mathildes bruidsschat terugviel aan de keizer. Hierdoor begon een langdurige vete tussen Hendrik en Ezzo. In 1012 werd die beslecht doordat Ezzo Hendrik versloeg bij Odernheim. Er werd een regeling getroffen waardoor Ezzo grote bezittingen bij Duisburg, Saalfeld en Kaiserswerth verwierf.

In 1024 stichtten Ezzo en Mathilde de abdij van Brauweiler waar beiden na hun dood werden bijgezet. Toen Mathilde in 1025 overleed, was de kloosterkerk van Brauweiler nog in aanbouw, haar begrafenisdienst werd daarom in een tent gehouden. Ezzo zou zijn overleden aan een ziekte, waarmee hij door een minnares zou zijn besmet.

Het is opmerkelijk dat 8 kinderen van Ezzo abt of abdis werden, en dat bijna allemaal van oude en rijke kloosters die traditioneel sterke banden hadden met de Frankische en Duiste koningen. Dit onderstreept nog een keer de bijzondere machtspositie van Ezzo
Heerlijkheid:
paltsgraaf van Lotharingen en de machtigste edelman van Duitsland
Mathilde trouwde met Ezzo Van Lotharingen. Ezzo is geboren omstreeks 955, zoon van Herman de Zwakke Van Lotharingen en Heilwig van Dillingen. Ezzo is overleden op donderdag 21 maart 1034 in Saalfeld/Saale, ongeveer 79 jaar oud.
571 Richlinde Van Saksen is geboren na 955, dochter van Otto I de Grote Van Saksen (zie 565) en De heilige Adelheid Van Italie. Richlinde is overleden na zaterdag 1 november 1007. Richlinde trouwde met Koenraad I (ook Kuno van Öhningen) Van Zwaben. Koenraad is geboren omstreeks 940. Koenraad is overleden op vrijdag 20 augustus 997, ongeveer 57 jaar oud.
Notitie bij Koenraad: Hij koos Straatsburg als zijn hoofdstad. Koenraad was een belangrijke bondgenoot van de keizerin-weduwe Theophanu en keizerin-moeder Adelheid en steunde de verkiezing van Otto III. Als dank voor zijn steun werd hij kamerheer van Otto III en hij kreeg sterke positie in de Elzas.

Koenraads afkomst is niet met zekerheid bekend. De belangrijkste theorieën zijn dat hij een zoon is van Udo van de Wetterau of van diens achterneef Koenraad (ovl. 982), graaf van de Lobdengau en voogd van Schwarzach am Main. In beide gevallen is hij een nakomeling van Udo (graaf van Lahngouw).

Koenraad trouwde met Richlind (ca. 950 - 2 september 1035). Zij was vermoedelijk een dochter van Otto I de Grote en zijn tweede vrouw Adelheid, maar er is ook een theorie dat ze een dochter was van Liudolf van Zwaben, Otto’s zoon uit zijn eerste huwelijk, en Ida van Zwaben. Aan Koenraad en Richlind zijn een groot aantal kinderen toegeschreven. De onzekerheid wordt veroorzaakt doordat in aktes edelen alleen met hun voornaam worden genoemd en het niet altijd duidelijk is of een Koenraad of Kuno als Koenraad I van Zwaben is te identificeren. Van de kinderen die hieronder genoemd worden, is echter alleen Herman met volledige zekerheid een kind van Koenraad en Richlind:

Ekbert, volgens sommige bronnen graaf van Stade
Liutpold
Liutold, mogelijk dezelfde als Liutold (ovl. voor 1044) graaf van Montbéliard en de Elzasser Sundgouw, getrouwd met Willeburg, dochter van Adelbert I van Ivrea en Gerberga van Dijon
Koenraad
Herman II van Zwaben, de enige die volledig zeker zoon van Koenraad en Richlind was
Ita, gehuwd met Rudolf II van Altdorf
Adelia, gehuwd met Vladimir van Kiev
Judith, (ovl. na 1032, begraven in Bouzonville),gehuwd met een graaf van Rheinfelden en in haar tweede huwelijk gehuwd met Adalbert I van Metz
Kunigunde, gehuwd met Frederik I van Diessen
onbekende dochter, getrouwd met Frederik, graaf van de Sundergau en palstgraaf in Zwaben. Een belangrijke adviseur van keizer Hendrik II en tegenstander van hertog Ernst II van Zwaben op de rijksdag van Augsburg (stad) in 1027.
Heerlijkheid:
hertog van Zwaben, graaf van de Wetterau, Rheingau, Lobdengau en de Wingarteiba
Kind van Richlinde en Koenraad:
1 Herman II Van Zwaben, geboren omstreeks 950. Volgt 572.
572 Herman II Van Zwaben is geboren omstreeks 950, zoon van Koenraad I (ook Kuno van Öhningen) Van Zwaben en Richlinde Van Saksen (zie 571). Herman is overleden op dinsdag 4 mei 1003, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Herman: Herman werd in 997 hertog van Zwaben. Hij volgde Otto III op diens Italiaanse veldtocht van 997-999. Als afstammeling van Otto I de Grote wilde hij na de dood van Otto III zelf koning worden maar door het gekonkel van bisschop Willigis van Mainz werd uiteindelijk Hendrik II tot koning gekozen. Herman wilde zich hier niet bij neerleggen maar na enkele schermutselingen koos hij ervoor de koning te erkennen voordat het tot een echte oorlog kwam. Na het overlijden van Herman werd de Elzas van Zwaben bij Opper-Lotharingen gevoegd.
Heerlijkheid:
hertog van Zwaben.
Herman trouwde met Gerberga van Bourgondië. Zie 19 voor persoonsgegevens van Gerberga.
Kind van Herman en Gerberga: zie 19.
573 Hadewich (Hedwig) Van Saksen is geboren omstreeks 914, dochter van Hendrik I de Vogelaar Van Saksen (zie 30) en Sint-Mathildis van Ringelheim Van Saksen. Hadewich is overleden op vrijdag 19 mei 965, ongeveer 51 jaar oud.
Notitie bij Hadewich: Haar geboortejaar is niet precies bekend. Wel is bekend dat zij jonger is dan haar broer Otto (die geboren is in 912) en haar zus Gerberga (geboren 914) en ouder dan haar broer Hendrik, die vermoedelijk in 921 werd geboren
Hadewich trouwde, ongeveer 23 jaar oud, op donderdag 14 september 937 met Hugo de Grote Van Frankrijk, 39 of 40 jaar oud. Hugo is geboren in 897 in Fontaines-en-Sologne. Hugo is overleden op maandag 16 juni 956 in Dourdan, 58 of 59 jaar oud.
Notitie bij Hugo: Hij was in zijn tijd de machtigste edelman in Frankrijk. Hij weigerde tot driemaal toe om koning te worden maar gaf er de voorkeur aan om zwakkere koningen op de troon te plaatsen en direct zijn eigen belangen te kunnen behartigen.

Hugo was de zoon van Robert I van Frankrijk en Beatrix van Vermandois. Na het overlijden van zijn vader in de Slag bij Soissons in 923, werd hem de kroon aangeboden maar Hugo weigerde en zijn zwager Rudolf I van Frankrijk werd toen tot koning gekozen. Hugo was toen markgraaf van Bretagne, graaf van Parijs, Troyes, Orléans, en lekenabt van Saint-Denis, Saint-Germain-des-Prés, Marmoutier, Saint-Martin te Tours, Carmery, Villeloin. In de volgende jaren werd hij hertog van Neustrië en verwierf hij ook nog de graafschappen Autun, Auxerre, Nevers, Sens, Chalon en Mâcon. Na het kinderloos overlijden van Rudolf in 936 weigerde Hugo opnieuw de kroon maar vroeg Lodewijk IV van Frankrijk, die als kind door zijn moeder in Engeland in veiligheid was gebracht, om koning te worden. Hugo bedong voor zichzelf natuurlijk een positie van uitzonderlijke macht en invloed, onder de nieuwe koning. In 938 werd hij benoemd tot mede-hertog van Bourgondië.

Daarna kwam Hugo in conflict met Lodewijk, die probeerde een zelfstandige positie als koning te verwerven. Hugo sloot in 940 een bondgenootschap met Herbert II van Vermandois en met Willem I van Normandië, tegen Lodewijk. Ze belegerden Reims en versloegen Lodewijk toen die probeerde om de stad te ontzetten. In plaats van Lodewijk erkenden ze Otto I de Grote als koning. Uiteindelijk werd er in 942 te Visé een vrede bemiddeld door Otto en zijn zuster Gerberga van Saksen, die met Lodewijk was getrouwd. Toen de Normandiërs Lodewijk in 945 gevangennamen, droegen ze hem over aan Hugo. En die liet Lodewijk pas in 946 vrij toen die de stad Laon aan hem had afgestaan. In dat jaar gebruikte Hugo de dood van Herbert II van Vermandois om diens erfenis te versnipperen over diens kinderen, zodat geen van hen meer zo machtig zou kunnen worden als hun vader. De Universele Synode van Ingelheim dreigde Hugo in 948 met excommunicatie als hij Lodewijk niet zou compenseren. De excommunicatie is ook een korte tijd daadwerkelijk uitgesproken maar Lodewijk kreeg Laon terug en geleidlijk verzoenden Hugo en Lodewijk zich met elkaar. Na het overlijden van Lodewijk in 954 weigerde Hugo opnieuw de kroon maar steunde het regentschap van Gerberga. In ruil daarvoor werd Hugo tot hertog van Bourgondië en Aquitanië benoemd. Een expeditie naar Aquitanië om zijn gezag als hertog te vestigen mislukte, maar Bourgondië erkende hem wel als hertog.

Hugo was in zijn eerste huwelijk getrouwd met Judith, dochter van Rogier van Maine. In zijn tweede huwelijk was hij getrouwd met Eadhild, een zuster van koning Athelstan van Engeland
Kind van Hadewich en Hugo:
1 Beatrix CAPET, geboren in 938. Volgt 574.
574 Beatrix CAPET is geboren in 938, dochter van Hugo de Grote Van Frankrijk en Hadewich (Hedwig) Van Saksen (zie 573). Beatrix is overleden na 1003, minstens 65 jaar oud.
Notitie bij Beatrix: Een van haar broers was Hugo Capet, die koning van Frankrijk zou worden. Ze hoorde dus tot de hoogste adel van West-Europa. In 951 werd ze verloofd met Frederik, die als belangrijke edelman in Opper-Lotharingen een waardevolle alliantie voor haar vader was. Ze trouwden in 954 of 955 toen Beatrix meerderjarig werd. Als bruidsschat bracht ze de Lotharingse bezittingen (o.a. Saint-Mihiel) van de abdij van Saint Denis in Parijs mee. Dit vormde de kern van het latere graafschap Bar.

Na het sneuvelen van haar man in 976 tegen Lotharius van Frankrijk was ze regentes voor haar minderjarige zoon Diederik en noemt zichzelf “dux” (hertog). Ze koos partij tegen Lotharius en voor de keizerin-weduwe Theophanu en keizerin-moeder Adelheid. Daardoor werd ze automatisch tegenstander van hertog Hendrik II van Beieren. Haar steun aan Otto III was doorslaggevend voor zijn keuze tot koning. Als tegenprestatie werd haar zoon Adalbero tot bisschop van Metz benoemd. Beatrix voerde een actieve diplomatie naar het keizerlijk hof en West-Francië en speelde een belangrijke rol in de vreedzame oplossing van de opstand van Hendrik van Beieren (die zijn hertogdom behield) en de oorlog met Lotharius. In 985 bereikt ze via haar broer Hugo de vrijlating van haar zoon Diederik die in Verdun gevangen was genomen. In 987 trad ze terug als regentes en werd Diederik hertog van Opper-Lotharingen. In de praktijk hield ze nog veel macht in handen en hierdoor ontstond een conflict met haar zoon, Diederik. Die heeft haar zelfs opgesloten in een abdij om zo de werkelijke overdracht af te dwingen, maar onder druk van de paus moest hij haar weer vrijlaten.

Beatrix voerde een correspondentie met Gerbert van Auriallac, een bekende wetenschapper en geestelijke, die later als Silvester II paus zou worden. Naast Diederik en Adalbero kregen Frederik en Beatrix nog een zoon Hendrik, die ca. 975 is overleden.
Heerlijkheid:
vanaf 978 tien jaar lang regentes van Opper-Lotharingen
Beatrix trouwde, 16 of 17 jaar oud, in 955 met Frederik I Van Lotharingen, 42 of 43 jaar oud. Frederik is geboren in 912. Frederik is overleden op maandag 17 juni 978, 65 of 66 jaar oud.
Notitie bij Frederik: Frederik was graaf van Bar (door een bezittingenruil met de bisschop van Toul), Chaumontois, Charpeigne (in de Ardennen), Soulossois, en burggraaf van Metz. Hij bouwde een burcht over de grens van West-Francië waaruit hij rooftochten hield. Frederik werd gedwongen dit kasteel weer af te breken en bouwde toen een burcht in Bar. Als hertog hield hij zich vooral bezig met het bedwingen van opstandige vazallen. Frederik bevorderde kloosterhervormingen in Saint-Dié en Moyenmoutier. Hij sneuvelde in gevechten tegen koning Lotharius van Frankrijk die probeerde om Lotharingen te veroveren.
Heerlijkheid:
was de eerste hertog van Opper-Lotharingen, vanaf 959 tot zijn dood, ter ondersteuning van aartsbisschop Bruno de Grote van Keulen die ook hertog van geheel Lotharingen was
Kinderen van Beatrix en Frederik:
1 Hendrik Van Lotharingen. Hendrik is overleden omstreeks 975.
2 Adalbero II van Metz, geboren omstreeks 958. Adalbero is overleden op vrijdag 14 december 1005, ongeveer 47 jaar oud. Hij is begraven in de kerk van de Sint-Symforianusabdij in Metz.
Notitie bij Adalbero: Adalbero voltooide zijn opleiding in de abdij van Gorze waar hij onderricht kreeg van zijn oom, bisschop Adalbero I van Metz. Hij was voorbestemd om bisschop van Verdun te worden maar in 983 werd Hugo II verkozen. Het jaar nadien trad deze laatste af en werd Adalbero toch benoemd tot bisschop van Verdun.

Na de dood van bisschop Diederik van Metz werd Adalbero op 16 oktober 984 verkozen tot bisschop van Metz en trad hij in de voetsporen van zijn oom. Het bisdom Verdun liet hij over aan een familielid, Adalbero die de zoon was van Godfried van Verdun.

Als bisschop van Metz ijverde Adalbero voor de hervormingen van de kloosters en abdijen en in het bijzonder deze van Cluny. Hij bouwde de Sint-Symforianusabdij in Metz opnieuw op. Zijn bisschoppelijk paleis werd bij zware ziektes ingericht als hospitaal waar hij zelf de zieken verzorgde.

Adalbero nam deel aan de synodes van Mainz (in 1004) en van Aken (in 1005) waar hij koning Hendrik II steunde.

In mei 1005 kreeg Adalbero, op weg naar zijn broer Diederik I van Lotharingen, een beroerte waardoor hij deels verlamd was geworden. Op 14 december van datzelfde jaar stierf hij aan de gevolgen hiervan.
Heerlijkheid:
bisschop van Verdun in 984 (als Adalbero I) en van 984 tot aan zijn dood bisschop van Metz (als Adalbero II).
3 Diederik I Van Lotharingen, geboren omstreeks 965. Volgt 575.
575 Diederik I Van Lotharingen is geboren omstreeks 965, zoon van Frederik I Van Lotharingen en Beatrix CAPET (zie 574). Diederik is overleden op dinsdag 11 april 1027, ongeveer 62 jaar oud.
Notitie bij Diederik: Tot 987 was zijn moeder regentes, ondanks dat Diederik toen al minstens 20 moet zijn geweest en volgens de gewoonten van die tijd was een vorst met 16 meerderjarig en in staat om zelfstandig te regeren. Diederik zou volgens geruchten zijn moeder hebben vergiftigd om zijn vrijheid te krijgen.

In 985 belegerde hij Verdun dat door Franse troepen was bezet en werd daarbij gevangengenomen. Hij werd vrijgelaten maar enige tijd later zwaargewond gevangengenomen door paltsgraaf Ezzo van Lotharingen in het conflict tussen keizer Hendrik II en de Luxemburgers over Metz. Diederik werd in Ezzo’s kasteel Tomburg opgesloten en moest zich voor een groot bedrag vrijkopen. Ook werd Diederik nog een keer door de Bourgondiërs gevangengenomen. Hij voerde wel een succesvolle campagne in de Champagne tegen Odo II van Blois toen die de stad Toul aanviel. In 1024 maakte Diederik op tijd de keuze voor koning Koenraad II en behield zo zijn titels. In de laatste jaren van zijn bestuur deelde hij zijn taken met zijn zoon Frederik maar die overleed al in 1026, voor Diederik.
Heerlijkheid:
hertog van Lotharingen en graaf van Bar van 978 tot 1027
Diederik trouwde met Richildis von Blieskastel. Richildis is geboren omstreeks 965. Richildis is overleden in 995, ongeveer 30 jaar oud.
Kind van Diederik en Richildis:
1 Frederik II Van Opper-Lotharingen, geboren omstreeks 995. Volgt 576.
576 Frederik II Van Opper-Lotharingen is geboren omstreeks 995, zoon van Diederik I Van Lotharingen (zie 575) en Richildis von Blieskastel. Frederik is overleden in 1026, ongeveer 31 jaar oud.
Notitie bij Frederik: Vanaf 1019 deelde hij bestuurlijke taken met zijn vader.
Bij de dood van keizer Hendrik II in 1024 kwam hij samen met hertog Ernst van Zwaben in opstand tegen de nieuwe koning en latere keizer Koenraad II, met wie zij zich echter al spoedig verzoenden. Frederik stierf kort daarna; omdat hij eerder stierf dan zijn vader, heeft hij die nooit opgevolgd als hertog van Opper-Lotharingen. Zijn zoon Frederik III zou dat wel doen.
Frederik trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1015 met Mathilde Van Zwaben, ongeveer 27 jaar oud. Zie 20 voor persoonsgegevens van Mathilde.
Kind van Frederik en Mathilde: zie 20.
577 Hendrik I van Beieren is geboren omstreeks 919 in Nordhausen, zoon van Hendrik I de Vogelaar Van Saksen (zie 30) en Sint-Mathildis van Ringelheim Van Saksen. Hendrik is overleden op donderdag 1 november 955 in Pöhlde, ongeveer 36 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Samen met Liudolf van Zwaben en Koenraad de Rode, revolteerde hij tegen zijn broer Otto I, maar zij werden verslagen en Hendrik diende te vluchten naar het hof van Lodewijk IV van Frankrijk. Later verzoenden Hendrik en Otto zich en Hendrik kreeg in 939 het hertogdom Lotharingen toegewezen, maar moest dit al het jaar nadien terug opgeven. Door zijn huwelijk met Judith, dochter van Arnulf I van Beieren, werd hij in 948 hertog van Beieren. Hij breidde het hertogdom uit door oorlogen met Hongarije en door de verovering van Friuli. In 952 werd hij ook markgraaf van Verona.
Hendrik trouwde met Judith van Beieren. Judith is geboren in 925. Judith is overleden op dinsdag 29 juni 986, 60 of 61 jaar oud.
Notitie bij Judith: Ze was de oudste dochter van Arnulf de Boze van de Beieren en Judith van Sülichgau.

Ze was de echtgenote van Hendrik I van Beieren, en door haar huwelijk trad het hertogdom Beieren toe tot het groeiende Heilige Roomse Rijk. Hun zoon was Hendrik II van Beieren (bijgenaamd de ruziezoeker), voor wie zij na de dood van Hendrik in 955 als regentes optrad. Behalve Hendrik II had zij ook nog twee dochters; Hedwig, die reeds op haar vijftiende hertogin van Zwaben werd en Gerberga, die abdis van de abdij van Gandersheim werd. Zij maakte een pelgrimstocht naar Jeruzalem,

In 974 was zij betrokken bij een samenzwering tegen de keizer, Otto II van het Heilige Roomse Rijk. Naast haar zoon, Hendrik II van Beieren, deden daar ook bisschop Abraham van Freising, de Hertog van Bohemen, Polen en verschillende anderes leden van de clerus en de adel aan mee, die allen ontevreden waren over het beleid van de vorige keizer, Otto I de Grote. Het plan werd echter ontdekt en relatief gemakkelijk onderdrukt. Na 974 trok Judith van Beieren zich terug in de abdij van Niedermünster in Regensburg, waar zij naast haar man werd begraven.
Heerlijkheid:
hertogin van Beieren
Kinderen van Hendrik en Judith:
1 Hedwig van Beieren. Volgt 578.
2 Gerberga (ook Gerbirg of Gerburg) van Gandersheim, geboren omstreeks 940. Gerberga is overleden op vrijdag 14 november 1001 in Gandersheim, ongeveer 61 jaar oud.
Notitie bij Gerberga: Zij was een nichtje van Otto I de Grote. Zij stamde uit de Beierse tak van de lijn Liudolfingische Ottonen.
Van 959 tot 1001 was zij abdis van de abdij van Gandersheim.
3 Hendrik II de Ruziezoeker van Beieren, geboren in 951. Volgt 579.
578 Hedwig van Beieren, dochter van Hendrik I van Beieren (zie 577) en Judith van Beieren. Hedwig is overleden in 994. Hedwig trouwde met Burchard III Van Zwaben. Zie 28 voor persoonsgegevens van Burchard.
Kinderen van Hedwig en Burchard: zie 28.
579 Hendrik II de Ruziezoeker van Beieren is geboren in 951, zoon van Hendrik I van Beieren (zie 577) en Judith van Beieren. Hendrik is overleden op woensdag 28 augustus 995 in Gandersheim, 43 of 44 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Hij volgde in 955 als 4-jarige zijn vader op als hertog van Beieren en markgraaf van Verona, onder de voogdij van zijn moeder. Hendrik was gehuwd met Gisela (-1006), dochter van Koenraad van Bourgondië. Na rebellie tegen Otto II verloor hij in 976 zijn hertogdom aan Otto I van Zwaben en werd Hendrik onder de voogdij geplaatst van de bisschop van Utrecht. In 985 slaagde hij er in Beieren opnieuw te veroveren en in 989 werd hij ook hertog van Karinthië en markgraaf van Verona.
Hendrik trouwde, ongeveer 21 jaar oud, omstreeks 972 met Gisela van Bourgondië, ongeveer 22 jaar oud. Zie 9 voor persoonsgegevens van Gisela.
Kinderen van Hendrik en Gisela: zie 9.
580 Pippijn is geboren in 777, zoon van Karel de Grote (zie 1) en Hildegard (Houdiard) van Vinzgau. Hij is overleden op maandag 8 juli 810 in Milaan, 32 of 33 jaar oud. Hij is begraven in San Zeno Maggiore te Verona.
Notitie: Vergezelde zijn vader naar Italië, alwaar hij werd gedoopt door paus Hadrianus, bij welke gelegenheid zijn naam Karel werd veranderd in Pippijn. Werd te Rome op 15.4.781 tot koning gekroond. Uit zijn verbintenis (voor 796) met Chrothais, zonder twijfel nauw geparenteerd aan Adelhard van Corbië en diens halfbroer Wala
Heerlijkheid:
koning der Lombarden
Hij trouwde, ten hoogste 19 jaar oud, vóór 796 met Chrothais. Zij is overleden.
Kinderen van Pippijn en Chrothais:
1 Bernard, geboren omstreeks 797. Volgt 581.
2 Adelais, geboren omstreeks 798. Zij is overleden na 810, minstens 12 jaar oud.
3 Adula, geboren omstreeks 800. Zij is overleden na 810, minstens 10 jaar oud.
4 Gundrada, geboren omstreeks 802. Zij is overleden na 810, minstens 8 jaar oud.
5 Berta, geboren omstreeks 805. Zij is overleden na 810, minstens 5 jaar oud.
6 Theodrada, geboren omstreeks 807. Zij is overleden na 810, minstens 3 jaar oud.
581 Bernard is geboren omstreeks 797, zoon van Pippijn (zie 580) en Chrothais. Hij is overleden op zaterdag 17 april 818, ongeveer 21 jaar oud. Hij is begraven in basiliek van Saint-Ambroise in Milaan.
Notitie: komt, opgevoed in een klooster te Fulda, 812 naar Italië en wordt door zijn grootvader Karel de Grote in opvolging van zijn vader Pippijn in september 813 tot (onder)koning van Italië aangesteld; huldigt Lodewijk de Vrome als keizer 814; wanneer deze hem echter bij de z.g. ‘Ordinatio imperii’ van 817 passeert, komt hij met de groten van zijn rijk in opstand; verslagen geeft hij zich in december van dat jaar over te Châlon-sur-Saône; de rijksvergadering veroordeelt hem te Aken tot de dood; wordt echter door Lodewijk de Vrome ‘begenadigd’ tot het ‘uitsteken van zijn ogen’, welke ‘ingreep’ hij niet overleeft, zodat hij (slechts twee of drie dagen na de ingreep) aan zijn wonden 17.4.8 18 overlijdt
Hij trouwde, ongeveer 17 jaar oud, omstreeks 814 met Kunigunde. Zij is overleden op dinsdag 15 juni 835.
Kind van Bernard en Kunigunde:
1 Pippijn, geboren omstreeks 815. Volgt 582.
582 Pippijn is geboren omstreeks 815, zoon van Bernard (zie 581) en Kunigunde. Hij is overleden na 875, minstens 60 jaar oud.
Heerlijkheid:
graaf (ten noorde van de Seine) tussen 834 en 840
Hij trouwde met ???. Zij is overleden.
Kinderen van Pippijn en ???:
1 Cunigundis?. Zij is overleden.
2 Bernard, geboren omstreeks 845. Hij is overleden.
Heerlijkheid:
graaf bij Laon 877-878
3 Pippijn, geboren omstreeks 845. Hij is overleden na zondag 28 januari 893, minstens 48 jaar oud.
Notitie: Hij verbleef in 877 aan het hof van Karel II. Hij zou de vader kunnen zijn van:
a. Bernard, graaf van Beauvais, geb.ca.885, overl. na 10.11.949.
b. [Theoderic], vader van Theoderic, neef van Berbard de Beauvais, vermeld 945.
Heerlijkheid:
graaf (ten noorde van Parijs)
4 Heribert I van Vermandois, geboren omstreeks 850. Volgt 583.
5 ???, geboren omstreeks 875. Zij is overleden na 945, minstens 70 jaar oud.
Notitie: mogelijk identiek met de echtgenote van Wido, graaf van Senlis, en moeder van Bernard, graaf van Senlis, geb. ca. 875, overl. na 945.
583 Heribert I van Vermandois is geboren omstreeks 850, zoon van Pippijn (zie 582) en ???. Heribert is overleden vóór vrijdag 6 november 907, ten hoogste 57 jaar oud.
Notitie bij Heribert: vermoord, in opdracht van graaf Boudewijn II van Vlaanderen; wordt graaf van Soissons, leke-abt van St. Crépin, dan ook graaf van Méaux en Madrie en tenslotte in 896 graaf van Vermandois; kiest aanvankelijk de zijde van Karel de Eenvoudige in diens strijd tegen Odo/Eudes hertog van Francië om de Franse troon, maar verlaat dan om onbekende redenen diens partij; verliest zodoende St. Quentin en Péronne aan Rudolf graaf van Cambrai, broer van Boudewijn II van Vlaanderen, die hij later laat doden; uit bloedwraak geeft Boudewijn opdracht Herbert te vermoorden .
Heerlijkheid:
graaf van Vermandois
Heribert trouwde met Liedgardis?. Zij is overleden.
Kinderen van Heribert en Liedgardis?:
1 Heribert II van Vermandois, geboren omstreeks 880. Volgt 584.
2 Beatrix, geboren omstreeks 880. Volgt 585.
3 Heribert II van Vermandois, geboren omstreeks 885. Volgt 586.
4 Cunegundis, geboren na 1885. Volgt 648.
584 Heribert II van Vermandois is geboren omstreeks 880, zoon van Heribert I van Vermandois (zie 583) en Liedgardis?. Hij is overleden op donderdag 23 februari 943, ongeveer 63 jaar oud. Hij is begraven in St.Quentin.
Notitie: Heribert II van Vermandois trachtte zijn gebied uit te breiden en speelde een rol in de machtstrijd om de Franse koningskroon en in de conflicten met Oost-Francië en Bourgondië aangaande het lot van Lotharingen. Hij sloot allianties die hij net zo gemakkelijk weer verbrak. Ondanks zijn karolingische afstamming koos hij veelal de partij der Robertijnen en hield de karolingische koning Karel III de Eenvoudige na diens afzetting jaren lang gevangen.
Hij trouwde met Adelheid Capet. Zij is geboren omstreeks 890. Zij is overleden omstreeks 931, ongeveer 41 jaar oud.
585 Beatrix is geboren omstreeks 880, dochter van Heribert I van Vermandois (zie 583) en Liedgardis?. Zij is overleden na maart 931, minstens 51 jaar oud. Zij trouwde, ongeveer 15 jaar oud, in 895 met Rodbert, hertog van de Franken. Hij is overleden.
Notitie: gekozen koning der Franken, pion van de Robertingen
586 Heribert II van Vermandois is geboren omstreeks 885, zoon van Heribert I van Vermandois (zie 583) en Liedgardis?. Heribert is overleden op donderdag 23 februari 943, ongeveer 58 jaar oud. Hij is begraven in St.Quentin.
Notitie bij Heribert: tracht zijn machtsgebied uit te breiden; leke-abt van Saint-Médard-de-Soissons en van Saint-Crépin-de-Soissons; graaf van Vermandois, van Méaux, enz.; speelt een rol in de machtstrijd om de Franse koningskroon en in de conflicten met Oost-Francië, Bourgondië, wegens het lot van Lotharingen; sluit met evenveel gemak allianties, die hij dan zo nodig ook weer zonder meer verbreekt; kiest ondanks zijn eigen Karolingische afstamming veelal de partij der Robertijnen; houdt de ongelukkige koning Karel III de Eenvoudige, na diens afzetting, vele jaren gevangen.
Heerlijkheid:
graaf van Vermandois
Heribert trouwde, ten hoogste 22 jaar oud, vóór 907 met Adela Luitgardis van Neustrië, ten hoogste 18 jaar oud. Adela is geboren in 889. Adela is overleden na 1931, minstens 1042 jaar oud.
Kind van Heribert en Adela:
1 Adela Luitgardis van Vermandois, geboren omstreeks 912. Volgt 587.
587 Adela Luitgardis van Vermandois is geboren omstreeks 912, dochter van Heribert II van Vermandois (zie 586) en Adela Luitgardis van Neustrië. Adela is overleden omstreeks 959, ongeveer 47 jaar oud. Zij is begraven in Gent. Adela trouwde met Arnulf I “de Grote” Van Vlaanderen. Zie 657 voor persoonsgegevens van Arnulf.
Kinderen van Adela en Arnulf:
1 Hildegard Van Vlaanderen, geboren omstreeks 936. Volgt 588.
2 Boudewijn III Van Vlaanderen, geboren omstreeks 940. Volgt 622.
588 Hildegard Van Vlaanderen is geboren omstreeks 936, dochter van Arnulf I “de Grote” Van Vlaanderen (zie 657) en Adela Luitgardis van Vermandois (zie 587). Hildegard is overleden omstreeks 779, ongeveer 157 jaar oud.
Notitie bij Hildegard: begraven te Egmond onder dezelfde steen als haar kleinzoon Dirk III

Uit de Rijmkroniek van Holland van Melis Stoke: Dese Dideric goed ende wert had een wijf, heet Hildegaert (’deze goede en brave Diederik had een vrouw die Hildegard heette’).
Hildegard trouwde, ongeveer 14 jaar oud, in 950 met Dirk II Van Holland, ongeveer 18 jaar oud. Dirk is geboren omstreeks 932, zoon van Dirk I Van Holland. Dirk is overleden op zondag 6 mei 988, ongeveer 56 jaar oud. Hij is begraven in Egmond.
Notitie bij Dirk: Hij was een Friese graaf uit de 10e eeuw die tussen 965 en 988 het feitelijke bewind voerde over drie graafschappen die tezamen het gehele kustgebied tussen de Oosterschelde en het Vlie opvulden, zijnde de gouwen: Masaland, Kinhem en Texla. Het formele leenschap beruste bij de Utrechtse bisschop. In het verleden is wel aangenomen dat Dirk II de zoon was van Dirk I. Tegenwoordig gaat men ervan uit dat hij de zoon was van een zoon van Dirk I, die ook wel wordt aangeduid als Dirk I bis, en Gerberga (Geva) van Hamaland.

Op 15 juni 950 schonk Dirk II aan Egmond ter ere van de bijzetting van Sint Adelbert een stenen kloosterkerk. Waarschijnlijk ter gelegenheid van de wijding van deze kerk schonk hij het Evangeliarium van Egmond, thans een van Nederlands belangrijkste cultuurhistorische voorwerpen uit de vroege middeleeuwen. Het negende-eeuwse handschrift werd circa 975 door hem verworven en bevat de tekst van de vier evangeliën. Dirk en Hildegard zijn afgebeeld op twee miniaturen, die Dirk voor de gelegenheid aan het boek liet toevoegen. Volgens sommige schrijvers zijn de miniaturen van de hand van hun zoon Egbert. De tekst bij een van de miniaturen luidt in vertaling: "Dit boek werd geschonken door Dirk en zijn geliefde vrouw Hildegard aan de genadige vader Adalbert, opdat hij hen rechtvaardig zal gedenken in alle eeuwigheid." Thans bevindt het evangeliarium zich in de collectie van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag.

Bestuur
Dirk II bestuurde de grafelijke burcht en het graafschap van Gent vanaf 965, toen zijn szwager Wichman IV deze functies opgaf. In 972 verwierf Dirk de landerije rondom Rijnsburg, bij Leiden dat ten koste ging van de Utrechtse bisschop. Onder de bevolking ontstond verzet tegen deze heerschappij dat leidde tot het neerslaan van een opstand door Dirk II van de Vriezen. Op de plaats van de overwinning werd drie jaar later een kapel opgericht.


Op 25 augustus 985 kreeg Dirk zijn lenen in Maasland, Kennemerland en op Texel van koning Otto III in vrij eigendom. Twee maanden daarvoor, op 26 juni, had graaf Ansfried al niet nader genoemde gebieden - que vocantur Inferior Maselant - in Maasland van de koning verkregen.

Dirk II, Hildegard, Aarnout en Erlindis werden in de Abdij van Egmond begraven.

De plaatsnaam Hillegersberg is vernoemd naar Hildegard van Vlaanderen. Dirk II was eigenaar van het aldaar bestaande Bergan, wat versterkte plaats of gehucht betekent.
Kinderen van Hildegard en Dirk:
1 Egbert Van Trier, geboren in 950. Egbert is overleden op vrijdag 8 december 993, 42 of 43 jaar oud.
Notitie bij Egbert: Na zijn opleiding in de abdij van Egmond werd hij in 976 kanselier van Otto II. Deze benoemde hem in 977 tot aartsbisschop van Trier, in welke functie hij de belangen van het Ottoonse rijk moest bewaken. In 983 nam hij deel aan de Rijksdag van Verona. In 984 sloot hij zich bij Hendrik II van Beieren aan, maar onderwiep zich in 985 weer aan het rijksgezag.

Hij staat bekend als begunstiger van der wetenschap en kunsten, vooral door de naar hem genoemde Codex Egberti, een evangeliarium, dat Egbert schonk aan de abdij van St. Paulinus in Trier. Voor Egbert werd ook de zo genoemde Egbert-Psalter gemaakt. Onder Egbert bevond zich in Trier een van de belangrijkste goudsmidwerkplaatsen van de Ottoonse tijd, die vooral bekend is door hun email. Hoofdwerken zijn de Andreas-altaren in de Trierse Domschat, de Petrusstaf in de Limburgse domschat, het Codex Aureus Epternacensis (tegenwoordig in het Germanisches Nationalmuseum) en het Otto-Mathilde-Kruis.
2 Aarnout of Arnulf van Gent, geboren omstreeks 951 in Gent. Volgt 589.
3 Erlindis Van Holland, geboren omstreeks 953. Erlindis is overleden omstreeks 1012, ongeveer 59 jaar oud.
Notitie bij Erlindis: Ze was een zuster van graaf Arnulf van Gent, die Dirk II als graaf van Holland opvolgde, en van Egbert van Trier, die sinds 977 aartsbisschop van Trier was. Haar vader liet in Egmond het houten klooster vervangen door een stenen gebouw en de nonnen van Egmond naar Bennebroek verplaatsen. Hij liet monniken uit de Sint-Pietersabdij te Gent, waar hij was opgevoed, naar het klooster van Egmond overplaatsen. Vermoedelijk waren deze maatregelen bedoeld ter bescherming tegen de invallen en strooptochten van de Friezen. Erlindis of Arlinde, die al abdis van Egmond was geweest, werd de eerste abdis van het nieuwe nonnenklooster in Bennebroek. Erlindis werd evenals Dirk II en Hildegard van Vlaanderen in de abdij van Egmond begraven.
589 Aarnout of Arnulf van Gent is geboren omstreeks 951 in Gent, zoon van Dirk II Van Holland en Hildegard Van Vlaanderen (zie 588). Aarnout is overleden op maandag 18 september 993 in bij Winkel, ongeveer 42 jaar oud.
Notitie bij Aarnout: Omdat Arnulf in Gent geboren was, werd hij ook wel Arnulf van Gent (Gandensis) genoemd. Arnulf wordt voor het eerst (samen met zijn ouders) vermeld op 26 oktober 970. Aarnout komt evenals zijn vader en aanvankelijk met hem in tal van Vlaamse oorkonden voor. Arnulf was de eerste die oorlogen voerde tegen de opstandige West-Friezen. Hij schonk een deel van zijn bezit in het Schieland aan de kloosterkerk te Egmond, waaronder Bergan (thans Hillegersberg) en Schie (thans Overschie), mogelijk in verband met de ontginningen van de Egmonder monniken van het Hollandse veengebied. Hij vergezelde keizer Otto II van Duitsland naar Rome in 983 en breidde zijn gebied naar het zuiden uit.

In 993 viel hij met zijn leger, het gebied van de West-Friezen binnen. Bij Winkel werd hij op 18 september verslagen en sneuvelde hij in de strijd. Zijn vrouw Liutgard kon alleen met hulp van koning Otto III het graafschap voor haar zoontje bewaren. Arnulf is met diverse andere familieleden begraven in de toenmalige Abdij van Egmond en werd later heilig verklaard.
Aarnout trouwde met Lutgardis van LUXEMBURG. Zie 662 voor persoonsgegevens van Lutgardis.
Kinderen van Aarnout en Lutgardis:
1 Dirk III Hierosolymita Van Holland, geboren omstreeks 982. Volgt 590.
2 Siegfried Van Holland, geboren in 985. Volgt 614.
3 Aleida Adelina Van Holland, geboren omstreeks 995. Volgt 615.
590 Dirk III Hierosolymita Van Holland is geboren omstreeks 982, zoon van Aarnout of Arnulf van Gent (zie 589) en Lutgardis van LUXEMBURG (zie 662). Dirk is overleden op zondag 27 mei 1039, ongeveer 57 jaar oud.
Notitie bij Dirk: Het regentschap van Lutgardis
Toen zijn vader Arnulf in 993 sneuvelde, was Dirk III nog te jong om het bestuur op zich te nemen, waarop zijn moeder Lutgardis van Luxemburg deze taken waarnam. In 1005 was Dirk oud genoeg om zelfstandig het graafschap te besturen, maar maakte nog steeds dankbaar gebruik van de goede connecties van zijn moeder: zij riep de hulp in van haar zwager, de Duitse koning Hendrik II, om een Friese opstand te onderdrukken. De koning vertrok vanuit Utrecht per schip met een leger naar Friesland en bracht de aanvallen tot staan.

Conflict met de keizer
Dirk was actief in de ontginning van moerassen door gronden te verpachten aan Friezen die het in cultuur brachten, maar die wilde gronden werden door de bisschoppen van Utrecht als hun gebied beschouwd. Rond 1015 koloniseerde Dirk zo de Riederwaard. Bovendien bouwde hij een burcht in Vlaardingen, waarschijnlijk op de plek waar zich nu de Grote Kerk bevindt bevindt, waar het riviertje de Flarding (tegenwoordig de Vlaardingse haven) uitmondde in de Merwede (tegenwoordig de Nieuwe Waterweg). Vanuit die burcht dwong hij de kooplieden die langs kwamen varen, onderweg van Tiel naar Engeland en vice versa, om tol te betalen. Deze kooplieden én ook bisschop Adelbold van Utrecht riepen daarom de hulp in van de Duitse keizer. De keizer gaf in 1018 zijn neef Dirk de opdracht om zijn vesting te ontruimen. In plaats van zijn leenheer te gehoorzamen, verschanste Dirk zich op zijn burcht en de keizer kon nu niet anders dan een leger op hem af sturen. Dit leger, onder leiding van hertog Godfried de Kinderloze, bestond uit een vloot met troepen uit Utrecht, Keulen en Luik.

De veldslag in het moeras
Op 29 juli 1018 kwam het tot de Slag bij Vlaardingen. Het laatste stuk naar de burcht moest via land worden afgelegd, wat lastig ging omdat het gebied vol met sloten en dijken lag. Het duurde niet lang voor het leger van Godfried vastliep en noodgedwongen moest terugkeren naar hun schepen om een andere route te zoeken. Op de terugweg liep het leger echter in hinderlaag van de troepen van Dirk. Godfried maakte met zijn leger een tactische terugtrekkende beweging, waarop iemand uit het Friese kamp riep dat de voorste gelederen verslagen waren en de hertog op de vlucht sloeg. Hierop raakten de troepen van Godfried zo in paniek dat velen in volle wapenuitrusting de rivier in sprongen, in een poging de schepen te bereiken. Andere kwamen vast te zitten in het moeras. Dirk maakte direct gebruik van de paniek en het machtige leger van de hertog werd volledig in de pan gehakt. Godfried werd hierbij gevangengenomen.

Hierosolymita
In de 12e-eeuwse Annalen van Egmond staat Dirk III vermeld met de bijnaam Hierosolymita, de Jeruzalemganger. Dat duidt erop dat hij een pelgrimstocht naar het Heilige Land heeft gemaakt. Volgens de 14e-eeuwse geschiedschrijver Johannes de Beke heeft Dirk zijn tocht rond het jaar 1030 ondernomen.
Het bewind van Dirk III
Tijdens zijn graafschap wist Dirk zijn gebied uit te breiden richting het oosten. Deze uitbreiding ging ten koste van het bisdom Utrecht. De uitbreiding bestond onder meer uit het gebied ten zuidoosten van Alphen, tussen Zwammerdam en Bodegraven. In 1017/1018 zou Dirk ook nog een oorlog tegen de Friezen hebben gevoerd. Nadat de keizer in 1024 kinderloos overleed, steunde Dirk Koenraad II in diens strijd om de opvolging. Na het overlijden van Dirk III, ging zijn vrouw terug naar Saksen, waar zij op 31 maart 1044 overleed. Dirk III is begraven in de Abdij van Egmond. Othilde werd begraven in Quedlinburg.
Dirk trouwde met Othilde Van Saksen. Othilde is geboren omstreeks 985. Othilde is overleden op zaterdag 31 maart 1044 in Quedlinburg, ongeveer 59 jaar oud.
Kinderen van Dirk en Othilde:
1 Dirk IV Van Holland. Dirk is overleden op vrijdag 13 januari 1049 in Dordrecht.
Notitie bij Dirk: Dirk IV was de oudste zoon van Dirk III en Othilde van de Noordmark. Hij zette de politiek van machtsuitbreiding van zijn vader voort, namelijk het uitbreiden van het graafschap naar het oosten. Zo eigende hij zich onder meer het gebied ten zuidoosten van Alphen, tussen Zwammerdam en Bodegraven, toe. Hij schond daarmee de belangen van Bernold, de Utrechtste bisschop en de machtige Zuid-Nederlandse kloosters en bisschoppen.

Hierdoor kwam hij in conflict met de keizer en de rijksbisschoppen. De Duitse keizer Hendrik III trok daarom persoonlijk tegen hem ten strijde en in 1046 dwong hij Dirk IV afstand te doen van het door hem veroverde gebied.

Kort nadat de keizer naar huis was vertrokken, begon Dirk de bisdommen Utrecht en Luik te plunderen. Bovendien sloot hij een verbond met Godfried met de Baard, de hertog van Opper-Lotharingen en de graven van Vlaanderen en Henegouwen. Hierop volgde in 1047 een tweede strafexpeditie waarbij de keizer Vlaardingen en de grafelijke burcht te Rijnsburg veroverde. De burcht werd geheel verwoest. Tijdens de terugtocht leed de keizer echter grote verliezen waardoor Dirks bondgenoten nu ook openlijk tegen de keizer in opstand kwamen. In 1049 werd Dirk IV door de bisschoppen van Metz, Luik en Utrecht in de val gelokt en gedood. Dirk was nog jong, ongehuwd en kinderloos. Hij werd opgevolgd door zijn broer Floris I.
2 Bertrade Van Holland. Volgt 591.
3 Swanhilde Van Holland. Volgt 592.
4 Floris I Van Holland, geboren in 1030 in Vlaardingen. Volgt 593.
591 Bertrade Van Holland, dochter van Dirk III Hierosolymita Van Holland (zie 590) en Othilde Van Saksen. Bertrade is overleden. Bertrade trouwde met Dirk van Katlenburg. Dirk is overleden.
592 Swanhilde Van Holland, dochter van Dirk III Hierosolymita Van Holland (zie 590) en Othilde Van Saksen. Swanhilde is overleden in 1120. Swanhilde trouwde met Ernst de Strijdbare van Oostenrijk. Ernst is geboren in 1027. Ernst is overleden op woensdag 10 juni 1075, 47 of 48 jaar oud.
Notitie bij Ernst: Hij was een zoon van markgraaf Adalbert van Oostenrijk en van Glismod (of van Adelheid van Polen). Ernst volgde zijn vader op als markgraaf. Zijn broer Leopold was immers al in 1043 gesneuveld in de strijd tegen Hongarije. Ook zijn regering werd gekenmerkt door de strijd tegen Hongarije. Hij huwde met Adelheid van Eilenburg (-1071) en met Swanhilde.

Zijn kinderen waren:

Leopold II van Oostenrijk (-1095)
graaf Adelbert I van Pernegg (-1100)
een dochter, die huwde met graaf Herman I van Poigen
Justitia, die huwde met graaf Otto II van Diessen-Wolfratshausen.
593 Floris I Van Holland is geboren in 1030 in Vlaardingen, zoon van Dirk III Hierosolymita Van Holland (zie 590) en Othilde Van Saksen. Floris is overleden op donderdag 28 juni 1061 in Gelderland, 30 of 31 jaar oud.
Notitie bij Floris: Op terugtocht van Zaltbommel werd Floris I te Nederhemert vermoord; hij is oorspronkelijk begraven in de eerste abdij van Egmond, ligt nu na opgraving in het nieuwe mausoleum in de in 1935 herstichte Abdij van Egmond. Zijn zoon Dirk volgde hem op onder regentschap van zijn moeder.
Heerlijkheid:
Friese graaf die van 1049 tot 1061 het bewind voerde over de gebieden die later bekend zouden worden als het graafschap Holland
Floris trouwde met Geertruida Van Saksen. Geertruida is geboren in 1033. Geertruida is overleden op zondag 3 augustus 1113 in Veurne, 79 of 80 jaar oud. Zij is begraven in Veurne in de St.-Walburgakerk. Geertruida trouwde later omstreeks 1050 met Robrecht I de Fries Van Vlaanderen (±1029-1093), zie 627.
Kinderen van Floris en Geertruida:
1 Adelheid Van Holland, geboren in 1045. Volgt 594.
2 Dirk V Van Holland, geboren in 1054. Volgt 595.
3 Bertha Van Holland, geboren omstreeks 1058. Volgt 608.
594 Adelheid Van Holland is geboren in 1045, dochter van Floris I Van Holland (zie 593) en Geertruida Van Saksen. Adelheid is overleden in 1085, 39 of 40 jaar oud. Adelheid trouwde met Boudewijn I van Guînes. Boudewijn is geboren in 1038. Boudewijn is overleden in 1091, 52 of 53 jaar oud.
Notitie bij Boudewijn: Boudewijn I van Guînes (1038-1091) was een zoon van Eustaas I van Guînes en van Suzanna van Ghermines. Hij volgde zijn vader in 1052/1065 op als graaf van Guînes. Boudewijn koos partij voor Robrecht I de Fries in diens strijd tegen Richildis van Henegouwen en nam aan de zijde van Robrecht ook deel aan de Slag bij Kassel (1071) tegen Arnulf III van Vlaanderen.

Hij was bekend om zijn moed, wijsheid en zijn voorbeeldige levenswandel. Boudewijn deed in 1084 een pelgrimstocht naar Santiago de Compostella, maar kwam ziek terug. Omdat hij zo goed verzorgd werd in de abdij van Charroux, stichtte hij als dank de abdij van Andernes, bij Guînes.

Boudewijn was gehuwd met Adelheid (1045-1085), dochter van Floris I van Holland, en werd vader van:

Gizela (1075-), gehuwd met Wenamar van Gent (1070-1120), 3de burggraaf van Gent, eerste kastelein van Gent en heer van Bornem, werd de moeder van Arnoud I van Guînes
Adelheid (1080-1142), gehuwd met heer Godfried II van Semur en Brionnais
Manasses (1075-1137)
Fulk, graaf van Beiroet
Gwijde
Hugo, aartsdiaken.
595 Dirk V Van Holland is geboren in 1054, zoon van Floris I Van Holland (zie 593) en Geertruida Van Saksen. Dirk is overleden op donderdag 17 juli 1091, 36 of 37 jaar oud.
Notitie bij Dirk: Hijn volgde, als minderjarige zoon, zijn vader Floris I op als graaf van Holland onder regentschap van zijn moeder, Geertruida van Saksen. Na haar hertrouwen in 1063 lag de feitelijke macht in handen van haar nieuwe echtgenoot, Robrecht I van Vlaanderen.

De bisschop van Utrecht maakte van deze situatie gebruik om beslag te leggen op grote delen van Holland zodanig dat enkel nog een klein gedeelte in het westen aan Dirk V bleef.

Eenmaal zelfstandig regerend vanaf 1070, (zijn stiefvader was immers druk begaan met de opvolgingskwestie in Vlaanderen), trachtte hij zijn verloren gebieden te heroveren. Maar de bisschop werd gesteund door de hertog van Neder-Lotharingen, Godfried IV. Deze werd, bij een controlereis langsheen het Friese grensgebied, vermoord door opstandelingen (1076). Kort daarop stierf ook de bisschop.

Dit alles stelde Dirk V in staat om alle gebieden te heroveren op de nieuwe bisschop van Utrecht en deze zelfs gevangen te nemen. In ruil voor zijn vrijlating bekwam Dirk V de rechtmatige claim op al zijn grondgebied. Hij kreeg rond 1080 een zoon, Floris II die zijn opvolger werd toen hij overleed in 1091. Hij werd begraven in de abdij van Egmond.
Kind van Dirk uit onbekende relatie:
1 Floris II de Vette of de Dikke Van Holland, geboren omstreeks 1085 in Vlaardingen. Volgt 596.
596 Floris II de Vette of de Dikke Van Holland is geboren omstreeks 1085 in Vlaardingen, zoon van Dirk V Van Holland (zie 595). Floris is overleden op donderdag 2 maart 1122, ongeveer 37 jaar oud.
Notitie bij Floris: Hij was de zoon van Dirk V van Holland en Othilde. Hij werd te Vlaardingen geboren en is begraven in de abdij van Egmond.

Voor zijn huwelijk had hij een buitenechtelijke relatie waaruit een dochter Hadewijch Florisdr werd geboren. Hadewijch trouwde ca 1115 met Hugo III van Voorne.

Omstreeks 1108 trouwde Floris II met Geertruida van Saksen, dochter van de hertog van Opper-Lotharingen en een halfzus van de Rooms-Duitse koning Lotharius III van Supplinburg. Geertruida veranderde haar naam waarschijnlijk bij haar huwelijk in Petronilla. Hiermee wilde ze vermoedelijk uiting geven aan haar verbondenheid met Petrus en de paus. Zij kregen samen minstens 3 kinderen : Dirk die zijn vader zou opvolgen, Floris die bekend werd als Floris de Zwarte en Simon die kanunnik te Utrecht werd.

Floris II beëindigde het conflict met de bisschop van Utrecht, waarschijnlijk door hem in 1101 als leenheer te erkennen. Nadat hij zijn gebied had uitgebreid met Leiden en omgeving, kreeg hij van de bisschop de titel Graaf van Holland. Floris II is de eerste die zo genoemd werd; daarvoor werd zijn domein nog als het graafschap Friesland aangeduid.

De bijnaam de Vette of de Dikke had waarschijnlijk met zijn zwaarlijvigheid te maken, maar het kan ook een verwijzing naar zijn rijkdom zijn geweest. Floris II gold in zijn tijd namelijk als zeer rijk door het geld dat hij verdiende met veenontginningen, die hij sterk stimuleerde, en tolheffing aan de monding van de grote rivieren. Floris verkoos om niet deel te nemen aan de eerste kruistocht. Floris heeft tijdens zijn bewind diverse houten kerken vervangen door kerken van tufsteen.

Toen Floris overleed was zijn zoon Dirk nog maar 7 jaar oud. Zijn moeder bestuurde Holland als regentes tot Dirk oud genoeg was.
Heerlijkheid:
de eerste Friese graaf die zich niet langer graaf van Frisia noemde, maar graaf van Holland: "Florentius comes de Hollant"
Floris trouwde, ongeveer 23 jaar oud, omstreeks 1108 met Petronilla Van Saksen, ongeveer 26 jaar oud. Petronilla is geboren omstreeks 1082, dochter van Gebhard van Supplinburg en Hedwig van Formbach. Petronilla is overleden op dinsdag 23 mei 1144, ongeveer 62 jaar oud.
Kind van Floris en Petronilla:
1 Dirk VI Van Holland, geboren in 1114. Volgt 597.
597 Dirk VI Van Holland is geboren in 1114, zoon van Floris II de Vette of de Dikke Van Holland (zie 596) en Petronilla Van Saksen. Dirk is overleden op maandag 5 augustus 1157 in bij Utrecht, 42 of 43 jaar oud.
Notitie bij Dirk: Het regentschap van Petronilla
Toen zijn vader Floris II in 1122 stierf, was Dirk VI nog te jong om het bestuur op zich te nemen, waarop zijn moeder Petronilla van Saksen deze taken waarnam. In 1123 hielp Petronilla haar halfbroer hertog Lotharius in zijn strijd tegen keizer Hendrik V. Nadat Lotharius in 1125 zelf koning van het Heilige Roomse Rijk werd, voegde hij Rijnland en Leiden, (formeel sinds 1064 Utrechts bezit), bij Holland. In 1133 stichtte Petronilla de abdij van Rijnsburg. Omdat ze geen vertrouwen had in de nogal ambitieloze Dirk, rekte Petronilla haar regentschap, zodat haar zoon Floris het graafschap kon overnemen.

Floris de Zwarte
Deze Floris (bijgenaamd de Zwarte) bezat wel de ambities die bij zijn oudere broer leken te ontbreken. Hij kwam openlijk in opstand tegen zijn broer en werd van 1129 tot 1131 ook als graaf van Holland in oorkonden genoemd. Zelfs Rooms-koning Lotharius en bisschop Andries van Utrecht erkenden Floris als de rechtmatige graaf van Holland. In maart 1131 werd Dirk VI echter weer officieel graaf van Holland genoemd en lijken de broers zich te hebben verzoend. Zo’n 6 maanden later (augustus 1131) stonden de broers alweer tegenover elkaar, nadat de opstandige Westfriezen Floris de heerschappij over heel West-Friesland hadden aangeboden. Floris accepteerde dit maar al te graag, en ook de Kennemers sloten zich daarna bij de opstand aan. Een jaar later in augustus 1132 kwam Rooms-koning Lotharius tussenbeide, en werd de broedertwist wederom bijgelegd, ook al had dit weinig invloed op het verzet van de Friezen. In 1133 werd Floris de Zwarte vlakbij Utrecht vermoord door Herman en Godfried van Kuyk. Lotharius liet als straf het kasteel van Herman en Godfried vernietigen, en ze werden bovendien verbannen.

De bedevaart van Dirk
In 1138 ondernam Dirk VI samen met zijn vrouw een pelgrimstocht naar Jeruzalem. Tijdens deze tocht werd hun zoon Peregrinus (Pelgrim) geboren. Op de terugreis bezocht Dirk Paus Innocentius II, en droeg de abdij van Egmond en de door zijn moeder gestichte abdij van Rijnsburg aan hem op. Hiermee onttrok hij de abdijen aan het kerkelijk gezag van het Aartsbisdom Utrecht.

De burcht van Leiden
Tijdens het graafschap van graaf Dirk VI werd de houten Burcht van Leiden vervangen door een stenen. De burcht stond op een motte en bestond uit een ronde muur met daarin een donjon. Vanuit deze burcht (waarvan de resten nog steeds in het centrum van Leiden staan) zouden de graven van Holland het gebied voortaan besturen.

De Echternachse kwestie
In 1156 loste Dirk VI de slepende kwestie rond de Echternachse kerken op. Rond 923 had Dirk I in Egmond een klooster gesticht. Deze Abdij van Egmond kreeg de kerkelijke rechten over het gebied, in plaats van de door Willibrordus gestichte Abdij van Echternach. De abdij van Echternach ondernam herhaaldelijk pogingen het verloren bezit terug te krijgen; dit had tot gevolg dat in 1063 de bisschop Willem I van Utrecht de kerken in het gebied over beide abdijen verdeelde. De abdij van Egmond wilde deze verdeling uiteraard niet accepteren. Dirk VI loste het conflict op door de abdij van Echternach, in ruil voor de gebieden, land op Schouwen en de inkomsten van de grote kerk in Vlaardingen te schenken. Dat de abt van Egmond, die bij de overdracht aanwezig was, weinig gecharmeerd was van deze oplossing, bleek wel toen hij Dirk VI en zijn zoon Floris kort erop in de ban deed. Deze ban is er waarschijnlijk de oorzaak van dat Dirk VI niet in Egmond maar in de Abdij van Rijnsburg werd begraven
Heerlijkheid:
graaf van Holland vanaf 1122, aanvankelijk onder het voogdijschap van zijn moeder
Dirk trouwde, ongeveer 11 jaar oud, omstreeks 1125 met Sophia van Rheineck, ongeveer 10 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Dirk en Sophia: Door dit huwelijk kwam het graafschap Bentheim in handen van de graven van Holland. Sophie overleefde haar man met ruim 19 jaar.
Sophia is geboren omstreeks 1115. Sophia is overleden op zondag 26 september 1176 in Jeruzalem, ongeveer 61 jaar oud.
Notitie bij Sophia: Ze was de dochter van Otto van Rheineck graaf van Bentheim en Geertruid van Northeim.
Ze ging driemaal op bedevaart naar Jeruzalem en eenmaal naar Santiago de Compostella. Ze is uiteindelijk op bedevaart in Jeruzalem overleden.
Kinderen van Dirk en Sophia:
1 Geertruid Van Holland. Geertruid is overleden.
2 Petronilla Van Holland. Petronilla is overleden.
3 Hadewig Van Holland. Hadewig is overleden.
Notitie bij Hadewig: werd non
4 Otto I van Bentheim. Volgt 598.
5 Boudewijn Van Holland. Boudewijn is overleden op dinsdag 30 april 1196 in Mainz.
Notitie bij Boudewijn: Vooraleer bisschop van Utrecht te worden, was Boudewijn volgens sommige bronnen aartsbisschop van Bremen en kapelaan van Hendrik de Leeuw. Als bisschop van Utrecht kon Holland zijn macht in Utrecht versterken. Tijdens zijn regering was hij in strijd met hertog Otto I van Gelre over de Veluwe en Salland en met de burggraven van Groningen en Coevorden. De oorlogen in het Oversticht, waar plunderingen van bisschoppelijke goederen bovendien schering en inslag waren, legden een zware wissel op de financiën van het bisdom. Boudewijn werd na zijn dood bijgezet in de Dom van Utrecht.
Religie:
was bisschop van Utrecht van 1178 tot 1196.
6 Dirk Van Holland. Dirk is overleden op donderdag 28 augustus 1197 in Pavia.
Notitie bij Dirk: Na de dood van zijn broer werd hij door de Hollandse partij als kandidaat naar voren geschoven, hierin gesteund door keizer Hendrik VI. Gelre kwam met Arnold van Isenburg, gesteund door de paus en de aartsbisschop van Keulen. Hierdoor ontstond een impasse, waarin Dirk als bisschop van Nedersticht werd erkend, en Arnold van Isenburg als bisschop van Oversticht.

Beide kandidaten reisden daarop naar Rome, waar Arnold in 1196 door paus Innocentius III tot bisschop van Utrecht werd gewijd. Snel daarna overleed hij en Dirk I werd alsnog geconsacreerd. Hij overleed op de terugweg van Rome naar Utrecht te Pavia.
Religie:
was bisschop van Utrecht in 1197
7 Sophia Van Holland. Sophia is overleden.
Notitie bij Sophia: abdis van Rijnsburg
8 Peregrinus Van Holland. Peregrinus is overleden.
9 Floris III Van Holland, geboren omstreeks 1140 in Haarlem. Volgt 599.
598 Otto I van Bentheim, zoon van Dirk VI Van Holland (zie 597) en Sophia van Rheineck. Otto is overleden omstreeks 1208.
Notitie bij Otto: Van zijn grootmoeder van moederskant, Geertruid van Northeim, erfde hij het graafschap Bentheim.

In 1187 werd hij genoemd als burggraaf van Coevorden, en in 1189 nam hij deel aan de derde kruistocht.

Huwelijk en kinderen
Otto was gehuwd met Alveradis van Cuijk-Arnsberg (overleden na 1205), dochter van Godfried I van Cuijk en Ida van Arnsberg.

Uit dit huwelijk kwamen vier kinderen voort:

1.Egbert, vermoord tussen 1200 en 1211
2.Boudewijn I van Bentheim
3.Otto, bisschop van Münster
4.Sophia, getrouwd met een graaf van Virneburg
Heerlijkheid:
graaf van Bentheim
Otto trouwde met Alveradis van Cuijk-Arnsberg. Alveradis is overleden na 1205.
599 Floris III Van Holland is geboren omstreeks 1140 in Haarlem, zoon van Dirk VI Van Holland (zie 597) en Sophia van Rheineck. Floris is overleden op woensdag 1 augustus 1190 in Tyrus (Antiochië), ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Floris: Floris III was een trouwe bondgenoot van de Duitse keizer Frederik Barbarossa. In 1158 en van 1176 tot 1178 stond hij de keizer persoonlijk terzijde bij diens strijd in Italië.

De graven van Holland, Gelre en Kleef namen gezamenlijk aan de Derde Kruistocht deel. Keizer Frederik Barbarossa verdronk toen hij een rivier wilde oversteken en graaf Floris III stierf niet lang na hem, op 1 augustus 1190, van uitputting in Antiochië. Andere bronnen wijten zijn dood aan de gevolgen van de pestepidemie die in Antiochië heerste op dat moment. Hij werd begraven in de Petruskerk van Antiochië.
Heerlijkheid:
was van 1157 tot 1190 graaf van Holland
Floris trouwde met Ada of Ada van Huntingdon van Schotland. Ada is geboren omstreeks 1143 in Huntingdon. Ada is overleden in 1204, ongeveer 61 jaar oud.
Kinderen van Floris en Ada:
1 Dirk VII Van Holland. Volgt 600.
2 Hendrik Van Holland. Hendrik is overleden.
3 Floris Van Holland. Floris is overleden.
Religie:
bisschop van Glasgow
4 Boudewijn Van Holland. Boudewijn is overleden.
5 Ada Van Holland. Volgt 602.
6 Sophia Van Holland. Sophia is overleden.
7 Margaretha Van Holland. Volgt 603.
8 Elisabeth Van Holland. Elisabeth is overleden.
9 Agnes Van Holland. Agnes is overleden.
Notitie bij Agnes: abdis in Rijnsburg
10 Willem I Van Holland, geboren omstreeks 1165. Volgt 604.

1 opmerking:

  1. Huis renoveren aannemer in tiel

    Verbouw en renovatie (ook van monumentale panden) is een apart specialisme. Door de jaren heen hebben we een schat aan ervaring opgebouwd op dit gebied. Van het plaatsen van een dakkapel of het realiseren van een aanbouw tot en met de renovatie van een monumentaal pand; uw opdracht is bij ons in vertrouwde handen.

    to get more - https://avambouw.nl/verbouw-renovatie/renovatie-voor-particuleren/

    BeantwoordenVerwijderen